100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting publieke economie $9.11   Add to cart

Summary

Samenvatting publieke economie

1 review
 630 views  11 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting van publieke economie uit het tweede jaar bestuurskunde en publiek management. De samenvatting is een combinatie van het boek, de powerpoints en notities, het is dan ook een relatief omvangrijke samenvatting. Alles staat er in, maar toch beknopt. Te kennen grafieken staan er in op een ...

[Show more]

Preview 4 out of 82  pages

  • No
  • H7, h18, h19, h20, h21, h22
  • May 23, 2018
  • 82
  • 2017/2018
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: frdrichnonin • 4 year ago

avatar-seller
2018




Publieke economie
SAMENVATTING

,1 INLEIDING
 Stel: geen overheid/staat  ongereguleerde economie, natuurlijke anarchie (geen
eigendomsrechten, geen contractwetgeving, geen rechtshandhaving)  we hebben een
minimale staat nodig voor het aanbieden van eigendom, contracten en rechtshandhaving
(politie, leger,…)
 De minimale staat
o Enkel eigendomsrechten, contractwetgeving en rechtshandhaving
o Nozick (1974): Night-watchman state
 Minimale staat met enkel bescherming tegen macht, diefstal, fraude,
handhaving van contracten,…
 Een meer uitgebreide staat gaat in tegen het recht om niet gedwongen te
worden om iets te doen
 Kritiek: negatieve externaliteiten via de markt
o “de markt leidt tot maximale welvaart”: maar: armoede, prijsafspraken, ontbossing,
drugs, vervuiling,…  pas perfecte marktwerking als aan alle voorwaarden is voldaan

 Marktefficiëntie
o Vraagcurve = marginale bereidheid tot betalen; Aanbodcurve = marginale kostencurve
o Marktevenwicht = waar vraag- en aanbodcurve snijden = pareto-efficiëntie
o Consumentensurplus = verschil tussen wat consument wil en moet betalen
 Pareto-efficiëntie
o Pareto-verbetering (verandering) = verandering waarbij de welvaart van één individu
toeneemt zonder dat die van een ander afneemt
o Pareto efficiënte allocatie (toestand) = wanneer het niet mogelijk is een verandering
door te voeren waarbij de welvaart van 1 individu toeneemt zonder dat die van de
andere afneemt
o Handel: zorgt voor pareto-verbeteringen: marktpartijen zullen enkel ruilen als ze er
beiden op vooruit gaan
o De paretogrens = alle mogelijke combinaties van bereikbare nutsniveaus
 De ruileconomie: assumpties
o Twee agenten
 Convexe voorkeuren
 Handelen rationeel (maken geen fouten) en uit eigenbelang
 Zijn perfect geïnformeerd en hebben dezelfde informatie
 Zijn prijsnemer (geen marktmacht)
o Twee goederen (geen publieke goederen; geen externaliteiten)
o Budgetbeperking: mensen kunnen niet meer kopen dan ze gekregen hebben
(endowment)
o Wat gegeven wordt, wordt geconsumeerd (edgeworth box)
o Maar: kloppen deze veronderstellingen wel? : competitief gedrag, symmetrische info,
externaliteiten, publieke goederen, marktmacht, behavioural argumenten, altruïsme,
sociale interactie en coördinatieproblemen  marktfaling (kan een overheid die
wegwerken?


1

, Edgeworth box
o Zie grafieken ppt
o Conclusies:
 Invisible hand leidt tot prijswijzigingen
 Punt wordt vanzelf bereikt binnen het ‘oog’ van de Edgeworth box
 MSVfien = MSVfemke = prijsverhouding  pareto-efficiënt
 Geldt ook voor meerdere consumenten en meerdere goederen
 Meer realistisch: endowment = tijd, talent, erfenis,… ; productie door
arbeidsinzet (winstmax) en consumptie (nutsmax)

 2 theorema’s van de welvaartseconomie
o Eerste theorema
 De allocatie van goederen in een competitief evenwicht is pareto-efficiënt
 laat Fien en Femke ruilen, beter voor beide: pareto-efficiënt
 Edgeworth box
o Tweede theorema
 Met convexe voorkeuren, kan elke pareto-efficiënte allocatie bereikt worden
als competitief evenwicht
 Laat ‘mama’ (de overheid) op voorhand ingrijpen en zo kan je elke mogelijke
pareto efficiënte situatie bereiken
 Kies een pareto-efficiënte allocatie en herverdeel de endowments (tijd,
erfenis, talent) = decentralisatie  je gaat dus van 1 punt naar een
ander op de curve

 Hoe decentraliseren?
o Startsituaties/endowments aanpassen
o Lump-sum belastingen
 = belastingen waarvan je het bedrag niet door gedrag kan laten beïnvloeden
 Bv. belasting/subsidie van vast bedrag per individu gebaseerd op aangeboren
karakteristieken die voordeel/nadeel opleveren
 Merk op:
 Agenten kunnen hoogte van de LS taks niet beïnvloeden, maar ze
zullen wel meer of minder consumeren
 LS belasting heeft inkomenseffect, maar geen substitutie-effect
 Wel herverdelend, maar geen effect op efficiëntie
o Theoretisch
 Interessant als referentie
 Geïdealiseerd middel tot herverdeling
o Praktisch: moeilijker
 Endowment = arbeidstijd (voor de meeste mensen)
 Herverdelen van de endowment arbeidstijd? Of talent?



 De RC economie (Robinson Crusoe)
o assumpties

2

,  Eén agent (↔ruileconomie)
 Convexe voorkeuren
 Handelt rationeel (maakt geen fouten) en in eigenbelang (niet
altruïstisch)
 Perfect geïnformeerd (over goederen, voorkeuren,…)
 Twee goederen (geen publieke goederen, geen externaliteiten)
 Productie
o RC heeft een endowment van x1 = 16 uur tijd per dag
o Hij kiest: hoeveel uur vrije tijd (x1) en hoeveel uur werken = eten zoeken (x2)
o Hij is consument met nutsfunctie U(x1,x2)
o Hij is producent: hij produceert x2 met inzet van x1 : x2 = f(x1)
 F(x1) zegt hoeveel eten hij realiseert door inzet van arbeid
 Productiemogelijkhedencurve (verhouding tussen tijd en hoeveelheid eten)
o Afruil rust vs werk
o Prijzen
 P1 = RC’s waardering van vrije tijd = kostprijs van een uur niet te rusten
 P2 = RC’s waardering voor eten
o 1 producent:
 Nutsmaximalisatie: Max U (x1,x2)
 Marginale Substitutievoet = hoeveel van goed 2 je wil opgeven voor
een extra eenheid van goed 1 (rico van indifferentiekromme)
 Maximaal als MSV = p1/p2
 Winstmaximalisatie:
 Productiefunctie = x2 = f(x1)
 Maximaliseer winst: W = p2 . x2 – p1 . x1 = p2 . f(x1) – p1 . x1
 Marginale Transformatievoet = hoeveel van goed 2 je produceert
door een extra eenheid goed 1 in te zetten (rico van
productiemogelijkhedencurve)
 Maximaal als MTV = p1/p2




o X2 eten produceren bij U0: er is nog ruimte in het “oog” dus: nog ruimte tot
verbetering tot wanneer U3 uw productiemogelijkhedengrens raakt, zo ver mogelijk
van de oorsprong. Er is dan geen oog meer, er is niets meer mogelijk



3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ddb1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.11. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67447 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.11  11x  sold
  • (1)
  Add to cart