Welke van de volgende aspecten is één van de zes projectprestaties die moeten worden beheerd?
a) Accuratesse.
b) Betrouwbaarheid.
c) Scope.
d) Gebruikersgemak.
Answer: c) Scope.
2.
Welk thema stelt zeker dat er een effectief projectmanagement team voor management, controle en communicatie wordt ingericht?
a) Organisatie.
b) Voortgang.
c) Business case.
d) Risico.
Answer: a) Organisatie.
3.
Welk project wordt geactiveerd door het verzoek van de project manager om het project te mogen initiëren?
a) Opstarten van een project.
b) Initiëren van een project.
c) Sturen van een project.
d) Managen van een faseovergang.
Answer: c) Sturen van een project.
4.
Welk thema geeft informatie over wat is vereist, hoe dit zal worden bereikt en door wie het zal worden bereikt?
a) Organisatie.
b) Plannen.
c) Business case.
d) Risico.
Answer: b) Plannen.
5.
Wat is het doel van het thema ‘business case’?
a) Voorbereiden en updaten van enigerlei vorm van een business case.
b) Realiseren van meetbare verbeteringen in één of meer gebieden in de business.
c) Zekerstellen dat outputs, outcomes en benefits zorgvuldig zijn gedefinieerd.
d) Voorbereiden en bevestigen van de kwaliteitsverwachtingen van de klant.
Answer: a) Voorbereiden en updaten van enigerlei vorm van een business case.
6.
Welke van de onderstaande voordelen wordt gerealiseerd via het ‘management by exception’ principe?
a) Promoot het definiëren van een zo concreet mogelijke scope en heldere budgetten.
b) Voorziet in een gemeenschappelijke taal.
c) Verschaft helderheid over wat het project zal opleveren, waarom, wanneer, en door wie.
d) Maakt efficiënt en kosteneffectief gebruik van de inzet van senior management.
Answer: d) Maakt efficiënt en kosteneffectief gebruik van de inzet van senior management.
7.
Wat is volgens PRINCE2 het doel van een plan?
a) Zorgt ervoor dat belanghebbenden goed worden gerepresenteerd.
b) Voorziet in de basis management informatie die nodig is voor elk project.
c) Stel zeker dat een plan voorziet in ieders behoeften.
d) Reduceert het aantal managementniveaus in de projectorganisatie.
Answer: b) Voorziet in de basis management informatie die nodig is voor elk project.
8.
Welke planniveaus worden door PRINCE2 geadviseerd?
a) Projectplan.
b) Projectplan en faseplan.
c) Projectplan, faseplan en teamplan.
d) Projectplan, faseplan en afwijkingsplan.
Answer: d) Projectplan, faseplan en afwijkingsplan.
9.
Welke producten zijn een minimale vereiste voor het thema ‘organisatie’?
a) Projectproductbeschrijving en een Projectvoorstel (PV).
b) Organisatiestructuur in het Project Initiatie Document (PID) en een communicatiemanagementaanpak.
c) Issueregister, risicoregister en kwaliteitsregister.
d) Risicomangementaanpak, kwaliteitsmanagementaanpak en wijzigingsbeheer en communicatiemanagementaanpak.
Answer: b) Organisatiestructuur in het Project Initiatie Document (PID) en een communicatiemanagementaanpak.
10.
Welke rol vertegenwoordigt het ‘oplever’ niveau van het projectmanagementteam?
a) Projectstuurgroep.
b) Projectmanager.
c) Teammanager.
d) Projectsupport.
Answer: c) Teammanager.
Content preview
Een project is een tijdelijke organisatie die in het leven is geroepen met als doel de oplevering van
één of meer producten op grond van een overeengekomen business case.
Projectmanagement is het plannen, delegeren, bewaken en beheersen van alle aspecten van het
project en het motiveren van betrokkenen om de projectdoelstellingen te realiseren binnen de
verlangde prestatiedoelen voor:
– Tijd;
– Kosten;
– Kwaliteit;
– Scope;
– Benefits;
– Risico's.
Portfolio is de totale investering van een organisatie (of gedeelte daarvan) in de veranderingen die
nodig zijn om de strategische doelstellingen ervan te bereiken.
Programma is een tijdelijke flexibele organisatiestructuur opgezet om de implementatie van een
verzameling met elkaar samenhangende projecten en activiteiten te coördineren, te sturen en te
controleren, om te zorgen voor de realisatie van de eindresultaten en benefits die zijn gerelateerd
aan de strategische doelstellingen van de organisatie.
