GERECHTELIJKE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG
INTRODUCTIE
Wat is gerechtelijke geestelijke gezondheidszorg?
Raakvlakken met geestelijke gezondheidszorg (1) en rechtsbedeling (2)
(1) = dienstverlening die probeert maximale bevordering van de psychische gezondheid
à Werkt preventief (psychische problemen voorkomen) en het behandelen van milde of ernstige
psychische problemen.
à Deelgebied: psychiatrie: richt zich op ernstige psychische problemen (onderzoek, patiëntenzorg en
onderwijs)
(2) = verschillende vormen van recht (vooral focus op strafrecht) strafrecht, arbeidsrecht, etc.
à verschillende diensten waarmee we te maken krijgen bv. politie, RB, gevangenis, forensische
instellingen
Justitiabelen met een psychische stoornis: een persoon die in contact is gekomen met justitie als dader en acute
of chronische psychiatrische stoornis heeft, maar wel toerekeningsvatbaar is voor zijn/haar daden.
Geïnterneerden: daders die ontoerekeningsvatbaar verklaard zijn geworden. Ze worden niet gestraft maar
krijgen een beveiligingsmaatregel van onbepaalde duur opgelegd.
Verschillende paradigma’s
Het werk van een forensische hulpverlener verschilt met dat van een hulpverlener in de reguliere GGZ
Reguliere psychiater: samenwerkingsverband met patiënt, proberen samen een oplossing te vinden voor het
probleem (eventueel in samenwerking met familie). Patiënt is gemotiveerd en vraagt hulp. Er is een
vertrouwensband tussen patiënt en psychiater
à stoornis detecteren, behandelen en proberen oplossen
à Ontwikkelen van therapeutische
vertrouwensrelatie waarin beroepsgeheim
vervat zit
à Doel: verbeteren psychische gezondheid en
KVL
Forensische psychiater: Meer een openbaar
gebeuren. Er is een derde partij aanwezig die
meekijkt. Oppositie (meerdere partijen) die iets
anders nastreven of eisen, er is discussie of
conflict tussen deze partijen.
In een strafrechtsprocedure treedt psychiater
op als expert(deskundigenonderzoek), hij
adviseert of informeert de rechter. Deze info moet dienen om stukje juridisch probleem op een betere/correcte
manier op te lossen.
à Forensische behandeling = opgelegd als justitiële voorwaarde = betrokkene heeft hier meestal niet zelf om
gevraagd. (Ongemotiveerde patiënten)
à Doel: beschermen MTS
à Relatie/samenhang tussen psychische stoornis en het delict staat centraal
(link Forum Romanum)
,Paradigma ligt in de doelen
Justitieel model = risicobenadering die focust op de rehabilitatie van daders om het risico op recidive te
reduceren en de MTS te beschermen. (Conflictmodel)
Gezondheidszorg = gezondheidsbenadering die focust op het behandelen van patiënten die lijden aan een
psychiatrische stoornis.
DEEL 1: PSYCHIATRISCHE STOORNISSEN
1. Algemeen
1.1 DEFINITIE
Een psychiatrische aandoening/ziekte = een ziekte met psychische symptomen en/of door psychische oorzaken,
die gepaard gaan met lijden en/of sociaal disfunctioneren. Symptomen zijn klachten of verschijnselen (bv.
verwardheid, hallucinaties, etc.).
à kan psychische oorzaken hebben
à kan lichamelijke oorzaken hebben bv. slecht werkende schildklier, dan kan dit opgelost worden als de
schildklier terug werkt.
Men kan lichamelijke klachten ontwikkelen door psychiatrische ziekten, bijvoorbeeld iemand die anorexia heeft
kan haaruitval krijgen, gewicht verliezen, etc.
à niet altijd duidelijk onderscheid tussen ‘lichamelijke’ of ‘psychische’ ziekten
In de psychiatrie ligt de nadruk op psychische symptomen en psychische oorzaken.
à niet altijd mogelijk een specifieke oorzaak aan te duiden, daarom spreken we van psychiatrische stoornissen
à niet elke psychische klacht betekent dat je een psychiatrische stoornis hebt (klachten kunnen ontwikkelt
worden door levensgebeurtenissen bv. relatiebreuk)
ð Deze kunnen van zelf overgaan of worden herleid tot een probleem waarmee je kan leven
à bij een psychiatrische stoornis is het psychisch evenwicht langdurig verstoord en heeft dit een negatief effect
op meerdere levensdomeinen en kunnen je sociale rollen (partner, werknemer) onder druk komen te staan.
à Stoornissen vereisen wen een behandeling om de levenskwaliteit op een aanvaardbaar peil te brengen of te
houden.
