100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
HAVO maatschappijleer H3: samenvattingen + begrippenlijst $3.21
Add to cart

Summary

HAVO maatschappijleer H3: samenvattingen + begrippenlijst

 2 views  0 purchase
  • Course
  • Level

Dit document bevat overzichtelijke samenvattingen en een overzichtelijke begrippenlijst van maatschappijleer hoofdstuk 3, hiermee heb ik een 8,3 gehaald op de toets en ik heb alleen dit document gebruikt voor het leren.

Preview 3 out of 25  pages

  • January 25, 2024
  • 25
  • 2023/2024
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
//
Hoofdstuk 3, paragraaf 1
politiek gaat over het maken van keuzes waaraan allen in een staat gebonden zijn.
Deze keuzes van politici liggen vast inw etten die voor iedereen en altijd gelden. De
besluiten van politici hebben veel invloed op ons leven. Ze gaan over zaken van
algemeen belang omdat veel mensen er nu of later mee te maken krijgen.
Een democratie is een bestuursvorm waarbij de bevolking direct of indirect
invloed uitoefent op de politieke besluitvorming. Een directe democratie is een
democratie waarin het volk direct besluiten neemt over de politiek. Dit kan door
middel van een referendum: een volksstemming over een bepaalde politieke
kwestie. Echter hebben de meeste landen een indirecte democratie. Daarin
neemt het volk niet zelf de beslissingen, maar laat het over aan de gekozen
vertegenwoordigers in het parlement. Deze vorm is praktischer dan een directe
democratie want met een kleinere groep kom je sneller tot besluiten. Ook kunnen
de volksvertegenwoordigers zich verdiepen in ingewikkelde onderwepren waar je
als burger geen tijd voor hebt. We spreken bij een indirecte democratie ook wel
van een parlementaire democratie omdat de gekozen vertegenwoordigers
samen het parlement vormen.
De rechtsstaat met zijn grondrechten is de basis van onze democratie. De
belangrijkste kenmerken van de parlementaire democratie in Nederland zijn:
 De rechten van minderheden worden gerespecteerd. Hierdoor kunnen
grondrechten niet zomaar worden afgeschaft, ook niet als een meerderheid
dat zou willen.
 Er is een machtenscheiding.
 De bevolking kiest volksvertegenwoordigers in het parlement.
 De regering en het parlement maken samen de wetten. deze wetten gelden
pas als de meerderheid in het parlement dit besluit.
 Er is individuele vrijheid. Je mag je leven inrichten zoals je dat zelf wilt.
 Burgers hebben politieke grondrechten:
o Iedereen vanaf 18 jaar mag stemmen en zich verkiesbaar stellen als
volksvertegenwoordiger.
o Iedereen mag een politieke partij of vereniging oprichten.
o Iedereen mag demonstreren.
 Er bestaat persvrijheid. Journalisten bepalen zelf welk nieuws ze brengen.
Ze hebben dus geen toestemming nodig van de overheid.




52

,We spreken van een autoritair regime wanneer alle macht in handen is van één
persoon (dictator), een familie, een kleine groep mensen, een partij of militairen.
Inwoners van een land met een autoritair regime hebben weinig vrijheden en
rechten. Het is een staatsvorm die in veel opzichten sterk verschilt van een
democratie. Inwoners kunnen een leider niet door verkiezingen naar huis sturen.
De machthebbers zien groepen met afwijkende opvattingen of met andere
belangen niet als politieke tegenstanders maar als vijand. Daarom moet je in zo’n
land oppassen met wat je zegt en wat je doet. De politie kan je zonder reden
oppakken en gevangenzetten. Een volledig autoritair regime wordt ook wel een
dictatuur genoemd.
Sommige autoritaire regimes zijn gebaseerd op een ideologie. In die landen heeft
de communistische partij alle macht. In sommige landen zijn er jarenlang
fascistische partijen aan de macht geweest. Fascisten zijn sterk nationalistisch en
willen sterke leiders die zelfstandige besluiten nemen.
Een andere vorm is een religieus regime. Dit is gebaseerd op een geloof. De
bevolking mag er wel stemmen, maar de niet-gekozen geestelijk leiders moeten alle
besluiten goedkeuren.
Ook zijn er militaire regimes, waar het leger alle macht heeft en de leider een
militair is.
Een land met een autoritair regime is geen rechtsstaat omdat allerlei grondrechten
en vrijheden ontbreken. De belangrijkste kenmerken van een autoritair regime zijn:
 Er is geen machtenscheiding, want alle macht ligt in handen van één
persoon of een kleine groep.
 Er zijn geen onafhankelijke rechters. De machthebbers stellen zelf
rechters aan of controleren ze.
 Bij verkiezingen is er vaak sprake van verkiezingsfraude, manipulatie en
geweld. Om zeker te zijn van de winst frauderen machthebbers met de
uitslag, verbieden ze andere partijen of intimideren ze kiezers.
 Oppositiepartijen zijn vaak verboden.
Oppositiepartijen zijn partijen die niet in de regering zitten.
 Er is geen rechtsstaat en grondrechten worden niet gerespecteerd.
o Burgers hebben geen recht op vrijemeningsuiting en mogen dus niet
demonstreren.
o Critici en politieke tegenstanders lopen kans om gemarteld,
gevangengezet of zelfs vermoord te worden.
 Er is geen persvrijheid. Journalisten komen in de problemen als ze kritisch
berichten over de machthebbers. Soms bepaalt de overheid wat er op tv of
internet mag komen, dit heet censuur: overheidscontrole van de media.
 Er is een grote politieke rol voor de militairen om verzet van het volk te
kunnen onderdrukken.




