Samenvatting van het boek en colleges in 1, met op het eind een woordenlijst met alle begrippen uit het boek (vertaald in het Nederlands). Tentamen als een van de weinigen (15% slagingspercentage 1e kans) gehaald met deze samenvatting,
,College 1
1. pluralisatie van levenswerelden: Samenleving is steeds diverser (culturen, manieren,
subgroepen) Steeds meer verschillende levensstijlen. Groeiende individualisatie en
globalisatie (migratie)
Met kwantitatief onderzoek probeer je iets te zeggen over grote groepen, dus dan heeft het
minder nut. Richten op 1 subgroep.
2. Moeilijk te bereiken doelgroepen (bvb vragenlijst bij dakloze jongeren) (studie uit jaren 20
van Thomas Jeki, poolse boeren naar amerika geëmigreerd, onderzoekers nieuwsgierig in
hoeverre ze veramerikaniseerden: the polish peasant in europe and america)
3. Beperkingen van kwantitatieve methoden: disentchantment of scienes
Einstein: niet alles wat belangrijk is te tellen, niet alles wat te tellen is belangrijk.
Waarom kwalitatief onderzoek:
-ontwikkelingen in de sociale wereld
-specifieke onderzoeksvragen kunnen een start point
zijn
-beperkingen van kwantitatief onderzoek kunnen de
achtergrond zijn
Essentiele eigenschappen zijn:
-Goede keuze van methoden en theorieën
-herkenning en analyse vanuit verschillende perspectieven
-reflectie van de onderzoeker
-Variatie in benaderingen en methoden
Geschiedenis van kwalitatief onderzoek:
-De ontwikkelingen overlappen elkaar maar ontstaan ook in verschillende gebieden
(Amerika en Duitsland)
-bewegingen gingen vooruit en achteruit in acceptatie en relevantie
-Nieuwe methodes, gereedschappen programma’s zijn soms parallellen
Kwalitatief onderzoek vs kwantitatief onderzoek:
Constructivisme: er is niet 1 waarheid, we MAKEN de realiteit, verschillende perspectieven,
we maken met elkaar de realiteit, de functionaliteit
(viability) belangrijker dan de waarheid
Theoretische generalisatie: op ene manier naar
subgroep ijken (bvb observatie) vind je dan zelfde als
wanneer je dat subgroepje gaat bevragen
Evenly suspended attentionà open blik voor alles wat
er kan gebeuren, voor elke uitkomst
Inhoudelijke sampling: welke persoon kan mij zoveel
mogelijk informatie geven
Nominalisme/pragmatisme: wij hebben de stoornissen gemaakt
Vraagstelling: ervaren, voelen, beleven, hoe ontaardt..: vragen over proces
, Positivisme: we ONTDEKKEN de realiteit, er is 1 waarheid, de wetenschap kan die onthullen
Numerieke generalisatie: steekproef getrokken uit populatie, zoveel mogelijk
representatief, als je in steekproef verband zit kun je dat generaliseren naar hele populatie
Stappen staan vast, lineair
Hypothese: ik vermoed.. (=nauwe blik)
Statistische sampling: is het wel representatief
Uitgaan van 1 waarheid: realisme/essentialisme: de stoornis was er al
Mixed methods: onderzoek waarbij je vanaf
begin een plan hebt waarbij kwalitatief en
kwantitatief combineert (vragenlijst met aan
het eind nog open vragen = niet mixed
methods, maar je moet het in alle stappen
gecombineerd hebben)
3 Theoretische kaders:
Construcivisme, daarbinnen ook weer theoretische kaders:
1. Symbolisch interactionisme (individuele/subjectieve meningen)
Gaat ervan uit dat het enorm belangrijk is hoe mensen dingen ervaren, hoe mensen dingen
zien. Bepaalde interpretatie van wereld heeft consequenties die het anders niet gehad had.
Thomas Theorem (boomvoorbeeld)
1e: mensen handelen obv de betekenis die die dingen voor ze hebben
2e: zulke dingen komen voort, of zijn afgeleid van, de sociale interactie die hij heeft met
medemens
3e: deze betekenissen worden gehanteerd of gewijzigd via interpretatief proces bij het
omgaan met de dingen die hij tegenkomt
2. Etnomethodologie (dagelijkse routines)
Interactie tussen mensen, onze waarheden en manieren van leven ontstaan in de dagelijkse
interactie. Dagelijks leven bestuderen.
Discourse analyse: de taal die we gebruiken analyseren , heeft impact op hoe we de wereld
om ons heen ervaren. Harold Garfunkel (1967)
3. Structuralisme (sociale of psychologische onbewuste processen)
Richt zich op het onzichtbare, de impliciete regels waar we ons niet van bewust zijn, die
gelden in onze maatschappij en aan sociale verschijnselen. Dingen die we logisch of gepast
vinden. onbewuste structuren die ten grondslag liggen aan sociale verschijnselem, nadruk
ligt op de subjectieve beleving. Karel Jung. Archetypes (allemaal hetzelfde beeld hoe een
oude wijze man eruit ziet)
5 onderzoeksprogramma’s:
1. Grounded theory: methode gebaseerd op klassieke studie van Glazer en Strauss.
Awareness of dying: bewustzijn van het feit dat je doodgaat. Wat voor effect heeft het op de
mensen om je heen. Het contact wordt heel intens. Maar er zijn ook mensen die er niks van
willen weten of ontkennen. Grote consequenties op de interactie. Gevolg: verplegers
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rhuizinga. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.94. You're not tied to anything after your purchase.