Radiologie Periode 1 Samenvatting. Een introductie van het vak radiologie. Deze samenvatting bevat informatie over de röntgenbuis, het maken van röntgenopnamen, Hochkanteffect, Wet van Dieck-Cieszynski, stralingsveiligeid, anatomie, pathologie en instelcriteria van de bovenste extremiteiten
Medisch Beeldvormende en Radiotherapeutische Technieken
Radiologie
All documents for this subject (51)
Seller
Follow
LerenmetIsabel
Content preview
Leerdoelen MBR-TECH, Periode 1, Radiologie
o De verschillende onderdelen van het röntgenapparaat en hun functie uitleggen.
o Uitleggen hoe een röntgenopname tot stand komt.
o De onderzoeken die centraal staan in deze periode uitvoeren volgens de instelcriteria.
o Anatomie en pathologie uit deze onderzoeken herkennen en benoemen op röntgenopnamen.
o Beoordelingscriteria herkennen op röntgenopnamen.
o Beredeneren welke opnamen gemaakt moeten worden bij de pathologie uit de lessen.
o Toelichten welke technische parameters gebruikt worden en wat het effect is op de
beeldkwaliteit en het stralencontrast.
o De begrippen superpositie, vergroting, vervorming, vertekening, ALARA, de kwadratenwet en
het Hochkanteffect uitleggen en weet hoe hier binnen de Radiologie rekening mee gehouden
wordt.
Onderdelen röntgenapparaat
Generator
Deze staat vaak ergens in de hoek van de buckykamer. Die zorgt voor de energie die nodig om
röntgenstraling op te wekken.
Tafel- en wandbucky
De tafelbucky staat boven de tafel. Op de tafel kunnen verschillende soorten röntgenopnames worden
gemaakt. De wandbucky kan verplaatsen naar een staande detector. Daarmee kunnen bijvoorbeeld
thoraxopnames gemaakt worden.
Tafel
De tafel kan bewegen, zodat het makkelijker is om de patiënt en röntgenbuis goed te positioneren.
Detectoren
Er zit een detector in de buckytafel. Ook kan er gebruik gemaakt worden van een losse detector, dit
wordt vaak gedaan wanneer er een polsopname gemaakt moet worden. Vanuit de röntgenbuis valt er
straling op de detector. In de detector zitten voxels die een digitaal signaal naar de computer stuurt
zodra er straling op valt. Hoe meer straling er op een voxel valt, hoe sterker het signaal is, hoe meer
contrast er zal vormen op de afbeelding. Bij weinig detectie op de detector is er dus weinig contrast
en heb je meestal een minder mooie afbeelding.
Strooistralenroosters
Bij grote hoeveelheden straling is er vaak sprake van strooistraling. Strooistraling vermindert de
kwaliteit van je afbeeldingen. Dit komt doordat de er soms toevallig een paar stralen op de voxels
vallen die niet loodrecht erop komen, maar toch meetellen als een signaal. Dit signaal wordt
doorgestuurd en je krijgt dus een wazig beeld. Om dit te voorkomen wordt er een strooistralenrooster
gebruikt. Dit rooster heeft vakken waar de straling als het ware loodrecht in moet vallen om als digitaal
signaal mee te kunnen tellen.
Een strooistralen rooster wordt meestal alleen gebruikt bij objecten dikker dan de knie, omdat het de
beeldkwaliteit minder maakt bij dunnere objecten. Bij de objecten dikker dan de knie moet veel
straling gebruikt worden om “erdoorheen” te kunnen stralen dan bijvoorbeeld een pols.
Hulpmiddelen
Soms is het fijner voor de patiënt om hulpmiddelen, zoals een kussentje, te gebruiken zodat de tijd die
nodig is voor de röntgenopname te versnellen.
, Hoe komt een röntgenopname tot stand?
De röntgenbuis bestaat uit:
- Kathode (-)
- Anode (+)
In de röntgenbuis zit een gloeidraadje (kathode) heet gemaakt door een gloeistroom. De draad is
gemaakt van wolfraam, als dit draad heet wordt gemaakt ontstaat er in de buis een wolk met
elektronen door de hoge temperaturen. Die elektronen worden vervolgens (in een vacuüm) door een
sterk elektrisch veld (30-150 kV) naar een anode versneld. De anode is gemaakt van een metaal,
waardoor de elektronen sterk worden afgeremd. Bij dat afremmen ontstaat röntgenstraling (oftewel
remstraling). Daarnaast botsen zoveel elektronen met elkaar door het anodemateriaal dat er
karakteristieke straling kan vrij komen. Omdat er enorm veel energie wordt gebruikt bij het opwekken
van de röntgenstraling komt er veel warmte vrij. Om te voorkomen dat het apparatuur overhit draait
de anode rond. Tijdens dit gehele proces wordt er 99% warmte opgewekt en slechts 1%
röntgenstraling.
De straling gaat vervolgens door de lens. Die lens divergeert de straling. De röntgenstraling heeft dus
een bepaald raakvlak. Dit raakvlak kan je aftstellen door middel van het diafragma. Het diafragma
wordt ookwel het lichtveld genoemd.
Parameters Met opmerkingen [WI1]: Aantekeningen boek opzoeken
Er worden met 2 parameters gewerkt. De mAs en kV. parameters
mAs
De mAs is de hoeveelheid straling. Het mAs-getal is recht evenredig met de dosis. Dus hoe hoger de
dosis, hoe hoger het mAs-getal.
kV
De buisspanning is het doordringend vermogen. Dunnere objecten hebben een lagere buisstroom
nodig dan dikkere objecten, omdat er minder straling nodig is om “erdoorheen” te stralen. Dus hoe
hoger de kV, hoe minder contrast er is.
Verdubbeling
Soms komt het voor dat je de dosis wil verdubbelen. Hier zitten regels aan vast:
- mAs is huidige waarde keer 2
- kV is 15% van de huidige waarde
Hochkanteffect
Wanneer er röntgenstralen recht op een bijvoorbeeld buisvormig voorwerp vallen, aan wordt het
afgebeeld als een rondje met lucht erin. Bijvoorbeeld als je een thoraxopname maakt kan een
bronchius als een ringetje met lucht afgebeeld. Dit wordt ookwel orthogonaal (recht/loodrecht)
afbeelden genoemd.
Superpositie, vergroting, vervorming en vertekening
Superpositie
Objecten overlappen elkaar op de afbeelding. Hierdoor kan er vertekening ontstaan. Je kan geen
diepte zien op de foto, dus je weet niet precies waar je naar kijkt bij de overlapping. Superpositie
ontstaat bijvoorbeeld bij een laterale hand opname. Alle botjes en gewrichten worden over elkaar
geprojecteerd waardoor je niet duidelijk de details of diepte van alle objecten ziet.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LerenmetIsabel. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.