Psychische functies hebben te maken met interactie tussen individu en omgeving.
3 grote hoofdgroepen:
- Cognitieve functies: bewustzijn, aandacht, oriëntatie, geheugen, waarneming (denken)
- Affectieve functies: emoties (voelen)
- Conatieve functies: psychomotoriek, motivatie, gedrag (willen)
Wisselwerking tussen individu en omgeving!
1.2 PSYCHIATRISCHE DIAGNOSTIEK
Doel van psychiater = is er sprake van stoornis of niet? (wat is oorzaak(etiologie), beloop, eventuele behandeling)
HOE STELT MEN EEN PSYCHIATRISCHE DIAGNOSE?
Psychiater gaat het in kaart brengen van klachten en vaststellen van verschijnselen via anamnese = het gesprek.
Gesprek tussen psychiater en patiënt, hierbij is veel aandacht voor gedachten, gevoelens en gedragingen. Een
psychiater kan wel vragen aan een arts om een lichamelijk onderzoek uit te voeren om uit te sluiten dat een
lichamelijke oorzaak psychische klachten veroorzaakt (bv verwardheid). Een psychiater doet geen lichamelijk
onderzoek maar observeert terwijl hij anamnese afneemt. Deze observatie kan bijvoorbeeld zijn van non-verbale
taal, klopt dit met wat de patiënt zegt.
Hij kan ook een psycholoog vragen voor psychodiagnostisch onderzoek uit te voeren om zo beter zicht te krijgen
op de psychische functies.
,Als de klachten en afwijkende verschijnselen in kaart zijn gebracht moeten deze door de psychiater
samengebracht worden of geclusterd tot ziektebeelden of stoornissen.
Psychische stoornissen zijn syndroomdiagnosen: de oorzaak is vaak niet bekend. Er is een patroon bekend van
samenhangende symptomen en hun beloop, maar de oorzaak is nog onvoldoende duidelijk.
Anamnese= uiterlijk en gedrag patiënt geobserveerd. Wat de patiënt zegt wordt geïnterpreteerd obv. de
psychische functies (cognitief, affectief, conatief). Hierbij wordt ook bekeken of wat hij zegt overeenkomt met
hoe iemand zich presenteert (bv. depressief à mimiek, manier van spreken).
Psychiatrische diagnostiek = anamnese+ onderzoek
1.3 PSYCHIATRISCH ONDERZOEK
(AUTO) ANAMNESE = GESPREK MET PATIËNT
- Speciële anamnese = geschiedenis van de psychiatrische aandoening. Start vaak met open vraag
(tegelijkertijd met anamnese start psychiatrisch onderzoek). De bevraging van de klacht die je op dat
moment hebt.
- Algemeen psychiatrische anamnese = door middel van detectievragen worden kernsymptomen
gescreend. Wanneer patiënt positief antwoord zal deze klacht verder geëxploreerd worden. Screening
naar andere psychiatrische stoornissen, zaken die men wilt uitsluiten (bv. suïcidale gedachten).
- Sociale anamnese = verschillende milieus waarin patiënt zich begeeft. Zowel feitelijke informatie als
hoe patiënt het ervaart (thuis, opleiding/werk, vrije tijd). Zicht krijgen op wat mensen doen in hun
dagelijkse leven.
- Biografische anamnese = voorgeschiedenis wordt bevraagd. Levensgeschiedenis, wat heeft persoon
meegemaakt, gezin van oorsprong, zelfbeschrijving
- Somatische anamnese = bevraging naar huidige lichamelijke klachten, voorgeschiedenis en
medicatiegebruik. Dit om een lichamelijke oorzaak uit te sluiten, maar ook voor ver voorschrijven van
medicatie. Bepaalde medicatie kan ook zorgen voor een invloed op de psyché, bepaalde klachten
veroorzaken.
De psychiater kan gebruik maken van gestructureerde interviews en vragenlijsten. Men kan ook vragen aan
patiënten om vragenlijsten in te vullen. Zo worden er geen vragen over het hoofd gezien en kunnen symptomen
betrouwbaar en gekwantificeerd vastgelegd worden. Het is wel tijdrovend.
We kunnen ook aan anderen vragen wat zij over de patiënt denken. Dit is heteroanamnese. Bv. bij kinderen die
zelf hun klachten niet goed kunnen verwoorden (ook in somatische geneeskunde). Bij psychische klachten is dit
belangrijk om een objectief beeld te krijgen. Soms kan een patiënt zijn klachten niet goed verwoorden omdat
zijn psychische functies niet goed functioneren (bv. geheugenproblemen). Een patiënt kan ook terughoudend of
ontwijkend zijn omdat hij deze niet wil delen met anderen bv. drugsproblemen, etc. Een patiënt kan liegen om
een ziektebriefje te krijgen of voor medicatie te krijgen.
