Samenvatting van het vak criminologie van de minor 'criminologie & strafrecht' aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Deze samenvatting bevat de aantekeningen uit de colleges, aangevuld met relevante informatie uit het voorgeschreven boek 'actuele criminologie'. De samenvatting is gemaakt voor h...
Definitie criminologie: de criminologie is de wetenschap die zich bezighoudt met de
bestudering van menselijke gedragingen die door de wetgever strafbaar zijn gesteld en van
de wijze waarop de overheid en de rest van de maatschappij daarop reageert (van Dijk e.a.)
Doelstelling criminologie: door middel van wetenschappelijke kennis en inzichten een
bijdrage leveren aan een rationelere en humanere aanpak van de criminaliteit.
Criminaliteit is geen vast begrip
De aard van het strafbaar gestelde gedrag, dat wil zeggen wat onder criminaliteit wordt
verstaan, wordt bepaald door de wetgever en dit zal dus van tijd tot tijd en van land tot land
enigszins verschillen. De opvattingen over welke gedragingen als moreel verwerpelijk
worden gezien zijn voortdurend aan verandering onderhevig en dit geldt nog meer voor de
praktische overwegingen van overheden om burgers bepaalde regels op te leggen.
Criminalisering: de invoering van nieuwe wettelijke bepalingen waardoor op bepaalde
gedragingen strafsancties worden gesteld
Decriminalisering: het schrappen van bepaalde strafbepalingen
Criminologie als gedragswetenschap
Binnen de criminologie staat de bestudering van ‘de menselijke gedraging’ centraal.
Criminologie noemen we dan ook een gedragswetenschap of sociale wetenschap.
Bestudering van het menselijk gedrag:
Beschrijven
Verklaren
Voorspellen
Geschiedenis
Klassieke school (Beccaria) à hier is het strafrecht ontstaan
De rechtsmacht van de staat berust op een sociaal contract à fatsoensnormen die
door mensen onderling zijn afgesproken over hoe jij je gedraagt tegen de medemens
Burgers zijn dit contract vrijwillig aangegaan (indeterminisme), het gebeurt door
vrije wil
Criminaliteit was volgens Beccaria een overtreding van dat contract en zou ook
alleen in de mate van de inbreuk op het contract moeten worden bestraft
(proportionaliteit). Strafzekerheid was belangrijk, maar de straf moest dan wel op
maat zijn (gelijkheidsbeginsel) en niet willekeurig, maar op basis van duidelijke
wetten zijn opgelegd (legaliteitsbeginsel).
Positivistische school à hier is de criminologie ontstaan
Determinisme à de vrijheid van handelen van mensen wordt bepaald/ beperkt door
mogelijke omstandigheden. Menselijk gedrag wordt bepaald door factoren waarop
die mens weinig invloed heeft (het gebeurt met een reden).
Italiaanse antropologieschool (Lombroso) à Lombroso was een
gevangenisdirecteur die de uiterlijke kenmerken van zijn patiënten systematisch ging
meten met appratuur. Hij meende uiterlijke kenmerken van criminelen te herkennen.
Ook Buikhuisen was een criminoloog die op basis van uiterlijke kenmerken
criminelen probeerde te herkennen.
Franse milieuschool (Bonger, von Mayer) à stroming die zich tegen Lombroso
keerde: het is de sociale omgeving die iemand tot criminaliteit brengt. De criminele
, mens moet gezien worden als een bacterie die alleen op een ‘gunstige
voedingsbodem’ kan groeien.
Socialistische criminologie à nam inzichten uit zowel de Italiaanse
antropologieschool als de Franse milieuschool mee en zocht oorzaken voor crimineel
gedrag in zowel biologische als sociologische factoren. Er moest vooral oog zijn voor
maatschappelijke omstandigheden van crimineel gedrag.
Nieuwe Richting
Het strafrecht werd gezien als uiterste middel, met een sterk accent op behandeling en
resocialisatie, en minder op straffen als vergelding.
Utrechtse school à Probeerde het leerstuk van de vrije wil te combineren met
deterministische theorieën en in de strafrechtspraktijk toe te passen: door enerzijds
de dader verantwoordelijk te houden voor zijn gedrag, maar anderzijds ook oog te
hebben voor de omstandigheden die hem tot zijn daad hebben gebracht. De wijze
van bejegening zou van grote invloed zijn op de kans op recidive.
Amerikaanse criminologie à Er werden verklaringen gezocht voor waarom er meer
criminaliteit heerste in achterstandswijken. Dit kon door verschillende theorieën worden
verklaard: zo zou een gebrek aan sociale samenhang en gemeenschapsstructuren een
oorzaak zijn en zouden armeren weinig kansen hebben om de American dream (vrijheid en
gelijkheid voor iedereen) te verwezenlijken op de legale wijze en daarom op zoek gaan naar
illegale manieren om carrière te maken.
Je kunt criminaliteit verklaren op 3 niveaus:
Micro: kenmerken of gedrag van afzonderlijke mensen (sommige hersenafwijkingen
vergroten de kans op agressief gedrag)
Meso: verschijnselen die zich voordoen in groepen en organisaties (sociale cohesie)
Macro: grotere menselijke verbanden en samenlevingen (verschil in criminaliteit VS
en Japan)
Week 2: Beschrijvende criminologie
Je moet eerst in kaart brengen wat de aard en omvang van de criminaliteit is en de schade
die het teweegbrengt (de gevolgen ervan), pas dan kun je gaan verklaren en voorspellen.
Een criminoloog streeft naar objectiviteit.
De media wil soms een verkeerd beeld schetsen van de criminaliteit.
Boemanconcept: de veronderstelling over misdadigers, waarin op irrationele gronden
negatieve kenmerken aan hen worden toegeschreven.
