100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Oncologische zorg (keuzecursus) $22.28   Add to cart

Summary

Samenvatting Oncologische zorg (keuzecursus)

 30 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Een uitgebreide samenvatting voor de kennistoets over de keuzecursus Oncologische zorg. Er is gebruik gemaakt van de literatuur uit het boek leerboek oncologieverpleegkunde en van informatie uit de lessen.

Preview 4 out of 47  pages

  • No
  • Unknown
  • January 20, 2024
  • 47
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Oncologische zorg
Kanker ontstaat als gevolg van genetische veranderingen in
lichaamscellen, die daardoor veranderen in tumorcellen. Het is een
ongecontroleerde deling van lichaamscellen. De cellen kunnen niet meer
stoppen met delen en groeien in omliggende weefsels (infiltratie) en
verspreiden door het lichaam (metastasering).

Een goedaardige (benigne) tumor is geen kanker, het kan wel tegen
omliggende weefsels of organen drukken. Heel soms kan benigne maligne
worden. Een benigne tumor groeit over het algemeen niet snel, is goed
ingekapseld en is goed gedifferentieerd (structuur van het weefsel van
herkomst is duidelijk te herkennen).

Bij groei van een kwaadaardige (maligne) tumor is de regulatie van de
celvermeerding (proliferatie) en de celdifferentiatie verstoord. Wanneer de
tumor groter wordt, groeit deze infiltratief door weefsels en omgeving. De
cellen zijn veranderd van structuur en er is veelvormigheid (polymorfie)
van de celkernen.
Infiltratieve groei kan ertoe leiden dat tumorcellen worden meegevoerd
met lymfe- en bloedvaten en elders in het lichaam terechtkomen, hier
kunnen ze weer gaan delen en kan een nieuwe tumor ontstaan,
metastase.

Primaire preventie: gericht op het voorkomen van het ontstaan van kanker.
Secundaire preventie: gericht op het zo vroeg mogelijk ontdekken van
kanker en het geven van een adequate behandeling.
Tertiaire preventie: gericht op het beperken van de gevolgen van de
aandoening en eventuele tweede tumor te voorkomen.

Exogene factoren: roken, voeding, bewegen, alcohol, zonlicht,
overgewicht, ioniserende straling, beroepsrisico, geneesmiddelen,
infecties, milieu.
Endogene factoren: hormonale invloeden, genetische factoren, gevolg van
andere ziekten (ziekte van Crohn, colitis ulcerosa, hepatitis of
levercirrose).

Bij kanker gaat het om verstoring in de evenwichtssituatie tussen celgroei
en celdood. Voordat een kwaadaardige tumor een omvang heeft bereikt
dat hij voelbaar of detecteerbaar is, treden er ongeveer veertig
tumorcelpopulatieverdubbelingen op. Een tumor heeft exponentiële groei,
heeft net zo lang nodig om van 0,5cm naar 1,0cm te gaan als van 1 naar 2
en 2 naar 4 cm.

Tumorsuppressorgenen coderen voor eiwitten die een remmende invloed
hebben op de celgroei. Door een mutatie kan het geïnactiveerd worden of
zelfs geheel vernietigd. Inactiviteit resulteert in verwijderen van een eiwit
dat de celgroei remt.

,Carcinoom is een tumor die ontstaat uit epitheelcellen.
Sarcoom ontstaat uit het steun- en bindweefsel van het lichaam.
Hematologische maligniteiten zijn de maligniteiten van de bloed
bereidende organen en de lymfeklieren.

Verspreiding door het lichaam kan optreden door ingroei in omliggende
weefselstructuren, lymfogene metastasering naar regionale lymfeklieren
en door hematogene metastasering.
T: grootte van de tumor
N: mate van aantasting van regionale lymfeklieren
M: metastase via de bloedbaan
Longtumoren
Risicofactoren voor longkanker is roken en meeroken, luchtvervuiling,
ioniserende straling, schadelijke stoffen, genetische factoren en andere
longziekten.
De prognose van longkanker is afhankelijk van stadium van de ziekte, type
van de kanker, leeftijd, co-morbiditeit, gewicht en de aan- of afwezigheid
van hersenmetastasen.

Algemene lichamelijke symptomen zijn vermoeidheid, algehele malaise en
vermagering.
Bij centraal gelegen longtumor, uitgaande van grotere luchtwegen, kan
prikkelhoest, hemaptoë, pijn in de thorax of benauwdheid optreden als
vroege klacht.
Perifeer gelegen longtumoren geven pas laat klachten, bijkomende
uitzaaiingen geven eerder klachten dan de tumor zelf.
Bij lokale doorgroei kan heesheid ontstaan of gelaatszwelling. Ingroei of
compressie kan ook pijn, passageklachten of de hik geven.

