100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting hoofdstuk 4 ''Rusland wordt communistisch'' 4.2-4.5 + KA's $5.01   Add to cart

Summary

samenvatting hoofdstuk 4 ''Rusland wordt communistisch'' 4.2-4.5 + KA's

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Level

Voor mij werkt deze manier van samenvatten, en ik hoop voor jou ook. Als mijn klasgenoten mijn samenvattingen gebruiken helpt het hun ook, vooral met hun cijfer dan:))) Alvast succes met leren!!!!

Preview 2 out of 5  pages

  • January 22, 2024
  • 5
  • 2023/2024
  • Summary
  • Secondary school
  • 3
avatar-seller
Hoofdstuk 4 ‘’Rusland wordt communistisch’’

Tijd van wereldoorlogen (1900-1950)
Tijd van burgers en stoommachines (1800-1900)
De moderne tijd

4.2 De laatste tsaren
-Hoe leidden de maatschappelijke verhoudingen in Rusland tot het ontstaan van verschillende
politieke stromingen?
----Doordat de leefomstandigheden en werkomstandigheden slecht waren kwam er elke keer een
opstand hierdoor moest de tsaar iets veranderen.

1861= Tsaar Alexander II schaft lijfeigenschap af
1894= Nicolaas II wordt Tsaar
1904-1905= Russisch-Japanse oorlog

 Moedertje Rusland zorgde voor voedsel. Vadertje Tsaar zorgde voor bestuur en orde. De adel
hielp hem daarbij. De Russische-orthodoxe Kerk steunde de tsaar en bevestigde het
ideaalbeeld (hadden een religieus hoekje in huiskamer ook foto van de tsaar)dat veel Russen
van hem hadden. Meer dan 80% van de Russen was boer.
 Boeren waren lijfeigenen van tsaar, edelman of klooster en moesten de grond van hun
eigenaar bewerken. Een deel van de grond werd toegewezen aan de dorpsgemeenschap: de
mir.
 De dorpsraad verdeelde die grond onder de boerenfamilies. Dat betekende niet dat zij de
oogst mochten houden: een groot deel ervan ging in de vorm van belasting alsnog naar de
grondbezitter. Die verkocht het graan in de stad, of exporteerde het naar Europa.
 In de steden leefde middenstanders (winkeliers en kooplieden) en rijke ondernemers. Er was
weinig industrie, want doordat boeren de grond van hun eigenaar niet mochten verlaten,
waren er nauwelijks arbeiders beschikbaar om in een fabriek te werken.
 In de 19e eeuw verboden veel landen slavernij. Tsaar Alexander II wilde de Russische versie
van slavernij, de lijfeigenschap, afschaffen. De meeste edelen waren hierop tegen.
 Ondanks de kritiek verbood Alexander II in 1861 de lijfeigenschap. Om de adel tegemoet te
komen, verplichtte hij lijfeigenen te betalen voor hun vrijheid. Daarvoor moesten ze geld
lenen van hun eigenaar en zo bleven ze van hem afhankelijk.
 Deze vooruitstrevende ‘tsaar-bevrijder’ liet ook fabrieken bouwen en spoorwegen
aanleggen. Boeren die zich konden ontworstelen aan de grondbezitters trokken naar de
steden om in de nieuwe industrieën te werken. Wel bleven ze nauw verbonden met hun
geboortedorp. Daar gingen ze in de ploeg-,zaai- en oogsttijd het boerenwerk doen.
 De leefomstandigheden in de fabrieken waren slecht, nog slechter dan in andere
industrialiserende landen. Volgens radicale organisatie Volkswil waren de tsaar, de adel en de
ambtenaren schuldig aan dit slechte systeem. Volkswil-terrorist vermoorde tsaar Alexander II
in 1881.
 Volgens de nieuwe tsaar, Alexander III, waren de hervormingen de oorzaak van het geweld
dat onder andere zijn vader het leven had gekost. Hij beëindigde dan ook veel hervormingen .
de geheime politie pakte leden van Volkswil en andere critici hard aan. Kort voor de
eeuwwisseling werd Alexander III opgevolgd door zijn zoon, Nicolas II.
 Oorlog met Japan in 1905 dramatisch voor Russen. Doordat veel voedsel naar het leger
moest, was er te weinig over voor het volk. De honger die volgde, veroorzaakte opstanden.
 Priester, Georgi Gapon, leidde een demonstratie naar het paleis van Nicolas II in Sint-
Petersburg. De demonstranten wilden een brief met wensen naar de tsaar aanbieden. Maar
soldaten van de lijfwacht van de tsaar openden het vuur en schoten honderden mensen neer.
Wat begon als een vreedzame demonstratie eindigde in een bloedbad: Bloedige Zondag.

