Anatomie en fysiologie, met MyLab NL toegangscode 6e editie
Samenvatting van de toetsstof, PowerPoints, Hoorcolleges en Literatuur.
Leeruitkomsten:
Per orgaansysteem beschrijven welke veranderingen optreden bij normale veroudering.
De pathofysiologie verklaren van anemie en trombose.
De pathofysiologie verklaren van dementie en delier.
Symptomen en behan...
Mk HC1; Veroudering wk 16
Leerdoelen:
• Per orgaansysteem beschrijven welke veranderingen optreden bij normale veroudering.
• Met eigen woorden vertellen hoe smaakbeleving tot stand komt en hoe dit zich ontwikkelt gedurende
de levensloop en verandert bij ouderen.
• Aan de hand van de werking van nieren en lever de farmacokinetiek en polyfarmacie bij ouderen
uitleggen.
• Een beschrijving geven van de somatische processen en regelgeving in de palliatieve en terminale
levensfase.
• Letsel na valincidenten relateren aan osteoporose en reuma.
Programma
• Introductie
• 50 tinten oud (overzicht)
• Epidemiologie (hoe vaak, wat is de trend)
• De oudere patiënt + kenmerken (wat zie je)
• Verouderingsmodellen (hoe komt het)
• Onderzoek (wat doe je aan diagnostiek)
• Gevolgen (wat kun je nog verwachten)
• Behandeling (wat zijn je doelen)
• De laatste levensfase
• Sterven en passende zorg
Inleiding
• Ouder worden is niet hetzelfde als veroudering
• Kinderen willen graag ouder worden
• Volwassenen willen graag jonger blijven
• Waar ligt het omslagpunt ?
“Introductie “Veroudering” - de ouderdom komt met gebreken…
• Gerontologie (bestudeert het ouder worden)
o biologische gerontologie
o biomedische gerontologie Geron = oudere
o sociale gerontologie
o psychogerontologie
• Geriatrie (medisch specialisme) (iatros = arts)
o (Psycho-)geriatrische patiënt
• Wie zijn ouderen?
o Senioren (58-82 jaar)
o Bejaarden (83 jaar en ouder
• KENNEN: Begrippen moet je kennen: gerontologie en geriatrie en wie zijn ouderen?
Introductie klinische geriatrie
• Op de voorgrond:
• Bij geriatrie: lichamelijke problematiek
• Bij psychogeriatrie: psychische problematiek
• Geriatrie:
o Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie (NVKG)
o Centrum voor Ouderengeneeskunde (UCO) / Geriatrie
• Healthy ageing; de beweging van gezond ouder worden
o UMCG; Hanze; Centre of expertise
Introductie Veroudering
• Verouderingsproces
o Lichamelijke veranderingen
o Psychische veranderingen
o Sociale veranderingen
• 3 fysiologische levensfasen
o Conceptie – 20 jaar: groei en ontwikkeling
o 20-29 jaar: geen verandering
o >30 jaar: afname kwaliteit van het organisme
• Gezondheidsproblemen en veroudering
o geven klachten minder goed aan, minder diagnostiek
o Herstel vaak trager
o Verhoogde kans op complicaties
o Normale verschijnselen van veroudering en herkennen van symptomen
o Kwaliteit van leven staat voorop
• Het hoeft geen nadeel te zijn om ouder te worden: oudere denk misschien wel overwogen ergens over
na & heeft meer ervaring dan een jongere…
• Dubbele vergrijzing:
o Meer ouderen
o Ouderen worden ouder
• Veel verklaringen voor:
o Beter gezondheid in het algemeen;
o Beter gezondheidssysteem + toegankelijkheid
o Betere diagnostiek en betere behandelingsmogelijkheden
o Goede algemene hygiëne
• Cave: overgewicht en roken zijn belangrijke tegentrends om nog ouder te worden
o Verandering in leefstijl
o Goede opleidingen en werk
o Relatief weinig armoede
• Preventieve zorg bij kinderen & ouderen is verbeterd.
• Meer mogelijkheden om te onderzoeken, te behandelen etc.
Regel voor levensverwachting – inschatting volgens Tjaard = erg variabel
• 60 jaar: 18 jaar
• 70 jaar: 12 jaar
• 80 jaar : 6 jaar
Kenmerken v/d oudere patiënt
• Leeftijd (biologische leeftijd/echte leeftijd)
• Complexe patiënt
• Kwetsbaarheid
o fysiologische reserves ↓+ compensaties↓
• Multimorbiditeit (≥ bijkomende ziekten)
• Geriatrische syndromen;
• Syndroom: een aantal klachten & lichamelijke bevindingen bij elkaar.
• Andersom redeneren bij ene OUDERE → Meerdere oorzaken/factoren voor bv. vallen.
• Polyfarmacie (meerdere medicijnen)
• Apart aandacht: bewegen en vallen
• Apart aandacht: zintuigen + communicatie
• Apart aandacht: Advanced care planning, kwaliteit leven
• Apart aandacht: Functioneren
• Hoge zorgbehoefte
Fraility = kwetsbaarheid
• “Een toestand van leeftijd-gerelateerde fysiologische kwetsbaarheid die voortkomt uit verstoorde
homeostatische reserves en een verminderd vermogen om weerstand te bieden aan belasting”
• Meest gebruikte definitie van frailty in onderzoek is deze definitie van Fried en Walston 1999.
Personen zijn frail wanneer drie van de 5 criteria aanwezig zijn.
• De criteria zijn veel gebruikt in vele Amerikaanse onderzoeken en waren geassocieerd met allerlei
negatieve gevolgen zoals vallen, mobiliteitsafname, adl-beperking, opname in ziekenhuis en sterfte in
de CardioVascular Health Study en later in Women’s health and Aging studies (WHAS).
• Belangrijke oorzaak van sterfte !!!
• Fried et al. 2001: Criteria voor kwetsbaarheid:
o Gewichtsverlies
o Uitputting
o Lichamelijke inactiviteit
o Loopsnelheid
o Handknijpkracht
• Gevolgen Frailty/kwetsbaarheid:
vallen, lichamelijke achteruitgang, opnames, afname kwaliteit leven, sterfte
De Groningen Frailty Indicator
(GFI)
• Selectie-instrument om ouderen te
selecteren voor interventies.
• Meet met 15 items 4 domeinen
van functioneren:
o lichamelijk
o cognitief
o sociaal
o psychologisch
• Score van 4 of hoger = frail
• van de 15 vragen
Wat is een syndroom?
• Symptoomdiagnose:
Bij meeste ziekten in de huisarts praktijk wordt de diagnose gesteld op het niveau van de klacht en/of
een lichamelijke bevinding.
Deze diagnosen gaat gewoonlijk over of hebben een relatief gunstig en/of bekend verloop. Er mogen
geen alarmklachten zijn. We graven niet naar een oorzaak.
V.b. soms hoofdpijn, keer verkouden, even misselijkheid, geen zin vandaag, enzovoort.
• Syndroom:
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Neel99. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.05. You're not tied to anything after your purchase.