In dit document zijn de readers van Refractie 2 samengevat. De readers zijn bestemd voor het 1e jaar van de opleiding Optometrie aan de Hogeschool Utrecht. De readers zijn gemaakt door docenten Paul, Tamara en Robert-jan.
Reader 1 ‘Skiascopie’ Bladzijde 3 – 19 ‘Dynamische skiascopie’
Skiascopie is een nauwkeurige objectieve refractiebepaling die uitgevoerd wordt bij een normale
hoofd- en lichaamsverhouding van de proefpersoon.
De skiascoop wordt bij ons voornamelijk gebruikt bij de screening en de controle van contactlenzen.
Sciascoperen spaart tijd en de proefpersoon raakt minder gauw vermoeid, waardoor de gegevens na
de subjectieve narefractie beter zijn.
Historie
De Franse arts Guignet beschreef in 1873 de verplaatsing van de lichtreflex in de pupil bij het draaien
van de oogspiegel. Uit de richting van de verplaatsing, kon hij de refractie van de proefpersoon
bepalen.
De naam keratoscopie komt door Bowman; hij dacht dat de waargenomen reflex van het hoornvlies
afkomstig was.
Littman toonde in 1949 aan dat het mogelijk was om op 0,05 dpt nauwkeurig te refractioneren.
Daarom spreken we nu van: Skiascopie (Schaduwwaarneming) of Retinoscopie
(Netvlieswaarneming) (-> Mengin, leerling van Guignet)
Techniek
- De onderzoeker zit 20 tot 60 cm voor de proefpersoon.
- Met een skiascoop belicht hij de pupil van de proefpersoon. De lichtbundel van een lamp
reflecteert in de skiascoop via een spiegel.
- De onderzoeker kijkt door de skiascoop naar de pupil van de proefpersoon. Deze licht
oranjerood op door het invallende licht
Theorie
Belichting
Een bewegende lichtbron (L), zal een bewegend beeld op een stilstaand netvlies
veroorzaken. Het is niet van belang of de lichtbron scherp of onscherp wordt
afgebeeld. Bij beide geeft het een bewegend beeld.
De beweging van de lichtvlek op het netvlies is tegengesteld aan die van de
lichtbron!
In de skiascoop wordt de gloeilamp via een collimator en een
spiegel afgebeeld (L). De lichtbron laten we bewegen door de
skiascoopspiegel te draaien. De bewegende lichtbron geeft
een bewegende lichtvlek op het netvlies van het te
onderzoeken oog
Door de collimator te verschuiven is de uittrekkende bundel
meer of minder divergent en ook convergent in te stellen.
2
, Optometrie Jaar 1
2017-2018
NLH99
Divergente lichtbundel: De virtuele lichtbron
bevindt zich achter de skiascoop.
Een beweging naar rechts zal een naar links
gerichte verplaatsing van de lichtbron (L)
veroorzaken. De lichtvlek op het netvlies beweegt
zich dan naar rechts
Convergente lichtbundel: De lichtbron is reëel en
ligt voor de skiascoop.
Sterk convergent
De lichtbron komt tussen de skiascoop en het te
onderzoeken oog te liggen
Bij een beweging naar rechts, verplaatst de
lichtbron ook naar rechts. De lichtvlek op
het netvlies gaat dan naar links.
Zwak convergent
De lichtbron komt achter het te onderzoeken oog
te vallen
De beweging van de lichtbron is gelijk aan
de zwaaibeweging van de lichtbundel.
Ditzelfde geldt ook voor de verplaatsing van
de lichtvlek op het netvlies.
Geen beweging:
- Als de lichtbron ter plaatse van het te onderzoeken oog ligt
- Als lichtbron (L) zich op de skiascoopspiegel bevindt
(Dit komt bij een normale skiascoop niet voor; Oogspiegels zijn vaak zo gemaakt dat
het beeld van de lichtbron in de spiegel of prisma ontstaat)
De beweging op het netvlies is niet afhankelijk van de graad van ametropie en de grootte van de
lichtbron.
Het is wel zinvol wat de grootte van de lichtbron zo klein mogelijk is; Hierdoor is de lichtvlek op de
fundus ook klein, waardoor kleine bewegingen duidelijker waarneembaar zijn.
Samenvatting
- Bij divergent, evenwijdig of zwak convergent licht, zijn de zwaairichting en bewegingsrichting
van de lichtvlek op het netvlies van de proefpersoon aan elkaar gelijk
- Bij sterk convergent licht zijn zwaairichting en bewegingsrichting van de lichtvlek op het
netvlies tegengesteld aan elkaar.
- Ligt de lichtbron ter plaatse van het te onderzoeken oog, dan is er geen beweging van de
lichtvlek op het netvlies
3
, Optometrie Jaar 1
2017-2018
NLH99
Waarneming
We zorgen zelf voor schaduw in onze pupillen. Doordat er in de richting van de lichtbundel naar het
oog gekeken wordt, wordt het reflex op het netvlies zichtbaar. Dit kan door net over de lichtbundel
heen te kijken, zoals dat bij een skiascoop kan.
Bij een Emmetroop ligt het beeld in het oneindige.
Bij een Myoop ligt het beeld voor het oog.
Bij een Hypermetroop ligt het beeld achter het oog.
Emmetroop
Licht vanuit de skiascoop wordt in de pupil van de proefpersoon geschenen. De onderzoeker kijkt door
de skiascoop naar de pupil van de proefpersoon.
a) De pupil van de proefpersoon is
donker. Dit komt omdat de uittredende
stralen uit de pupil van de proefpersoon een
dusdanige hoek maken, waardoor die de pupil
van de onderzoeker niet bereiken
b) De lichtvlek op het netvlies van de
proefpersoon beweegt naar boven, waardoor
een deel van de uittredende stralen in de
pupil van de onderzoeker valt en hierdoor het
onderste deel van de pupil van de
proefpersoon oplicht
c) De lichtvlek op het netvlies van de
proefpersoon beweegt naar boven, waardoor
deze op de optische as komt te liggen. De hele
pupil licht op.
Bij een grote pupil, licht niet altijd de hele pupil
op, maar is de reflex wel in het midden!
d) De lichtvlek op het netvlies van de
proefpersoon beweegt naar boven, waardoor
de pupil van de proefpersoon bovenin oplicht.
e) De lichtvlek op het netvlies van de
proefpersoon beweegt naar boven, waardoor
de stralen uit de pupil van de proefpersoon,
het oog van de onderzoeker niet bereiken en
dus licht de pupil niet op.
Het lichtreflex in de pupil van een emmetroop,
verplaatst zich in dezelfde richting als de lichtvlek op het netvlies.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller NLH99. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.08. You're not tied to anything after your purchase.