, Gevolg: matrozen vermoorden hun officieren en namen schepen over, boeren staken huizen
van landheren in de brand, fabrieksarbeiders legden het werk neer en stichten: sovjets:
gekozen en zelfstandige arbeidersraden die bestuursmacht eisen.
 Chaos wat te groot, tsaar kon niet anders dan de opstandelingen tegemoet komen en een
volksvertegenwoordiging op te richten: de Doema. (soort 2 e kamer)

>Lijfeigenen = Boeren die niet vrij zijn, maar horen bij de heer van het landgoed.
>Geheime politie = Aparte afdeling van de politie die politieke tegenstanders opspoort, arresteert en
voor de rechter brengt.
>Arbeidersraden = Vergaderingen van arbeiders die zich spontaan en zelfstandig organiseren, om zelf
te zorgen voor bestuur. In de Sovjet-Unie: sovjets.

4.3 Twee revoluties
-Hoe kwamen Lenin en zijn bolsjewieken aan de macht?
----Door de Oktoberrevolutie Lenin zette de regering af toen hij een kans zag. Sommige mensen niet
mee eens, revolutie had vanuit volk moeten komen.

1914 = begin Eerst wereldoorlog
Februari 1917 = Februarirevolutie
Oktober 1917 = Oktoberrevolutie

 Door oprichting v de Doema leek het er immers op dat de tsaar bereid was de macht te
delen. Dat was een belangrijke wens van de demonstranten. Vooral liberalen, voor wie
politieke vrijheid belangrijk was. Maar in de praktijk kreeg de Doema nauwelijks macht en
veranderde er vrijwel niets. De tsaar hield de macht bij zichzelf.
 Begin Eerste Wereldoorlog veroverden Russische troepen grote gebieden van Duitsland en
Oostenrijk-Hongarije. Maar dat succes was slechts tijdelijk en in 1915 drongen de Duitsers tot
ver in Rusland door. Russen wonnen zelden een slag.
 Alleen generaal Broesilov behaalde in 1916 een groot succes en wist de Oostenrijkers ver
terug te dringen. Maar toen de Duitsers de Oostenrijkers kwamen helpen, keerden de
Russische kansen definitief. De verliezen aan gebied en mensenlevens waren enorm.
 In de winter van 1916-1917 verslechterde de situatie verder. Niet alleen aan het front, maar
ook in de steden. Doordat het leger heel veel voorraden nodig had, ontstonden er
voedseltekorten in de steden. In Moskou en Petrograd enorme stakingen en demonstraties.
 Tijdens deze Februarirevolutie koos het leger de kant van de demonstranten. Tsaar Nicolaas II
had geen steun meer. Noodgedwongen deed hij afstand van de troon.
 Wie had de macht? De Doema, omdat dat de officiële volksvertegenwoordiging was? Of de
sovjet van Petrograd? In de Doema zaten namelijk vooral liberalen. Geen
volksvertegenwoordiging, maar een rijkelui-vertegenwoordiging, vonden sommigen.
 De Doema koos een Voorlopige Regering. Voorlopig, omdat er verkiezingen zouden worden
gehouden zodra dat kon. Het lijden en het sterven gingen door en de steun voor de
Voorlopige Regering nam snel af. Tegelijkertijd nam de steun voor de sovjet van Petrograd
toe. En daar liet een groep communisten steeds meer van zich horen. Deze bolsjewieken,
zoals ze zich noemden, vonden de tijd rijp voor de communistische revolutie.
 De leider bolsjewieken was Vladimir Lenin. Hij was door de tsaar verbannen uit Rusland en
woonde in Zwitserland. Na de Februarirevolutie reisde hij snel terug naar Rusland. 3 dingen:
Brood voor de hongerende stadsbevolking, land voor de straatarme boeren (een herverdeling
van de landbouwgrond dus) en vrede met Duitsland. Die woorden sloegen aan, maar toch
hadden de bolsjewieken weinig aanhang. Communisten wilden immers de hele samenleving
anders inrichten en dat was voor veel mensen te radicaal.
 Ondertussen kon de Voorlopige Regering de voedseltekorten niet oplossen en de oorlog bleef
vreselijk slecht verlopen. Honderdduizenden frontsoldaten weigerden nog langer te vechten.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller yaranap. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.01. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

74534 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.01
  • (0)
  Add to cart