Projecten in en commerciële omgeving hebben vaak meerdere:
– Business cases;
– Management systemen;
– Governance regels;
– Organisatiestructuren;
– Opleveraanpakken (bijv. waterval of agile);
– Bedrijfsculturen (bijv. gedragingen, culturen en risicobereidheid).
Een Prince2 project is een project dat kan aantonen gebruik te hebben gemaakt van of voldoet
aan:
– Prince2 principes;
– Minimale vereisten in Prince2 thema's;
– Het doel en de doelstellingen van Prince2 processen;
– Aanbevolen Prince2 of gelijkwaardige technieken.
7 principes:
1. Voortdurende zakelijke rechtvaardiging;
2. Leren van ervaringen;
3. Gedefinieerde rollen en verantwoordelijkheden;
4. Managen per fase;
, 5. Manage by exception;
Alleen escalatie wanneer er buiten de toleranties op het gebied van tijd, kosten en scope
moet worden getreden wordt de SG geïnformeerd. De SG hoort niks over het project TENZIJ
er een uitzondering is, dus: wanneer er buiten de toleranties dient te worden getreden.
6. Productgerichte aanpak;
7. Op maat maken voor projectomgeving.
– Aanpassen van methode of proces zodat het past bij de situatie waarin het gebruikt
gaat worden;
– Geldt voor:
– Processen;
– Thema's;
– Rollen;
– Managementproducten;
– Terminologie.
– Aanpassingen t.g.v. 'op maat maken' vastgelegd in PID;
– Verantwoordelijkheden:
– Projectmanager verantwoordelijk
– Stuurgroep goedkeuring
– Projectborging, -support, centre-of-excellence advies
– Teammanagers advies op WP-niveau
Ingericht o.b.v. gelimiteerde delegatie van autoriteit.
7 thema's:
1. Business case (waarom);
2. Organisatie (wie);
3. Kwaliteit (wat);
4. Risico (wat als);
5. Wijziging (wat is de impact);
6. Voortgang (waar staan we nu en waar gaan we naartoe);
7. Plannen (hoe, hoeveel, wanneer) (als in meervoud van een plan, niet het werkwoord).
7 processen:
1. Sturen van een project (= stuurgroep);
2. Opstarten van een project (= pre-projectfase);
3. Initiëren van een project (= initiatiefase);
4. Faseovergangen managen;
5. Beheersen van een fase;
6. Managen productoplevering;
7. Afsluiten van een project.
Tijdgedreven rapportages:
– Checkpointrapporten;
Wordt gebruikt door de teammanager om te rapporteren aan de projectmanager.
Informatie over de voorgang van het gedane werk in verhouding tot wat was afgesproken
stat hier ook in. De projectmanager en teammanager besluiten samen hoe vaak deze
rapporten moeten worden opgeleverd. Het is één van de hoofddocumenten dat de
projectmanager gebruikt om het project te monitoren en controleren.
– Hoofdpuntenrapport.
Een rapport dat wordt gemaakt door de projectmanager om te rapporteren over de status
en voortgang van het project. Dit wordt aan de stuurgroep voorgelegd. De frequentie van
de oplevering van deze rapporten staat benoemd in de communicatiemanagemetnaanpak.
Het rapport weergeeft de fase waarin het project zich bevindt en of het nog binnen de
vastgestelde toleranties zit.
Gebeurtenisgedreven rapportages:
– Fase-eindrapport;
– Projecteindrapport;
– Afwijkingsrapport;
– Issuerapport;
– Productstatusoverzicht;
– Leerpuntenrapport.
Projectverloop:
1. Mandaat (= besluit om haalbaarheid project te onderzoeken);
2. Pre-projectfase (= opstarten van een project);
– Benoemen OG, PM en SG;
– Business case in hoofdlijnen;
– Projectaanpak bepalen;
– Eerdere ervaringen verzamelen.
3. Projectvoorstel goedkeuren;
4. Initiatiefase;
– Business case in details;
– Management aanpak;
– Op maat maken;
– Benefitsmanagementaanpak;
– Projectplanning + beheersing.
5. Project Initiatie Document (PID) + faseplan goedkeuren;
6. Uitvoeringsfase(n);
– Bij elke faseovergang een faseplan;
– Binnen toleranties = rapporteren;
– Buiten toleranties = escaleren;
– Managen productoplevering.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nynke1402. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.71. You're not tied to anything after your purchase.