Dit zijn alle werkgroepaantekingen en (goede) antwoorden op de vragen van Rechtsfilosofie en rechtstheorie, gemaakt in . Ik heb zelf een 8,5 gehaald voor het vak.
Mill:
Belangrijk voor liberalisme
Ruime definitie van schade (Waldron heeft een beperktere definitie van
schade)
Ruime vrijheid van meningsuiting (Waldron is wel geneigd grenzen te
stellen)
Phelps/Synder (Supreme Court)
Geen schadevergoeding, uitingen beschermd door first amendment
Demonstratie en opvattingen raken publieke kwesties (slechts formele
toetsing)
Straat is bij uitstek openbare ruimte; publiek domein
Geen beperkingen op basis van openbare orde want toestemming
Schandaligheid is geen criterium want veel te afhankelijk van toevallig
interpretatie van juryleden
Bij publieke debatten moeten mensen tegen een stootje kunnen, provocatie
en belediging moet getolereerd worden
Phelps/Synder (Alito/dessenting opinion):
Persoonlijke belediging wordt niet beschermd door first amendment
Intentioneel kwetsbare individuen beschadigen vormt geen bijdrage aan het
publieke debat (inhoudelijke toetsing)
Synder is geen publiek figuur, is kwetsbaar
Ernstige emotionele schade in procedure niet betwist
Andere gelegenheden om mening kenbaar te maken.
Oog op media-aandacht kwetsen
Phelps/Synder (Mill): kernbegrippen Mill
Hecht veel waarde aan vrijheid van meningsuiting weinig beperkingen
(irrelevant of het bijdraagt aan publieke debat)
Grens vrijheid van meningsuiting = schade. Indien concrete, directe en
objectiveerbare schending van rechten van een concreet andere persoon
Twee rechtvaardigingen ruime opvatting van vrijheid van meningsuiting;
o Individueel belang:
o Publiek (collectief) belang:
Waarheidsvinding (aanscherping kennis en argumenten)
Onderdrukte mening kan waar zijn (gangbare voor waar
gehouden mening is niet onfeilbaar)
, Onderdrukte mening kan een halve waarheid bevatten, daar
gangbare meningen doorgaans ook halve waarheden zijn,
goed om meningen te laten botsen
Ook indien voor waar gehouden mening waar is, zinvol om
deze te laten botsen met alternatieve opvattingen, opdat de
voor waar gehouden mening beter
beargumenteerd/gefundeerd wordt (beter levende waarheid
dan dead dogma).
Phelps/Synder (Waldron): kernbegrippen Waldron
Is hem te doen om hate speech (niet alle uitingen zijn toegestaan)
Rawls als vertrekpunt: een goed geordende samenleving verlangt dat
mensen zich onthouden van hate speech (sluier der onwetendheid;
gelijkwaardigheid, respect)
Hatespeech: uitingen die haat of minachting uitdrukken ten opzichte van
een groep mensen op basis van ras, religie, etnische afkomst, seksuele
geaardheid of handicap, of bedoeld zijn om deze groepen te intimideren.
Hate speech ondermijnt de waardigheid (dignity) van leden van
minderheidsgroepen als gelijke burger.
Hatespeech moet uitgebannen worden d.m.v. wetgeving moet met
betrekking tot wetgeving gehandhaafd worden (ideale samenleving waarin
ieder zich vrijwillig aan normen en waarden houdt onmogelijk)
Assurance (garantie): mensen moeten erop kunnen vertrouwen dat ze op
respectvolle wijze door anderen bejegend worden, als gelijkwaardige
burgers. Gaat om recognition (erkenning), niet om appraisal (waardering
mensen moeten anderen als moreel gelijkwaardige burger bejegenen).
Mill, On Liberty
1. Mill stelt dat het onverstandig is om van eigen onfeilbaarheid uit te gaan. Leg
dit uit en leg uit waarom dit een argument oplevert tegen het beperken van
meningsuitingen.
Het verbieden van “foute” opvattingen veronderstelt de eigen onfeilbaarheid.
Maar elk tijdperk kent opvattingen die in het volgende tijdperk als onjuist of
onzinnig werden bestempeld. Het is onverstandig om van de eigen onfeilbaarheid
uit te gaan omdat je hiermee juist mening als absolute waarheid bestempelt,
terwijl de waarheid nooit absoluut is. Het idee van onfeilbaarheid leidt er toe dat
mensen andere meningen niet willen horen of zelfs verbieden. Dit levert een
argument op tegen het beperken van meningsuitingen; als men uit blijft gaan van
eigen onfeilbaarheid, zullen meningen zich niet blijven ontwikkelen tot
waarheidsgetrouwe meningen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vrouwejustitia. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.79. You're not tied to anything after your purchase.