100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Inleiding sociaal recht tentamen 2 april 2015 incl. antwoorden $3.25   Add to cart

Exam (elaborations)

Inleiding sociaal recht tentamen 2 april 2015 incl. antwoorden

 150 views  8 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

inleiding sociaal recht tentamen 2 april 2015 inclusief antwoorden

Preview 2 out of 11  pages

  • May 25, 2018
  • 11
  • 2015/2016
  • Exam (elaborations)
  • Unknown
avatar-seller
Tentamen Inleiding Sociaal Recht – 2 april 2015
1.
X en Y hebben afgesproken dat X voor de onderneming van Y werkzaamheden zal verrichten.
Partijen hebben afgesproken dat zolang de onderneming niet rendeert, Y geen loon
verschuldigd is. Na een half jaar gaat de onderneming failliet. Vaststaat dat de onderneming
nimmer gerendeerd heeft. Y heeft X niet betaald voor de werkzaamheden.

Wat is juist:

a. Het staat partijen niet vrij af te spreken dat X voor Y zal werken zonder betaling van loon, een
dergelijke afspraak is namelijk in strijd met de beschermingsgedachte van het arbeidsrecht.
nee, vrijwilligerswerk.
b. Indien deze overeenkomst als arbeidsovereenkomst wordt gekwalificeerd, dan heeft X een
wettelijk recht op pensioen.
 er is geen wettelijk recht op pensioen, maar partijen spreken het vaak af in cao.
c. De rechter zal waarschijnlijk oordelen dat de overeenkomst tussen X en Y niet als
arbeidsovereenkomst kan worden gekwalificeerd.
 nu op X geen loonverplichting rustte, kan er geen sprake zijn van ao. kwalificatie: ao:
gezagsverhouding, arbeid gedurende zekere tijd, tegen betaling. Vrijwilligerswerk is wel
mogelijk.
d. Indien X voor Y productieve arbeid heeft verricht, moet Y daarvoor ten minste het minimumloon
betalen.
nee, als er een ao is moet je minimumloon betalen. Er is geen ao, dus wet minimumloon nvt.

2.
Wat is juist:
a. Een thuiswerker werkt per definitie niet op arbeidsovereenkomst voor zijn/haar werkgever.
onjuist.
b. Een statutair bestuurder van een beursgenoteerde vennootschap werkt per definitie niet op
arbeidsovereenkomst voor zijn/haar werkgever. juist. Boek 2 BW. Art. 2:132 lid 3 BW.
c. Een freelancer werkt per definitie niet op een overeenkomst van opdracht voor zijn/haar
werkgever. werk juist op regel op basis van ovk van opdracht.
d. Geen van de bovenstaande stellingen is juist.
zelfstudie!

3.
Wat is juist:
a. Uit de rechtspraak blijkt dat een terugbetalingsverplichting krachtens een studiekostenbeding in
beginsel naar evenredigheid met het voortduren van de arbeidsovereenkomst na afronding van
de opleiding dient te verminderen.
b. Een concurrentiebeding in een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, welke overeenkomst tot
stand is gekomen per 1 november 2014 en zal ingaan per 1 januari 2015, kan alleen
rechtsgeldig zijn indien dat beding is voorzien van een schriftelijke motivering.
c. Aan het vereiste van schriftelijkheid worden minder strenge voorwaarden gesteld als het om een
concurrentiebeding (uitgaande van het nu geldende art. 7:653 BW) gaat, dan als het om een
eenzijdig wijzigingsbeding gaat.
nee is precies andersom. Concurrentiebeding is zwaarste eis.
d. Blijkens het arrest Philips/Oostendorp van de Hoge Raad (HR 28 maart 2008) is aan het
schriftelijkheidsvereiste van een concurrentiebeding voldaan, indien het concurrentiebeding in
een personeelshandboek staat, welk handboek krachtens een incorporatiebeding in de door
werknemer getekende arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is geïncorporeerd.
net als bij cao, concurrentiebeding in iets anders te staan dan wat wn ondertekent, dan moet het zijn
overhandigd!
zelfstudie!!



