100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting maatschappijwetenschappen Vorming H 1 t/m 4 Actua. $5.17   Add to cart

Summary

Samenvatting maatschappijwetenschappen Vorming H 1 t/m 4 Actua.

6 reviews
 314 views  10 purchases
  • Course
  • Institution

Maatschappijwetenschappen 4 en 5 havo, Vorming H 1 t/m 4, Actua.ml

Last document update: 6 year ago

Preview 3 out of 26  pages

  • June 3, 2018
  • June 3, 2018
  • 26
  • 2017/2018
  • Summary

6  reviews

review-writer-avatar

By: milouvanhooijdonk • 2 year ago

review-writer-avatar

By: jacoblegemate69 • 3 year ago

review-writer-avatar

By: lilybeckers74 • 4 year ago

review-writer-avatar

By: svenjonas • 3 year ago

review-writer-avatar

By: ilonkabokma • 4 year ago

Translated by Google

Very good

review-writer-avatar

By: karolinake • 5 year ago

avatar-seller
Maatschappijwetenschappen, havo
Katern Vorming, 2017
Actua.ml.


Vorming: verwijst naar het proces van verwerving van een bepaalde identiteit.

Vragen die centraal staan in dit katern:
Hoe ontwikkelen mensen een eigen identiteit?
Wat bepaalt de identiteit van mensen?
Hoe wordt de mens gevormd tot lid van een samenleving?


H1. Cultuur

1.1 Het begrip cultuur.

Cultuur: het geheel van voorstellingen, uitdrukkingsvormen, opvattingen,
waarden en normen die mensen als lid van een groep van de samenleving
hebben verworven.
(KERNCONCEPT)

Cultuur zien we terug in waarden, normen, taal, gebouwen, boeken,
beeldhouwwerken, kleding

Cultuur kan materieel zijn (geld, kunstobjecten, kleding enz.) maar kan ook
immaterieel zijn (taal, waarden, normen).

1.2 Cultuurgroepen

Dominante cultuur: de overheersende cultuur in een samenleving.

Subcultuur: een cultuur die in bepaalde opzichten afwijkt van de overheersende
cultuur, maar op vele punten wel ingepast is in de overheersende cultuur.

Bv. Jongeren, ouderen, katholieken, protestanten, moslims, stedelingen,
dorpelingen.

Tegen- of contracultuur: culturen die zich verzetten tegen de overheersende
cultuur.

Bv. Krakers, provo’s in de jaren ’60.

Cultuur kan normatief zijn dat wil zeggen dat leden van een samenleving zich
moeten gedragen volgens de voorschriften van hun cultuur.


Multiculturele samenleving: samenleving waarin vele verschillende culturen
naast elkaar bestaan.


1

,Bv. Nederland. Er wonen gastarbeiders die in de jaren zestig zijn gekomen en
mensen uit de kolonies zoals Suriname en Indonesië en vluchtelingen.

Asielzoekers: mensen die hun land ontvluchten om te ontkomen aan oorlog of
vervolging en asiel aanvragen in een land.

De term allochtoon wordt niet meer gebruikt sinds 2016. We gebruiken nu de
termen:
Inwoners met een Nederlandse achtergrond (autochtoon).
Inwoners met een migratieachtergrond (allochtoon)


Immigranten: mensen die naar een ander land verhuizen, er binnenkomen.
Binnenkomende landverhuizers.

Inburgeringsexamen: buitenlanders zijn verplicht een cursus Nederlands te doen
en zich te oriënteren op de Nederlandse maatschappij.

Culturele antropologie: een wetenschap die zoekt naar kenmerkende verschillen
van volkeren (en dan vooral de westerse en niet-westerse culturen met elkaar
vergelijkt.)

Bv. Taal en godsdienst.

Globalisering: de ontwikkeling dat de wereld steeds meer een dorp is geworden.
(Het uitbreiden en intensiveren van contacten over zeer grote afstanden.)

Referentiekader: Een uit collectieve ervaringen van een groep voortvloeiend
geheel van waarden en normen, overtuigingen en vanzelfsprekendheden, op
grond waarvan de leden van die groep oordelen en handelen.

Of: het geheel van persoonlijke waarden, normen en kennis.

Etnocentrisme: Het centraal stellen van de eigen cultuur bij de beoordeling van
andere culturen.

1.3 jongerenculturen

generatieconflict: jongeren verschillen van mening met oudere generaties.

Bv. Jongeren verzetten zich in de jaren zestig tegen hun ouders en het gezag.
(hippies en provo’s). Ze lieten hun haar lang groeien, flower power.

Peer groups: leeftijdgenoten

Sociale cohesie: Het aantal bindingen dat mensen met elkaar hebben, het gevoel
een groep te zijn, je verantwoordelijk voelen voor elkaar.
(saamhorigheidsgevoel)


2

, Bv. Zorgen in de buurt voor een zieke buurman of buurvrouw.

1.4 Waarden en normen

Waarden: algemene en gezamenlijke opvattingen en voorstellingen binnen een
maatschappij of groep over wat goed, correct is en daarom waard om na te
streven.
Iets wat belangrijk en nastrevenswaardig is.

Bv. Rechtvaardigheid, eerlijkheid, de rechten van de mens.

Normen: wetten en regels en gewoonten waarvan men aanneemt dat mensen
zich eraan behoren te houden.

Bv. Niet stelen (een norm die hoort bij de waarde ‘eerlijkheid’)

Gewoonten: gedragswijzen die mensen er bijna automatisch op na houden.

Institutionalisering: Het proces waarbij een complex van waarden en min of
meer geformaliseerde regels vastgelegd wordt in standaard gedragspatronen,
die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties reguleren.

Bv. Een hand geven bij binnenkomst, u zeggen tegen volwassenen, opstaan voor
ouderen in de bus.

1.5 De dimensies van Hofstede


De wetenschappers Hofstede (vader en zoon) vergelijken culturen met elkaar.
Dit levert twee resultaten op:

1. je kunt cultuurverschillen benoemen en verklaren.

2. je kunt zoeken naar oorzaken voor maatschappelijke ontwikkelingen.

Bv. Waarom zijn er meer conflicten (= maatschappelijke ontwikkeling) in de
wereld? Dit kan komen door globalisering. Hierdoor zijn er meer contacten
tussen culturen. Dit kan ook conflicten opleveren. Als je rekening houdt met
de cultuurverschillen, los je conflicten sneller op of voorkom je ze.

Globalisering: (zie boven)

Conflicten: een situatie waarin groepen elkaar tegenwerken om de eigen doelen
te bereiken.


Waarin kunnen culturen verschillen? Wat zijn de dimensies van culturen?



3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller visser74. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.17. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72841 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.17  10x  sold
  • (6)
  Add to cart