De behandeling van longcarcinoom hangt af van de weefseldiagnose en
stadiëring van de tumor. Bij alle patiënten dient laboratoriumonderzoek te
worden gedaan met ten minste bloedbeeld, elektrolyten, nierfunctie en
leverpunctieproeven. Aanvullend onderzoek is ecg, cardiale beoordeling
en longfunctieonderzoek.
Endoscopisch onderzoek wordt verricht om eventuele tumorlokalisatie in
luchtwegen te beoordelen en materiaal te verkrijgen voor cytologisch en
histologisch onderzoek.
Bij liquid biopsie wordt het van een tumor afkomstig materiaal in een
lichaamsvloeistof geïsoleerd en geanalyseerd.

Patiënten met longcarcinoom kunnen door lokalisatie van de tumor of door
tumorprogressie obstructie van de luchtwegen ervaren.


Niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC)
De meest voorkomende vorm van longkanker (85%).
 Plaveiselcelcarcinoom (25-30%): langzame groei, centraal
gelokaliseerd
 Adenocarcinoom (35%): klierweefsel van de long

, o Minimaal invasief adenocarcinoom (MIA), kleine tumor <3cm,
geen invasie in lymfevaten, bloedvaten of pleura, goede
overleving
o Invasief adenocarcinoom (infiltratie >5mm), meestal perifeer
gelegen en kunnen snel metastaseren met pleuravocht
aanwezig.
 Grootcellig ongedifferentieerd (5-10%): grote perifere tumoren die
ingroeien in sub segmentale bronchi of grotere luchtwegen.

Behandeling niet-kleincellig longcarcinoom:
Stadium I en II: resectie is oncologisch gezien de beste optie voor curatie,
dit kan met lobectomie, bilobectomie of met pneumectomie. Het doel van
thoraxdrainage is vocht, bloed en lucht draineren uit de pleuraholte.
Complicaties zijn risico’s algehele narcose, wondinfectie, nabloeding,
pneumonie, trombose/ longembolie en verslechtering hartconditie.
Stadium III: conventioneel gefractioneerde radiotherapie, bestralingsdosis
wordt in lagere dosis per keer toegediend, waardoor de kans op ernstige
bijwerkingen kleiner wordt.
Stadium IV: palliatieve radiotherapie, chemotherapie. Niet-
plaveiselcelcarcinomen: immuuntherapie, immuun-chemotherapie,
doelgerichte therapie bij genmutatie.



Kleincellig longcarcinoom (SCLC)
Sterke relatie met roken, kenmerkt zich door hoge respons op
chemotherapie en radiotherapie maar ook snelle ontwikkeling van
resistentie bij patiënten met gemetastaseerde ziekte. Agressieve vorm van
kanker, meestal centraal gelegen en metastaseert snel.

Behandeling kleincellig longcarcinoom:
Stadium I, II en III: beperkte bijdrage van chirurgie, chemotherapie is
eerste keuze. Niet gemetastaseerd, zal gelijktijdig chemo- en radiotherapie
gegeven worden.
Stadium IV: curatie is niet meer mogelijk, chemotherapie wordt gegeven
ter palliatie. Slechte prognose.



Zowel NSCLC als SCLC kent hematogene en lymfogene metastasering
- Bijniermetastase: geven meestal geen klachten, bloeding of
bijnierinsufficiëntie kan wel optreden (meer bij SCLC)
- Botmetastasen: pijn meest voorkomend signaal (NSCLC 20%, SCLC
30-40%)
- Hersenmetastasen: adenocarcinomen metastaseren sneller naar de
hersenen dan plaveiselcelcarcinomen (NSCLC 30%, SCLC 60%)
- Levermetastasen: zeldzaam, geen lokale therapie maar systemische
therapie

, Chirurgie bestaat uit lobectomie: het verwijderen van de longkwab. En
pneumectomie: het verwijderen van de gehele long. Bijwerkingen en
complicaties van chirurgie zijn bloeding, infectie, langdurig luchtlekkage
en frozen shoulder.

Chemoradiatie heeft als bijwerkingen en complicaties vermoeidheid,
radiatie-oesophagitis en radiatiepneumotitis.

Het doel van immuuntherapie is het activeren van één of enkele van de
zeven stappen van de kankerimmuniteitscyclus, zonder de gezonde cellen
te schaden.
De kankerimmuniteitscyclus:
1. Vrijkomen van tumorantigenen (celdood van tumorcellen)
2. Presentatie van tumorantigenen (APCs zoals DCs)
3. Priming en activatie (APCs en T-cellen)
4. T-cellen migreren naar de tumoren (CTLs)
5. T-cellen infiltreren de tumoren (CTLs, endotheelcellen)
6. T-cellen herkennen tumorcellen (CTLs, tumorcellen)
7. Tumorcellen worden gedood

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller juliavanderschoot5. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $22.28. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$22.28
  • (0)
  Add to cart