OPEN VRAGEN RR/RD101- Inleiding Rechtswetenschap
6 oktober 2017, 13:30-16:30
Naam: ______________________________
Studentnummer: _____________________
Voltijd / VMO: _______________________
Vraag 1: Verkiezingsbijeenkomst (10 punten)
Stel: in het kader van de campagne voor de parlementsverkiezingen waarschuwt
Hans Janstra – lijsttrekker van de nieuwe partij Ons Volk – tegen de ‘islamisering van
Nederland’. Op een verkiezingsbijeenkomst van Ons Volk bepleit Janstra onder meer
de vorming van aparte wijken voor moslims; alleen op die manier zou de rest van
de bevolking voldoende kunnen worden beschermd tegen de ‘oprukkende islam’.
Daarnaast houdt Janstra een pleidooi voor een beleid van ‘eigen volk eerst’ en
betoogt hij de ontneming van het actief en passief kiesrecht aan Nederlanders met
een niet-westerse migratie-achtergrond. Janstra is een aansprekend politicus en van
zijn toespraak wordt op televisie uitgebreid verslag gedaan. Velen voelen zich
bedreigd en doen de volgende dag aangifte bij de politie.
Over de wijze waarop het recht op kwesties als deze zou moeten reageren wordt
verschillend gedacht. Daarbij maakt het onder meer uit of men uitgaat van een
‘procedurele’ of ‘inhoudelijke’ opvatting van democratie. Zoals Aernout
Nieuwenhuis laat zien in zijn artikel ‘Democratie, groepsbelediging en haatzaaien’ is
het daarnaast van belang of men een ‘Amerikaanse’ of ‘Europese’ benadering van
uitingsvrijheid hanteert.
a. Oordeelt u het optreden van Janstra strafbaar vanuit een procedurele opvatting
van democratie zoals die past bij een ‘Amerikaanse benadering’ van vrijheid van
meningsuiting? Leg uw antwoord uit en licht daarbij toe wat u onder een
procedurele democratieopvatting en een Amerikaanse benadering van
uitingsvrijheid verstaat.
(4 punten)
Vanuit een procedurele opvatting van democratie ligt het voor de hand de uitingen
van Janstra niet strafbaar te achten. Een procedurele opvatting van democratie
houdt immers in dat erkenning van het kiesrecht en toepassing van de
meerderheidsregel voldoen als voorwaarden om van een democratie te kunnen
spreken. Die opvatting past bij een Amerikaanse benadering van uitingsvrijheid,
waarin het politieke debat grotendeels ongereguleerd blijft en zo veel mogelijk
wordt overgelaten aan de ‘vrije marktplaats van ideeën’. Zowel de procedurele
opvatting van democratie als de Amerikaanse benadering van uitingsvrijheid stellen
dus vertrouwen in een juiste toepassing van een formele procedure waaraan verder
geen inhoudelijke eisen worden gesteld. Bezien vanuit dat perspectief ligt het niet
voor de hand Janstra via het recht de mond te snoeren.
b. Oordeelt u het optreden van Janstra strafbaar vanuit een inhoudelijke opvatting
van democratie zoals die past bij een ‘Europese benadering’ van vrijheid van
meningsuiting? Leg uw antwoord uit en licht daarbij toe wat u onder een
inhoudelijke democratieopvatting en een Europese benadering van uitingsvrijheid
verstaat. (4 punten)
Pagina 1 van 12
, OPEN VRAGEN RR/RD101- Inleiding Rechtswetenschap
6 oktober 2017, 13:30-16:30
Naam: ______________________________
Studentnummer: _____________________
Voltijd / VMO: _______________________
Op grond van een inhoudelijke benadering van democratie zoals die bijvoorbeeld
wordt gehanteerd door het EVRM zou Janstra’s optreden wel strafbaar geacht
kunnen worden. De inhoudelijke opvatting van democratie houdt onder meer in dat
bescherming van de rechten van minderheden een eis is die aan het
democratiebegrip zelf voorafgaat. Een stelsel dat de rechten van minderheden
miskent is niet in overeenstemming met de waarden van gelijkheid en menselijke
waardigheid waarop de democratie zelf is gefundeerd en daarom de naam
‘democratie’ niet waardig. Die democratieopvatting laat zich goed combineren met
de ‘Europese’ opvatting van uitingsvrijheid die het politieke debat niet geheel
ongereguleerd laat, maar tot op bepaalde hoogte ook inhoudelijk in goede banen
tracht te leiden. Toegepast op de zaak-Janstra zou dat in kunnen houden dat
Janstra’s uitingen strafbaar zijn omdat zij de fundamentele rechten van
minderheden miskennen.
c. Zou het optreden van Janstra wat u betreft in een democratische rechtsstaat
toelaatbaar moeten zijn? Beargumenteer uw antwoord en geef daarbij uw visie op
de verhouding tussen democratie en rechtsstaat. (2 punten)
Eigen invulling.
Vraag 2: Aan de Frans-Italiaanse grens (10 punten)
De Franse boer Cédric Herrou hielp in 2016 vluchtelingen die vanuit Italië Frankrijk
binnen probeerden te komen. Vluchtelingen die hij aantrof op kleine bergweggetjes
vervoerde hij met zijn auto over de Frans-Italiaanse grens. Op deze manier konden
zij de streng bewaakte grenspost tussen Frankrijk en Italië omzeilen. Mensen helpen
om de grens met Frankrijk over te steken is in strijd met de Franse strafwet: het is
strafbaar als mensensmokkel. Herrou deed het toch, om humanitaire redenen. Het
berggebied tussen Italië en Frankrijk is onherbergzaam, en het is gevaarlijk om dat
gebied lopend, zonder goede uitrusting, te doorkruisen, zoals vluchtelingen doen. In
augustus 2016 weigerde de Franse onderzoeksrechter hem te vervolgen. In februari
2017 heeft de Franse strafrechter Herrou echter veroordeeld tot een
voorwaardelijke boete van 3000 euro.
Herrou laat zich hierdoor niet weerhouden. Hij zegt: ‘Het is de taak van de burger in
een democratie om op te treden wanneer de staat faalt. Ik wil dat de rechtbanken in
de Roya-vallei deze asielaanvragers erkennen. Men geeft hun geen toegang tot hun
rechten. Hun recht is het aanvragen van asiel. Ik beweer niet dat die aanvragen
moeten worden goedgekeurd, maar wel dat ze ten minste hun asielaanvraag
moeten kunnen indienen. Ze worden echter systematisch terug over de Italiaanse
grens gezet.’
a. Met welke rechtstheorie (natuurrecht, rechtspositivisme, rechtsrealisme) kan de
mening van Herrou in verband gebracht worden? Geef in uw antwoord aan wat de
Pagina 2 van 12
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kvb. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.