In de forensische psychiatrie zal dit ook tot problemen leiden. De onderzochte zal zo weinig mogelijk informatie
willen geven omdat alles wat deze zegt tegen zich gebruikt kan worden. Er hangt hier ook meestal een internering
of langere gevangenisstraf boven het hoofd.
, Wat kan je hieraan doen?
- Heteroamnese (familieleden aanspreken). Hiervoor moet je wel toestemming vragen aan de patiënt.
Als deze niet toestemt mag de psychiater geen persoonlijke info geven aan familieleden.
- Collaterale informatie = informatie uit dossiers.
- Onderzoek: exploratie = gericht vragen naar subjectieve psychiatrische symptomen, aansluitend bij
hetgeen de patiënt spontaan vermeld. Observatie: observeren van objectieve psychopathologische
verschijnselen
- Psychologisch onderzoek: psychologische test aanvragen om verschillende psychische functies
betrouwbaar te meten bv. intelligentietest, persoonlijkheidstest
- Aanvullend onderzoek: geen aanvullend onderzoek om diagnose te bevestigen of verwerpen bv.
bloedonderzoek zegt niets over psychische stoornis. Men kan wel een bloedonderzoek of lichamelijk
onderzoek doen om lichamelijke oorzaak uit te sluiten, ondersteuning van een bepaalde behandeling of
bijwerkingen van medicatie op te volgen.
Een hersenscan kan bepaalde delen van de hersenen in kaart brengen (MRI), maar je kan nooit een
diagnose stellen door naar een hersenscan te kijken. Dit wordt enkel gedaan op indicatie om bv.
neurologische aandoeningen op te sporen die een oorzaak zijn voor psychische symptomen
(hersenbloeding, tumor). Functioneel: welke regio’s in je hersenen al dan niet minder of meer doorbloed
worden, zo kan je zien waar er problemen zouden zitten in je hersenen. Dit is eerder voor
wetenschappelijk onderzoek.
PSYCHIATRISCH ONDERZOEK: BETROUWBAARHEID
De psychiatrie is kwetsbaar. Een stoornis is vaak gebaseerd op wat de patiënt verteld en wat men observeert. Zo
kan een patiënt niet de waarheid vertellen of zich anders voordoen dan dat hij is.
The rosenhan experiment:
David Rosenhan stuurde neppatiënten naar verschillende ziekenhuizen in de VS met nepklachten. Ze zeiden dat
ze stemmen hoorden in hun hoofd, verder beantwoorde ze alle vragen naar waarheid. Alle patiënten werden
opgenomen en gediagnosticeerd met een psychiatrische stoornis. Na hun opname gedroegen de patiënten zich
weer normaal en zeiden ze dat hun stemmen verdwenen waren tegen de staf en dat ze zich goed voelde. Het
duurde lang (gemiddeld 19 dagen) vooraleer ze met ontslag konden en in vele gevallen kregen ze de
ontslagdiagnose ‘schizofrenie’ of bipolaire stoornis opgeplakt terwijl het perfect normale mensen waren.
In deel twee werd Rosenhan verzocht opnieuw neppatiënten te sturen naar een ziekenhuis zodat ze deze er
konden uithalen. Rosenhan stuurde geen neppatiënten, toch hebben ze er uitgehaald. Psychiaters zijn misschien
toch niet zo goed in de psychiatrische diagnostiek en kunnen misleid worden.
PSYCHIATRISCHE DIAGNOSTIEK
Het psychiatrische onderzoek leidt er uiteindelijk toe dat er een samenvatting wordt gemaakt en een conclusie
wordt getrokken. De bevindingen leiden tot een diagnose en behandelvoorstel.
- Syndroomdiagnose of descriptieve diagnose: symptomen worden geordend tot een stoornis; deze
diagnose is puur beschrijvend (kijken wat de klachten zijn).
Bijvoorbeeld: een matig ernstige depressie met melancholische kenmerken en suïcidaliteit.
- Structuurdiagnose: hier wordt beschreven waardoor en op welke wijze het beschreven syndroom is
ontstaan.
o Rekening houdend met factoren die iemand kwetsbaar maken (predisponerende factoren)
o Factoren die de stoornis uitlokken (luxerende factoren)
o Factoren die de stoornis onderhouden of versterken (onderhoudende factoren
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ceceexox1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $14.13. You're not tied to anything after your purchase.