SAMENVATTING PUBLIC INTERNATIONAL LAW (CIJFER: 9) WEEK 5 INTERNATIONAL CRIMINAL LAWALLES SAMENGEVAT
SAMENVATTING PUBLIC INTERNATIONAL LAW (CIJFER: 9) WEEK 4 INTERNATIONAL INVESTMENT LAW ALLES SAMENGEVAT
SAMENVATTING PUBLIC INTERNATIONAL LAW (CIJFER: 9) WEEK 3 HUMAN RIGHTS ALLES SAMENGEVAT
All for this textbook (15)
Written for
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Rechtsgeleerdheid
Volkenrecht
All documents for this subject (42)
Seller
Follow
AnoniemeStudent010
Reviews received
Content preview
Samenvatting kennisclips Volkenrecht
Week 1: Rechtsbronnen
Volgens art. 38 lid 1 IGH (Internationaal Gerechtshof) Statuut zijn de rechtsbronnen van
internationaal recht:
1. Verdragen;
2. Gewoonterecht (vaak ongeschreven en bestaat uit statenpraktijk en opinio juris);
3. Algemene rechtsbeginselen;
4. Jurisprudentie.
Verdragen zijn afspraken tussen meerdere staten over bijvoorbeeld handel, mensenrechten
en klimaat. Eventueel kan in een verdrag worden bepaald hoe het nageleefd moet worden.
Het Weens Verdragen Verdrag geeft allerlei regels over verdragen en voorbehouden en is
gebaseerd op het gewoonterecht. Alle staten zijn in principe gebonden aan het
gewoonterecht. In het internationaal recht is geen sprake van precedentwerking. Het hof is
niet gebonden om aan eerdere uitspraken te houden.
Onder een mulateraal verdrag bestaan ook multilaterale verdragen. Met voorbehouden
mogen staten aangeven waar ze het niet mee eens zijn en waar het niet van toepassing is. In
het internationale recht zijn er twee typen voorbehouden:
1. Normale, alledaagse voorbehouden;
2. Voorbehouden die ingaan tegen het voorwerp (object) en doel (purpose) van het
verdrag.
Het Mensenrechtencomité in het IVBPR bepaalt of een voorbehouden wel of niet strijdig is
met voorwerp en doel van verdrag.
ICJ/IGH Weens HRC/MRC- IVBPR
(Reservations to the Verdragen (Rawle Kennedy)
Genocide Convention Verdrag
1951)
Wie besluit over Staat Staat HRC
toelaatbaarheid?
Wie besluit over aard? Staat Staat HRC
Gevolgen? Geen verdragsrelatie Open Alsnog een
wanneer voorbehoud verdragsrelatie,
strijdig is met voorwerp voorbehoud geldt niet:
en doel ‘severability’
Bindend? Ja Ja Nee
, Week 2: Rechtssubjecten
De rechtssubjecten in het internationaal recht zijn:
1. Staten;
2. Internationale Organisaties.
De kenmerken van staten zijn (opgenomen in Montevideo Convention on the Rights and
Duties of States 1933). Dit zijn overigens geen vereisten:
1. Bevolking;
2. Grondgebied;
3. Effectief gezag over dat grondgebied;
4. Capaciteit externe betrekkingen. Dit kan alleen met erkenning;
5. (Erkenning).
Bij erkenning zijn er twee theorieën:
1. Declaratoir: erkenning is alleen een benoeming van een feitelijk te observeren
situatie. Hier is al sprake van een staat dus heeft geen toegevoegde waarde.
2. Constitutief: met het erkennen van de staat, dan wordt het echt een staat. Hier is nog
geen sprake van een staat.
Internationale Organisaties hebben rechtspersoonlijkheid die voortvloeit uit staten. Staten
delegeren hun autoriteit (vaak om functionele redenen) aan de organisatie. De bekendste
organisatie is de VN. De ICJ zei in Reparation for injuries paragraaf 32-33 dat Internationale
Organisaties rechtspersoonlijkheid hebben en dus rechtssubjecten zijn.
De totstandkoming van staten gebeurt door:
1. Ontbinding;
2. Samenvoeging;
3. Afscheiding;
4. Dekolonisatie.
Het recht op zelfbeschikking is vastgesteld in de resolutie van de Algemene Vergadering van
de VN. Het recht op zelfbeschikking wil zeggen het recht voor een volk om haar eigen
politieke bloed te bepalen en zelf keuzes te maken over haar economie, maatschappij en
ontwikkelingen. In dezelfde resolutie staat ook dat dit recht op zelfbeschikking gebalanceerd
moet worden met het recht op territoriale integriteit; bestaande grenzen worden zoveel
mogelijk in tak gehouden (UN Declarations, art. 2 en 6).
In het Quebec Arrest (hoogste rechter van Canada) is bepaald dat het recht op
zelfbeschikking aan volkeren toekomt. Van een volk is sprake als men voldoet aan objectieve
en subjectieve criteria. Objectieve criteria: mensen hebben dezelfde afkomst en geloof.
Subjectieve criteria: mensen die dezelfde identiteit voelen en dit kan naar uiting worden
gebracht middels een referendum.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AnoniemeStudent010. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.73. You're not tied to anything after your purchase.