Kenmerkende aspecten tijdvak 10:
tijd van televisie en computer (1950 - 2000)
KA45: De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van
een wapenwedloop en de daaruit voortvloeiende dreiging van een atoomoorlog
Na WOII: twee grote machtsblokken -> Verenigde Staten (kapitalistisch liberalisme)
en Sovjet-Unie (communisme). Beide streven naar grotere invloed. Veel landen
kiezen een van beide kanten; andere landen kiezen geen van beide kanten (neutrale
landen, met name in ex-kolonies). Tijd van spanningen en wapenwedloop
(atoombommen), maar geen direct conflict VS en SU = Koude Oorlog. Wel soms
indirect conflict: Vietnamoorlog. Europa verdeeld door IJzeren Gordijn: grens tussen
communistisch oosten en kapitalistisch westen. Na val Berlijnse Muur (1989): einde
Koude Oorlog.
KA46: De dekolonisatie maakte een eind aan de westerse hegemonie in de
wereld
In WOII: Aziatische kolonies (o.a. Vietnam en Indonesië) bezet door Japan. Na WOII:
willen geen bezetter meer, maar onafhankelijk zijn + machtspositie Europese landen
verzwakt door WOII -> aanzet tot dekolonisatie. Oorlog tussen kolonisator (resp.
Frankrijk en Nederland) tegen kolonie (resp. Vietnam en Indonesië). Koude Oorlog
heeft invloed: VS steunt vaak kolonisator (als ze kapitalistisch zijn), SU vaak kolonies
(als ze communistisch worden). Na 1945: einde westerse hegemonie. Vanaf 1960:
dekolonisatie in Afrika.
KA47: De eenwording van Europa
Na WOII: Europese landen verwoest door: (i) crisis wereldkapitalisme (KA39), (ii)
toenemend nationalisme (KA36) en (iii) Koude oorlog (KA45). Samenwerking
in Europese Gemeenschap van Kolen en Staal: door industrie van landen in de
gaten te houden, kon gecontroleerd worden of er wapens gemaakt werden ->
voorkomen oorlog. Vanaf jaren 50: steeds verdere politieke en economische
samenwerking (ontstaan EEG). 1992: oprichten Europese Unie (verdrag van
Maastricht). Vanaf 2004: uitbreiding naar voormalige Sovjet-landen.
KA48: De toenemende westerse welvaart die vanaf de jaren zestig van de 20e
eeuw aanleiding gaf tot ingrijpende sociaal-culturele veranderingsprocessen
Na WOII: ontstaan verzorgingsstaat. Vanaf 1960: hogere lonen. Welvaart stijgt
vanwege economische groei -> consumptiemaatschappij. Welzijn en zekerheid leidt
tot sociaal-culturele veranderingen met toenemende individualisering (minder
afhankelijkheid). Door welvaart en babyboom na 1945: grote groep jongeren ->
ontstaan jongerencultuur. Door welvaart + culturele veranderingen -> meer
jongeren hebben langer en hoger onderwijs. Hierdoor: kritische houding -> wegvallen
geloof en traditie (secularisatie) + protesten tegen Vietnamoorlog, opkomst
feminisme (Dolle Mina, strijd voor abortus) en emancipatie seksuele minderheden
(oprichting COC en afschaffen hogere leeftijd seksuele consent niet-
heteroseksuelen).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anoukmolenaar26. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.