100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting - Klassieke sociologische theorie $8.08   Add to cart

Summary

Samenvatting - Klassieke sociologische theorie

 27 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Dit is een uitgebreide samenvatting van het vak 'Klassieke sociologische theorie' gegeven door Walter Weyns.

Preview 5 out of 55  pages

  • January 26, 2024
  • 55
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Klassieke sociologische theorie
Les 1
Wat is een theorie?
Theorie:
 Algemene verklaring van welomschreven verzameling feiten of gebeurtenissen, zo
mogelijk bevestigd door consistente dataverzameling of experimenten
- Voorbeeld van een theorie: evolutietheorie
- Het is een afgebakende verzameling van feiten waarover je een uitspraak maakt. Een
theorie is opengesteld voor toetsing, dus ook mogelijke kritiek.
- DUS een ideale theorie bestaat uit uistpraken die een verklaring geven over een
verzameling van feiten die je eventueel kan toesten.

Model:
 Model: Visuele, verbale of wiskundige representatie van een wetenschappelijk idee of
theorie




Theorie en paradigma
 Een sociologisch paradigma, in de eenvoudigste betekenis, is een basisvoorbeeld dat
sociale fenomenen helpt te begrijpen en verklaren.
 Bekende sociologische paradigma’s zijn: ruil, conflict, samenwerking, ‘betekenis’
- Een paradigma is een voorbeeld dat je kan toepassen op vele andere dingen
- Voorbeeld van een vervoeging op een bepaald woord, kan je toepassen op andere
woorden
- Een paradigma opent ons de ogen om bepaalde fenomenen en dimensies die we
anders niet zouden zien
- Paradigma’s zijn hulpmiddelen om je sociologische verbeelding op gang te brengen

Paradigma volgend T.Kuhn
 Kritiek op ‘kennis als groeiende boom’
- ‘Kennis als groeiende boom’: als je kennis hebt, kan je hier enkel op verder bouwen
en op die manier groeit de kennis
o Voorbeeld: in de 14de eeuw was de kennis laag, deze si verrijkt tot een groot
geheel van kennis
- Kuhn was hier niet mee eens
o Wetenschap kan vergeleken worden met politiek, af en toe is er een breuk die
de regime veranderd

, o Er zijn dus ook in de wetenschap momenten waarbij er een breuk is en
waarbij wij ons loskoppelen van bepaalde kennis in plaats van er verder op te
bouwen
o vandaar gebruikt hij de term ‘revolutie’
 hij onderscheidt 4 fasen van evolutie

De 4 fasen van wetenschap
 Faze 1 Normale wetenschap als oplossen van puzzels
- je begint vanaf de hoeken van een puzzel, deze vil je verder aan totdat je een kader
hebt  goede basis
- bijna alle wtenschappers zijn het eens met elkaar  consensus
- er is een bepaalde kaders van uitspraken en uitgangspunten, waarvan iedereen
vertrekt
 Faze 2 Anomalieën en wetenschappelijke ontdekkingen
- Er wordt ontdekt dat er bepaalde puzzelstukken ontbreken
 Faze 3 Crisis en wetenschappelijke ontdekkingen
- We krijgen een wetenschappelijke revolutie waarbij de oudere kaders worden
afgestoten
- Meestal een generatiefenomeen
 Faze 4 Nieuwe faze van ‘normale wetenschap’
- Terug in een fase van normale wetenschap, hieruit kan de cyclus terug beginnen

Theorie, stroming en traditie
 Sociologisch denken werd gevoed door:
- erfenis van positivisme
o bepaalde opvattingen worden niet zomaar verworpen, we geven ze een plek
 zelfs al het verkeerde opvattingen zijn
- sociale problemen
o Het kan over vanalles gaan
o Zeer belangrijke basis
o Voorbeeld: gevolgen van de industriele revolutie
 Lange uren, onmenselijke werkomstandigheden,….
- wens om ‘eigen tijd’ te begrijpen
o Eigen tijd vatten in ideeen
o Leven we in een post-koloniale samenleving, post-industriele samenleving,…
o Iedere bril die we opzetten geeft ons een ander manier van kijken

Ontwikkeling van de sociologische theorie
 Klassieke fase: eigenzinnige auteurs (1845-1920)
- Comte, Marx, Durkheim, Weber, Simmel, Mead
o Auteurs die zelf de bewustzijn en pretensie hadden om een wetenschap te
stichten
o Ieder auteur heeft dit anders gedaan  verschillende vormen van sociologie
o Hun inzichten stonden uit ekaar
 Moderne fase: paradigmata (1920-1980)