53

, Hoofdstuk 3, paragraaf 2
Bijna alle politieke partijen ontstaan vanuit een ideologie: een verzameling ideeën
over wat belangrijk is in de maatschappij en hoe mensen het best met elkaar
kunnen samenleven. Daarbij gaat het vooral om twee vragen:
 Welke normen en waarden staan centraal?
 Wat is de gewenste rol van de overheid op sociaaleconomisch gebied?

Links wil dat de overheid actief ingrijpt om ongelijkheid tussen mensen te
verminderen. De overheid is er vooral om mensen in een kwetsbare positie te
beschermen, want niet alle mensen lukt het om goed voor zichzelf te zorgen.
Rechts vindt juist dat mensen zelf verantwoordelijk zijn voor een beter bestaan.
De overheid moet zich daar niet teveel mee bemoeien.
Zit een ideologie tussen de links en rechts in? Dan spreken we over het politieke
midden.


Volgens het liberalisme zijn mensen niet gelijk, maar wel gelijkwaardig. Ze
moeten elkaars opvattingen respecteren. Persoonlijke en economische
vrijheid, individuele verantwoordelijkheid en tolerantie zijn belangrijke
waarden in de liberale traditie.
Liberalen vinden vrijheid nog steeds belangrijk en zijn Daarom voor de
vrijemarkteconomie. De overheid moet vooral de eigen verantwoordelijkheid
stimuleren. Op sociaal economisch gebied moeten ze zich beperken tot de
kerntaken, zoals orde en veiligheid en basisvoorzieningen zoals gezondheidszorg.
Liberalen wijzen de verzorgingsstaat niet af, maar willen dat de overheid niet teveel
regelt. Het liberalisme noemen we ook wel rechts.

Het socialisme benadrukt dat niet Iedereen gelijke kansen en mogelijkheden
heeft. De overheid moet ervoor zorgen dat mensen solidair zijn. Het socialisme
heet ook wel sociaaldemocratie. Ze vinden dat kennis inkomen en macht eerlijker
verdeeld moet worden. Solidariteit en gelijkwaardigheid zijn belangrijke
waarden. Omdat ze voor een sterke rol van de overheid zijn, noemen we
sociaaldemocraten ook wel links.

Het confessionalisme baseert zich op het geloof. In Nederland is dat vooral het
christendom. We spreken daarom ook wel van christendemocratie.
Christendemocraten streven naar een samenleving die gebaseerd is op waarden
uit de bijbel. Zoals rentmeesterschap. Mensen hebben de taak goed te zorgen
voor de aarde die God aan ons heeft toevertrouwd. De christendemocraten streven
naar een samenleving waarin naastenliefde en saamhorigheid belangrijke
waarden zijn. Burgers maken deel uit van een gemeenschap en hieruit volgt dat je
zorgt voor je naasten. De overheid laat daarbij zoveel mogelijk over aan
maatschappelijke organisaties. Deze organisaties noemen we ook wel het
maatschappelijk middenveld.

54

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 713192Z. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50843 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21
  • (0)
Add to cart
Added