Deze samenvatting behandelt alle vragen over Deel I van het boek De Wereld en Nederland (2017) die op de site van de uitgever te vinden zijn. Het document bevat antwoord op de vragen over de Inleiding op Deel I tot en met hoofdstuk 6. Deze vragen dienen wekelijks voorbereid te worden voor het werkc...
1) Wat was het aandeel van Europa in de wereldbevolking tussen 1000 en 1800?
a) ongeveer een-vijfde tot een-zesde
b) ongeveer een-derde
c) ongeveer een kwart tot een-vijfde
2) Zet de volgende landen/gebieden in de juiste, oplopende volgorde naar mate van urbanisate in
de achtende eeuw: Europa, *hina, Japapan.
Japan > Europa > China
3) Wat verstaat Japanet Abu-Lughod onder het ‘Europese subsysteem’? Wat was de plaats van dat
subsysteem in de wereldhandel van de dertende eeuw? Hoe onderhield het Europese subsysteem
contacten met de andere circuits van langeafstandshandel?
Lange-afstandshandel in Europa van Engeland tot Italië. In de periferie wereldhandel, contact met
rest via Italianen, ondergeschikt.
4) Wat was de ‘Kleine IJapstjd’? Wat waren de gevolgen van de Kleine IJapstjd voor
a) Noordwest-Europa, en b) West-Afrika?
De Kleine IJstjd was een periode tussen 1350-1550 waarin het klimaat veranderde en het kouder
werd. In Europa resulteerde dit in misoogsten, een dalende producte en een hoog sterfecijfer. In
West-Afrika had de IJstjd een positever efectt het ging er meer regenen, waardoor de grens van de
woestjn meer naar het noorden trok en er meer bebouwbare landbouwgrond beschikbaar komt.
5) De globalisering onderging twee keer een versnellingsfase in de periode 1000-1800. In welke twee
perioden (eeuwaanduidingen) vond die versnelling plaats? Geef bij elk van die twee perioden aan uit
welke gebieden de belangrijkste impuls tot globalisering kwam.
1e periode (1000-1300) vooral in Azië en Midden-Oosten. Door commerciële expansie China onder
Song-dynaste en islam enerzijds en machtsexpansie van de Mongolen anderzijds ontstond er een
netwerk waarin personen, goederen en
2e periode (1500-1650) expansie vanaf Iberisch schiereiland, economisch zwaartepunt van
Middellandse Zeegebied naar westkust Europa. Regulier verkeer over de Atlantsche oceaan tussen
Amerika, Afrika en Europa. Regelmatge verbinding EU-Azië ook.
6) Welke rol speelde het Amerikaanse zilver in het vroegmoderne globaliseringsproces?
Het Amerikaanse zilver zorgde voor monetarisering, wat de toenemende handel tussen de
verschillende gebieden bemakkelijkte. Het belang is duidelijk, omdat sommige historici zeggen dat
globalisering begon in 1571 toen het Zuid-Amerikaanse zilver direct over de stlle oceaan richtng
China kon gaan.
7) Wat wordt er bedoeld met migraterato? In welke eeuw, tussen 1000 en 1800, nam de Europese
migraterato sterk toe?
, De Wereld en Nederland 2017
De migraterato is het percentage van mensen in Europa die mobieler werd en ging migreren. Dit
gebeurde vooral in de zeventende en negentende eeuw, toen er steeds meer contact met Amerika
en Azië ontstond.
8) Leg uit wat het gevolg was van de opening van nieuwe overzeese handelsroutes door Europeanen
voor de welvaart in het Otomaanse Rijk.
De welvaart in het Otomaanse Rijk ging omlaag, omdat de belastngen die ze oplegden in grote
delen van door hun gecontroleerd Afrika minder opleverden. Dit kwam door de afname van het
belang van karavaanhandels, omdat Europeanen nu om de Kaap konden varen en hun handel
‘afnam’.
9) De vroegmoderne globalisering beperkte zich niet tot economische globalisering alleen. Geef een
aantal voorbeelden die laten zien dat ook op het gebied van a) cultuur, b) milieu en c) demografe
globalisering plaatsvond en leg bij elk van de drie uit langs welke lijnen die globalisering plaatsvond.
Globalisering kan ook via cultuur gaan, bijvoorbeeld door alle producten die uit Amerika naar Europa
kwamen en in gebruik werden genomen, of het Delfs lauw uit Azië die de ‘Nederlandse’ cultuur
beïnvloedde. Het milieu werd aangetast door de grote veranderingen in plantagegoederen, die in
Amerika oppopten. Deze hadden grote invloed op het milieu. De demografe veranderde ook sterk,
niet alleen door de hoge migraterato, maar ook door de slavernijstromen die ontstonden zoals de
Transatlantsche Slavenhandel. Deze had grote impact op de demografe in Afrika. Ook het hoge
sterfecijfer van Indianen/natve-Americans vond zijn oorsprong in de globalisate en het
geïntensiveerde contact.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rvandertol. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.