Pedagogiek
Hstk 1: Doet opvoeding
ertoe?
4 visies op opvoeding
1. Nature (= erfelijke aanleg bepaalt ontw.) J.J. Rousseau
- Pedagogisch pessimisme kind is niet opvoedbaar
- Erfelijkheidsfactoren genen en chromosomen
- Kenmerken ontplooien ALS manifest (direct observeerbaar) + latent (nog onzichtbaar)
MAAR weinig fundamenteel bijdrage aan ontw.
- Opvoeding= natuurlijk proces dat niet beinvloedbaar is van buiten af
2. Nurture (= omgeving bepaalt ontw.) J. Locke
- Kind= geboren als onbeschreven blad
->ontwikkeling = afhankelijk v * opvoeding: kind = product v omgeving
* milieu/ omgeving = actieve invloed
Maakt mens tot mens
Bv. Wolfskinderen: onopvoedbaar door gebrek aan menselijk contact
3. Mens bepaalt zichzelf (= eigen keuzes bepaalt ontw)
= existentialistische opvatting
- Mens= onopvoedbaar, verantwoordelijk voor zichzelf + vrij
- Ontkennen invloed erfelijke factoren
- Menselijke vrijheid = centraal
- Niets of niemand kan beinvloeden
- SARTRE: “L’Enfer, c’est les autres” = medemensen maken iemands leven tot hel
-Mens maakt zelf keuzes + kiest eigen doelen
4. Synthetische visie (=mix vorige 3 visies)
Menselijke ontwikkeling = dynamisch spel tussen:
- Erfelijke aanleg: geboren met bepaald aanleg ontwikkelingskansen
MAAR stelt grenzen (bv. Beperking)
- Milieu: Samenleven met anderen kind w beïnvloed door culturele en
maatschappelijke zaken
- Zelfbepaling: nemen zelf beslissingen, eigen wil
Ouders: beperkte invloed WANT kinderen geven vorm aan eigen leven
Orthopedagogen; volgen dit!! Ontwikkeling ontstaat door verschillende factoren
,Hstk 2: bio-ecologisch model v
Bronfenbrenner
EXAMEN: oefening -> vanuit kind denken
Bio-ecologisch model Bronfenbrenner= ecologische visie op ontwikkeling
- Sociale omgeving speelt rol in ontwikkeling
- Ontwikkeling= Wederzijdse beïnvloeding kind-omgeving -> 4 niveau’s (mircro, mese, exo
en macrosysteem) -> concentrische cirkels
begint al bij conceptie (ouders maken zich klaar voor baby)
- Omgeving bepaalt mogelijkheden + grenzen voor kind en ouder (bv.Financieel,opleiding)
1 microsystemen
(OP-> cliëntsysteem, groep, team = donkergroen)
= dagelijks, directe omgeving waarin het kind leeft (bv. Gezin)
Voorwaarde: altijd een vaste gesprekspartner (bv. Moeder, leerkracht)
Kenmerken:
- Fysische/ materiele aspecten =gebouw, setting, huisvestiging
Bv. Scouts lokaal
- Sociale aspecten= onderlinge relaties, verwachtingen, vaste gebeurtenissen
Bv. In school -> verwacht dat er geluisterd wordt, dagdagelijkse routines
Opmerking: gezinssysteem heeft in dit systeem niet meeste invloed
Kinderen: geen passieve ontvanger WANT oefen zelf ook invloed uit + bouwen
microsysteem + geven vorm => wederzijdse beïnvloeding
, 2 Mesosysteem
(OP: blauwe cirkels)
= wederzijdse invloed, onderlinge relaties tussen verschillende microsystemen
ALS verandering in 1 microsysteem => weerslag op ander microsysteem
Bv. Thuissituatie heeft gevolg op schoolsituatie
verlopen relaties microsystemen goed => ondersteunend netwerk ANDERS ontbreekt steun
3 elementen:
- Kwaliteit relaties: Hoe verloopt contact: zeer goed <-> uiterst slecht
Bv. Ouders zetten kind af -> juf ontvangt hartelijk = goed
->juf ontvangt koud = slecht
- Frequentie: hoe vaak contact
- Waardering: waardering <-> afwijzing
Overgang microsystemen: vlot of moeilijk
afhankelijk van verschillen tussen systemen
Bv. Vrolijk kind dat in een sombere school moet zitten
kan nieuwe microsystemen krijgen (bv; leergroep)
3 Exosysteem
(OP: niet aanwezig)
= laag om het mesosysteem
= (in)formele sociale structuren rond gezin, systemen waar kind niet direct deel uit maakt
MAAR toch directe omgeving beïnvloeden DUS ook invloed hebben op ontwikkeling kind
structuren hebben invloed op ouders => beïnvloed ontwikkeling kind
=>ervaart positief of negatief impact
Bv. Ouders werken voltijds -> kan positieve of negatieve invloed uitoefenen
Bv. Vakanties ouders komen niet overeen met schoolvakanties -> kind moet vaker naar opvang
4 Macrosysteem
(OP: zwarte buitencirkel)
= buitenste laag
= overkoepelende culturele invloeden
Bv. Juridisch beleid, maatschappij, onderwijsbeleid, economisch systeem
Bv. Leerplicht heeft ontwikkeling op kind, normen en waarden hebben invloed
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vanveltomjessie. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.16. You're not tied to anything after your purchase.