______________________________________________________________________________________ 1
_
Tentamen Inleiding Sociaal Recht d.d. 2 april 2015 ~ groep I ~

, 4.
Op 9 februari 2015 heeft de in financiële problemen verkerende onderneming VD in een brief
aan al haar werknemers aangekondigd de volgende wijzigingen te zullen doorvoeren in de
arbeidsvoorwaarden: een salarisvermindering per 1 februari 2015 van 3% en een
salarisvermindering per 1 februari 2016 van 2,8%. De salarisverlagingen gelden slechts voor
zover het loon van de betreffende werknemer daardoor niet onder het niveau van het
minimumloon zakt. Genoemde arbeidsvoorwaardenbepalingen zijn geregeld in de
‘Arbeidsvoorwaardenregeling VD’ die in de arbeidsovereenkomst van de werknemers is
geïncorporeerd. Er is geen cao van toepassing. Werknemer Dries Drees wil geen van deze
wijzigingen accepteren.
Wat is juist:
a. Als in de arbeidsovereenkomst van Dries een eenzijdig wijzigingsbeding staat, dan moet Dries
volgens de jurisprudentie van de Hoge Raad deze wijzigingen accepteren indien de
ondernemingsraad zijn goedkeuring aan de wijzigingen heeft verleend.
b. Als er geen eenzijdig wijzigingsbeding in de arbeidsovereenkomst van Dries staat, dan mag VD
volgens de jurisprudentie van de Hoge Raad de arbeidsvoorwaarden eenzijdig wijzigen, mits
sprake is van een redelijke wijziging verband houdende met gewijzigde omstandigheden op het
werk, en aanvaarding redelijkerwijs van hem kan worden gevergd.
HR: het is niet eenzijdig wijzigen, partijen moeten met elkaar in onderhandeling gaan en zich daarbij
als goed wn en goed wg opstellen ex art. 6:11. Stoof/Mammoet.
c. Als er geen eenzijdig wijzigingsbeding in de arbeidsovereenkomst van Dries staat, dan is Dries
volgens de jurisprudentie van de Hoge Raad in beginsel niet gehouden de aangekondigde
loonsverlagingen te aanvaarden.
 Stoof/Mammoet: als er geen eenzijdig wijzigingsbeding is dan is wn niet gehouden om wijziging te
accepteren, maar hij moet wel als goed wn met wg in overleg treden als hij met een voorstel
komt.
d. Geen van de bovenstaande stellingen is juist.



5.
Werknemer X en werkgever Y hebben op 1 februari 2015 overeenstemming bereikt over een
arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, ingaande per 1 maart 2015. In deze overeenkomst is
een proeftijdbeding van één maand opgenomen.
Welke stelling is onjuist:

a. Teneinde de rechtsgeldigheid van het proeftijdbeding te kunnen beoordelen, moet men in ieder
geval de duur van het contract weten.
b. In deze arbeidsovereenkomst kan, afhankelijk van niet gegeven omstandigheden, ook een
proeftijdbeding van twee maanden rechtsgeldig zijn.
c. Ook als sprake is van een rechtsgeldig proeftijdbeding en de werkgever tijdens de proeftijd
opzegt, kan de opzegging vernietigbaar zijn.
ontslag aantasten: opzegverboden: moet je binnen 2 maanden een beroep op doen. rechtsgeldig
beding, maar opzegging is vernietigbaar. Kun je tijdens proeftijd een beroep doen op
opzegverbod? Ja, niet op de tijdens verboden, maar de wegens verboden.
d. Werkgever Y kan werknemer X niet al vóór 1 maart rechtsgeldig ontslaan met een beroep op de
proeftijd.
art. 676 lid 1: gevolgen proeftijd beding: als proeftijd is bedongen is ieder der partijen zolang die tijd
niet is verstreken bevoegd tot opzegging. proeftijd 652 (rechtsgeldigheid beding)




______________________________________________________________________________________ 2
_
Tentamen Inleiding Sociaal Recht d.d. 2 april 2015 ~ groep I ~

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller melissaallisonvansuijlekom. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75632 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.25  8x  sold
  • (0)
  Add to cart