, - functionalisme / conflicttheorie / ruiltheorie / symbolisch interactionisme… Parsons,
Merton, Dahrendorf, Homans, Blumer, Goffman …
o probeerden eenheid te brengen in de sociologie
 Eclecticisme en nieuwe syntheses (1980- nu)
- Elias, Berger, Giddens, Habermas, Bourdieu, Luhmann, Bauman, Collins, Castells,
Latour (ANT)
o Van verschillende stijlen een synthese proberen maken

De hoofdparadigma’s
 twee basisvragen
- Is sociaal gedrag vrij of gedetermineerd?
- Gaat sociaal gedrag uit van individu of collectieve actor?
 vier paradigmata:




- Functionalisme:
o colectiviteit: ieder systeem heeft haar eigen samenhang
o voorbeeld: staat als een collectief lichaam
o vrij: er is sprake van vrijheid, want deze collectieve lichaam wordt geacht zelf
keuzes te maken
- Conflicttheorie:
o conflict is niet altijd zichtbaar
o conflicten kunnen ontstaan zonder dat je er vat op hebt  etnische,
religieuze,… conflicten
o deze conflicten worden in haar collectiviteit gezien: groepen, klassen, religie,…
- Ruiltheorie:
o Ruil vertrekt vanuit een behoefte of voorkeur, dus dat is iets individueel
o Voorkeur kies je niet, het is er al
o Voorbeeld: seksuele voorkeur, wat je lekker vindt,…
- Symbolisch interactionisme
o Mensen handelen vanuit een betekenis en op een betekenisvolle manier naar
elkaar toe
o Mensen zitten constant symbolen uit te wisselen
o Vrij: de zingeving wordt vanuit jezelf gehaald
o Het gaat om individuen die met elkaar interageren

,Verwantschap tussen klassieke auteurs en paradigmata
 Comte: positivisme/functionalisme
 Durkheim: positivisme/functionalisme
 Marx: conflictparadigma
 Weber: sociaal handelingsparadigma
 Mead: symbolisch interactionisme

, Karl Marx: Meer dan een mummie?
Achtergrond
 Bergerlijke afkomst
- De verlichtingsidee thuis
 Marx en de literatuur
o Maakte poetische gedichten
o Marx maakte gebruik van literatuur want hij dacht dat de sporen van mensen
hierin doorwerken je krijgt de totaliteit van de mens hierin te zien
 Marx’ profetische inslag
- Invloed van judaisme?
o Marx werd gezien als een soort profeet, hij predicte voor een revolutie, hierna
zouden we beteren mensen zijn (radicale omwenteling
o Als de mesias terugkeert zal er vrede zijn tussen iedereen, vandaar de link met
het jodendom
o Het commmunisme als einde van alle geweld, klasseloze maatschappij
 Studeert filosofie, doctoraat over Democritus en Epicurus
o Democritus: voorloper van het materialisme
o Epicurus: spreekwoordelijke levensgenieter, geluk moet nagestreefd worden
in het leven
o In conclusie: een gellukig leven waar je vrij bent en waarbij je u niet laat
vangen door allerlei soorten dingen van metafysische of religieuze aard
 Breuk met het idealisme – Hegels dialectiek op z’n kop
o Hegel ging ervanuit dat je de geschiedenis van de zelfbewustwordende geest
en de hele geschiedenis van de mensheid niets anders is dan het opklimmen
van die geest (kennis)
o Dit is het idealisme
o De werkelijkheid zien in de kracht van de ideeen die hierin worden gewekt 
de ideeen in werking

Jong-hegelianen
De Idee van Hegel: de dialictiek  de geschiedenis verloopt in sprongen
1) These: er werd iets gedaan of gezegd
2) Anti-these: een tegenstelling van wat er gezegd of gedaan werd
3) Synthese: de spanning was zo groot dat het werd opgeheven door een hoger niveau
en deze zal voor een doorbraak zorgen van de hogere geest
- De inwendige strijd van de geest die ten einde komt
- Conservatieve visie; hoe het nu is, is goed

Jong-hegelianen waren progressiever!
- De hegeliaanse dialictiek werd toegepast op hegel zelf, de gescheidenis is niet ten
einde gekomen, maar gaat nog verder
- Streven naar vernieuwing

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mimielm23. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.08. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73918 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.08  1x  sold
  • (0)
  Add to cart