Morele paniek: elkaar versterkende en disproportionele reacties van de media, politiek en
het publiek op deviante verschijnselen die worden ervaren als bedreigend of zelfs
ondermijnend voor maatschappelijke waarden en belangen.
Welke indelingscriteria zijn er?
Als je de criminologie gaat beschrijven, dan zijn er een viertal indelingscriteria:
Criminaliteit als algemeen begrip
Daders en slachtoffers
Motieven
Pleegplaats
Indelingscriteria 1: criminaliteit als algemeen begrip
, Omvang à hoeveel delicten worden er op jaarbasis gepleegd?
Groei à neemt het af of juist toe in een periode van ...?
Trends à de uiting ervan (van offline naar online criminaliteit)
Aard en ernst
Indelingscriteria 2: daders en slachtoffers
Er wordt gekeken naar deze criteria, om te kijken of er een patroon te zien is:
Geslacht
Leeftijd
Etniciteit
Sociale klasse/opleidingsniveau
Woonplaats/buurt
Rechtspersoonlijkheid
Indelingscriteria 3: motieven
Waarom pleegt de dader het feit?
Economische motieven
Seksuele motieven
Agressieve motieven
Politieke motieven
Indelingscriteria 4: pleegplaats
Waar wordt het feit gepleegd?
Straat
Thuis
Werkplek
In Nederland houdt het CBS een statistiek bij van de ter kennis van de politie
gekomen misdrijven
Hoe komt de politie aan deze cijfers?
Haalwerk: Dit zijn delicten die de politie zelf vaststelt (te hard rijden, rijden onder invloed,
handel in drugs). Dit door middel van controles (proactief).
Als de politie meer controles uitvoert, neemt het aantal geregistreerde delicten toe.
Zo’n toename zegt niets over de trend in deze criminaliteitsvormen. Het zegt slechts
iets over de trend in de inspanning van de politie.
Brengwerk: Dit zijn de delicten waarvan de politie door slachtoffers of getuigen van op de
hoogte wordt gebracht (reactief)
Niet iedereen doet aangifte (aangiftebereidheid).
Redenen om geen aangifte te doen zijn:
o Kwestie niet ernstig (weinig schade of gering letsel)
o Schaamte
o Angst voor wraak
o Men verwacht niet serieus genomen te worden
o Men verwacht dat de politie geen speurwerk doet
o Men verwacht dat de dader niet gepakt wordt
o Bedrijven willen hun goede naam niet aantasten (bijv. in geval van fraude
door eigen werknemers of fraude met computerbestanden)
De politie registreert de aangegeven delicten niet of foutief (registratiebereidheid)
Waarom?
o Tijdgebrek
o De politie ziet het niet als taak om zich met het probleem bezig te houden
o Verkeerde classificatie
o Veranderingen/verbeteringen in automatisering
o Door beleidsverandering
, o Door valse aangiftes
Slachtofferloze delicten blijven onbekend
De geregistreerde criminaliteit kan dus niet worden beschouwd als een afspiegeling van de
daadwerkelijke criminaliteit!
Bezwaren tegen indexeren (berekening criminaliteitscijfers per 100.000 inwoners van
12-79 jaar)
Het enkele criterium leeftijd (12-79 jaar) is discutabel:
o Meiden en vrouwen plegen weinig delicten, toch worden zij bij deze relatieve
aantallen ten volle meegerekend
o De verschillende leeftijdscategorieën zijn niet op ieder moment even
omvangrijk
Niet alleen Nederlanders verblijven in Nederland. Dit zijn ook toeristen en illegalen.
Bovendien wonen niet alle inwoners het hele jaar in Nederland.
Bij interregionale vergelijking is voorzichtigheid geboden
Binnen de regio’s zijn er beleidsverschillen
Binnen de regio’s verschilt het aangiftegedrag
Een indexcijfer zegt niets over de aard en ernst van de criminaliteit
Ook bij internationale vergelijking is voorzichtigheid geboden:
Een indexcijfer zegt niets over de aard en ernst van de criminaliteit
De sociaal economische en infrastructurele verschillen tussen landen
Beleidsverschillen (registratiebereidheid) per land
Aangiftebereidheid verschilt per land
Ieder land heeft zijn eigen WvSr. De delictsomschrijvingen zijn niet identiek. Hierdoor
wordt niet hetzelfde gedrag geregistreerd.
Dark number (verborgen criminaliteit)
Niet geregistreerde criminaliteit (misdrijven blijven voor een groot gedeelte verborgen
voor politie en justitie)
Omvang is geen vaststaand gegeven
Afhankelijk van:
o Aangiftebereidheid
o Registratiegedrag politie
Veel gebruikte methode is de vragenlijst: self-report studies (gericht op eventuele
plegers) en slachtofferenquêtes (gericht op eventuele slachtoffers)
Hoe komt een criminoloog achter niet geregistreerde/verborgen criminaliteit? Door zelf
onderzoek te doen, met bijvoorbeeld de vragenlijstmethode.
Voorwaarden voor betrouwbare resultaten vragenlijst:
(Zowel self-report studies als slachtofferenquêtes)
Anonimiteit garanderen
Aselect getrokken steekproef (willekeurig, iedereen moet evenveel kans krijgen om
ondervraagd te worden)
Representatieve steekproef
Self-report studies (enquêtes daders)
Er wordt gevraagd of de geënquêteerden bepaalde typen delicten hebben gepleegd
Hoe vaak?
Is de politie hiervan op de hoogte gekomen?
Is er een proces-verbaal opgemaakt?
Kenmerken dader
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller cvl26. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.86. You're not tied to anything after your purchase.