100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting differentiële psychologie $4.82
Add to cart

Summary

Samenvatting differentiële psychologie

 143 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Uitgebreide samenvatting van het vak differentiële psychologie, gemaakt a.d.h.v. notities tijdens de lessen, het handboek en de powerpoints. Uit het tweede semester van de eerste bachelor psychologie.

Preview 4 out of 76  pages

  • May 31, 2018
  • 76
  • 2016/2017
  • Summary
avatar-seller
Diferentiële psychologie
Hoofdstuk 1: Interesses
1. Structuur van interesses
1.1 Interesses als individueel verschil
- Heel wat verschillen tussen personen, onderscheiden in:
o Aard: Bv.: Meer artistieke, sportieve, of ondernemingsinteresses, …
 Je kan een smal interessegebied hebben (Bv.: Enkel sportieve
interesses)
 Of een breed interessegebied (Bv.: Sportieve en artistieke interesses)
o Intensiteit: Hoe meer hobby’s, hoe minder tijd in 1 hobby en hoe minder
intens.
- Motivationeel aspect: Als je in iets bent geïnteresseerd, ga je je beter inzetten en
meer tevreden zijn.
o Bv.: Studies die je liggen vs. studies die je niet interesseren.
o Belangrijk voor de predicatieve validiteit van interesses:
 Men wil mensen sturen naar werkomgevingen/studies/… waarin ze
geïnteresseerd zijn. Men onderzoekt de interesses om te voorspellen
waar ze thuishoren, om te oriënteren naar een omgeving waar mensen
tevreden zijn.
 Interesses ≠ goede predictor voor prestaties: Bv.: Het is niet omdat je
psychologie graag doet, dat je goede punten behaalt.
 Goede predictor: tevredenheid: Bv.: Als je een leerling oriënteert naar
een bepaalde studierichting, wil je dat die persoon tevreden is met de
studiekeuze. Je moet een match zoeken tussen de interesse van de
persoon en de aspecten van de omgeving waarin je die persoon
oriënteert.
- Invalshoek vanuit de praktijk: interesses als oriënterend vermogen
o Bv.: Leerlingenbegeleiding, CLB, arbeidsmarkt, revalidatie, outplacement, …
o Als je mensen hun interessegebieden kent, kan je daarmee verder werken om
mensen te helpen (her)oriënteren.




Tiffany Volckaert 1

,1.2 Persoons- en omgevingskenmerken
 Alle mogelijke interesses kun je onderbrengen in 1 of meerdere categorieën: RIASOC

 Ook omgevingstype: belangrijk bij het oriënteren; je moet de interesse ook meten in
een bepaald terrein, zodat er een match is tussen de interesse in beide.

 Ideale beeld: hetzelfde model gebruiken voor persoon en omgeving

1.2.1 Het realistische/praktische mens- en omgevingstype
- Realistische menstype:
o Direct en manipulatief omgaan met dingen
 Bv.: Machines, gereedschap, dingen, planten en dieren
o Goed technisch inzicht, handvaardig
o Gebruikt graag zijn lichaamskracht
o Houdt niet van sociale bezigheden en mist er de vaardigheden voor
o Bv.: Een bouwvakker
- Realistische werkomgeving:
o Machines, gereedschap, dingen, planten en dieren
o Omgeving stimuleert en beloont
 Mechanisch-technische en motorische vaardigheden
o Biedt ruimte aan
 Praktische, productieve en materialistische waarden
 Robuust, avontuurlijk en soms zelfs risicovol gedrag
o Aangepast gedrag en degelijk uitvoeren van taken
o Bv.: Een werf

1.2.2 Het intellectuele/onderzoekende mens- en omgevingstype
- Intellectuele menstype:
o De hem omringende, natuurkundige, biologische en culturele verschijnselen via
observatie en onderzoek doorgronden en beheersen
o Wetenschappelijke en mathematische vaardigheden
o Afkeer van activiteiten die een overredend, sociaal of routinematig optreden
vereisen
o Bv.: Een burgerlijk ingenieur
- Intellectuele werkomgeving:
o Onderzoekende werkzaamheden om problemen oplossen of kennis vergaren
o Omgeving stimuleert en beloont
 Analytische, wetenschappelijke, technische en verbale vaardigheden
o Weinig administratieve vaardigheden
o Biedt ruimte aan
 Theoretische, creatieve en ideële waarden
 Volhardend, kritisch en soms zelfs sceptisch gedrag
o Goed gedocumenteerde bijdragen aan kennis of aan de oplossing van praktische
problemen
o Bv.: De universiteit




Tiffany Volckaert 2

,1.2.3 Het artistieke mens- en omgevingstype
- Artistieke menstype:
o Voorkeur voor vrije, ongestructureerde activiteiten waarin hij zich op
kunstzinnige wijze kan uiten
o Bezit artistieke vaardigheden
 Bv.: Toneelspelen, schrijven, tekenen, schilderen, beeldhouwen,
musiceren of dansen
o Houdt niet van geordende, systematische werkzaamheden
o Bezit weinig administratieve vaardigheden
o Bv.: Een acteur
- Artistieke werkomgeving:
o Creatieve bezigheden op het gebied van literatuur, muziek, beeldende kunst
o Vaardigheid op 1 of meerdere van de gebieden gewenst
o Omgeving stimuleert en beloont
 Esthetiek, verbeelding, oorspronkelijkheid
o Biedt ruimte aan
 Origineel, onconventioneel en soms zelfs rebellerend gedrag
o Doel: leveren van artistieke producten of producties
o Bv.: Een museum/een toneelpodium

1.2.4 Het sociale mens- en omgevingstype
- Sociale menstype:
o Met andere mensen omgaan om ze te informeren, onderwijzen, ontwikkelen,
genezen, verzorgen of amuseren
o Contactuele vaardigheden
 Bv.: Tact, geduld, aandacht
o Houdt niet van technische bezigheden en bezit de vaardigheden niet
o Bv.: Een klinisch psycholoog
- Sociale werkomgeving:
o Met mensen gewerkt, in een helpende of dienstverlenende zin
o Omgeving stimuleert en beloont
 Interpersoonlijke, communicatieve en contactuele vaardigheden
o Biedt ruimte aan
 Humanitaire waarden
 Begripvol, geduldig en tactvol gedrag
o Verzorgen, genezen, troosten, onderwijzen, voorlichten en vermaken van
anderen
o Bv.: Een psychiatrische instelling/het CLB

1.2.5 Het ondernemende/enterprising mens- en omgevingstype
- Ondernemend menstype:
o Streeft naar organisatorische, politieke of economische doelen
o Goede leiding, weet anderen te overtuigen
o Houdt niet van wetenschappelijke activiteiten, geen vaardigheden voor
o Bv.: Een econoom
- Ondernemende werkomgeving:
o Met mensen werken in een commerciële, politieke of leidinggevende zin
o Omgeving stimuleert en beloont
 Interpersoonlijke vaardigheden van overtuigende en gezaghebbende
aard
o Biedt ruimte aan
 Commerciële en politieke waarden
 Doelstellingen zoals succes, macht, populariteit en bekendheid
o Iets van anderen gedaan krijgen, verkocht krijgen, producten of ideeën
o Bv.: Een politieke partij/een bedrijf


Tiffany Volckaert 3

, 1.2.6 Het conventionele mens- en omgevingstype
- Conventionele menstype:
o Voorkeur voor duidelijke, geordende werkzaamheden die een precieze &
systematische aanpak vergen
o Bezit administratieve vaardigheden
o Afkeer van onduidelijke en ongestructureerde activiteiten
o Mist artistieke aanleg
o Bv.: Een boekhouder
- Conventionele werkomgeving:
o Handhaven en toepassen van regels en voorschriften
o Omgeving stimuleert en beloont
 Administratieve vaardigheden
o Vereist vermogen om volgens strikte normen en standaarden te werken
o Biedt ruimte aan
 Zekerheid, duidelijkheid, stabiliteit
 Conformistisch, betrouwbaar en ordelijk gedrag
o Beroepen op administratief gebied, ordehandhaving en wetstoepassing
o Bv.: Een rechtbank

1.3 Modellen en taxonomieën
Succes van de P-O koppeling afhankelijk van o.m. breedte en betrouwbaarheid
waarmee de eigenschappen van de persoon en omgeving worden gemeten.

Taxonomie = De wetenschap van het indelen van individuen of objecten in groepen.

 Taxonomie van John Holland: RIASOC/RIASEC-model (= intuïtief opgebouwd)

2. RIASEC: Model en assumpties
2.1 Het model
 Onderlinge verwantschap: hexagonaal model

- Diametraal:
o R: Werken met dingen  S: Werken met mensen
 Staan het verst van elkaar, kunnen wel gecombineerd worden (weinig)
o I: Denken  O: Doen
 Kan samen voorkomen, maar weinig
 Bv.: Een fondsenverwerver voor de universiteit: die moet de taal van de
academici spreken, maar die moet ook de taal van ondernemers
spreken.
o A: Regel-openbrekend  C: Regelvolgend
 Kan voordelig zijn om beide te hebben
 Bv.: Je moet een goede, creatieve muziekgroep zijn, maar je moet ook
wel geld kunnen binnenbrengen om als muzikant te kunnen overleven.
- Aangrenzend:
o A en I: Bv.: Architect – Ingenieur
o O en S: Bv.: Lobbyen, sponsoring zoeken
o O en C: Bv.: Een fuif organiseren: geluidsnormen respecteren
o …

 Geeft combinaties weer van wat dichter bij elkaar ligt, wat verder van elkaar ligt en wat
tegenover elkaar staat. Zowel bij mensen als omgeving.




Tiffany Volckaert 4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tiffanyvolckaert. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53249 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.82  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added