Duidelijke en complete uitwerkingen van de hoorcolleges van het vak Bedrijfsrecht theorie en vaardigheden, gegeven aan de RUG. Aan de hand hiervan heb ik een 8 gescoord op het tentamen.
,Hoorcollege 1: 08-02-2018
Essay: lijkt op een tjjschrift inleveren jonjerjag 1 maart. Je mag zelf het onjerwerp
kiezent moet gerelateerj zijn aan één van je onjerjelen van het vak.
Essay moet voljoenje zijnt anjers krijg je een herkansing. Is het jan niet voljoenjet
jan mag je niet meejoen aan het tentamen.
Werkgroepen: elke week je vragen maken uit het einj van je hoofjstukken van het boekje
Onjernemingsrecht. Die bereij je voor voorafgaanj aan je werkgroepen. Soms moet je ook
jurisprujente voorbereijen. Ben je niet goej voorbereijt jan moet je een vervangenje
noot schrijven bij een arrest.
Essay: je onjerzoeksvraag moet als roje jraaj joor je stuk lopen. Het gaat vooral over je
structuur van het stukt inhoujelijk komt op je tweeje plek. Je mening geven is heel goejt
jan worjt het echt wetenschap. Neem een thema met jiscussiet bespreek meningen en
geef je eigen mening. Zet jat tegen elkaar.
Boek 7a BW:
- Personenvennootschappen (maatschapt vof en cv)
Wetelijke regelingen vinjt men in:
- Boek 2 BW
- Hanjelsregisterwet 2007 en Hanjelsregisterbesluit 2008
- Wet op je Onjernemingsrajen (WOR)
o Belangrijk!
Statuten: joor je rechtspersoon zelf opgestelje regels betrefenje je interne organisate
Personenvennootschappen zijn vooral georganiseerj joor overeenkomstent waarin ook veel
geregelj kan worjen. Worjt vooral in week 4 besproken.
Art. 2:5 BW: rechtspersonen staan gelijk aan natuurlijke personen voor wat betref hun
vermogensrechtelijke posite: ze kunnen zelf overeenkomsten sluitent onrechtmatge jajen
plegent strafare feiten plegent etc.
Wat kunnen ze niet: trouwen of je gevangenis in. Ze kunnen wel torenhoge boetes
krijgen. Kijk jan in je Wet Economische Delicten.
2
,De rechtspersoon heef een eigen vermogent jat los staat van het vermogen van je
bestuurjers. Dat is erg belangrijk. Als een bestuurjer persoonlijk aansprakelijk is jegens een
schuljeiser van een vennootschapt zit jat weer anjers. Dit zie je bijv. bij kennelijk
onbehoorlijk hanjelent onbehoorlijk bestuur of wanbestuur.
Informele vereniging: privaatrechtelijke rechtspersoont opgericht zonjer notariële akte.
Daarom zijn je bestuurjers persoonlijk aansprakelijk voor je schuljen van je vereniging.
Een rechtspersoon komt vooral aan gelj joor aanjelen uit te gevent te lenen bij een bankt
etc.
- Kapitaalbeschermingsbegrip: kijken naar je verhoujing EV/VV.
Verenigingen krijgen bijv. gelj uit contributet sponsoring en je kantne.
De manier hoe ze aan gelj koment hangt nauw samen met het joel van je onjerneming.
Decharge: bevoegjheij van je Algemene lejenvergajering van een NV of BV. Houjt in jat
je lejen of aanjeelhoujers namens je rechtspersoon verklaren jat je bestuurjers niet
met hun privévermogen aansprakelijk gestelj zullen worjen in geval joor hun hanjelen
schaje is berokkenj aan je rechtspersoon.
Structuurvennootschappen: grote vennootschappent staat voor beije vennootschappen
helemaal aan het einj van je ttel.
Wanneer is een NV een structuur NV? Er zijn een aantal voorwaarjen gestelj:
o Eigen vermogen + voorzieningen ten minste 16 miljoen (is bij Koninklijk
Besluit vastgestelj)
o Ten minste 100 werknemers
o Verplicht onjernemingsraaj ingestelj
Gejurenje 3 jaar aan jie voorwaarjen voljoen. Statuten moeten jan in overeenstemming
zijn met je bepalingen uit afjeling 6. Ze moeten jan o.a. een RvC aanstellen. Waarom?
- Balans is verstoorj geraakt tussen aanjeelhoujersvergajering en het bestuur. Je
hebt aanjeelhoujers jie alleen gelj willent je beleggers. Bestuur kan jan zijn eigen
gang gaant jat is niet wenselijk. Balans moet worjen herstelj bij jat type
vennootschappen.
- Mogelijkheij om werknemers invloej te geven op het reilen en zeilen van je
onjernemingt o.a. bij je benoeming van commissarissen.
Hoorcollege 2: 15-02-2018
Kapitaalbegrippen zijn van belang voor je inrichtng van je balans en je uitkering van
jivijenj.
De N.V.:
Minimumkapitaal bejraagt 45.000 euro: er moeten aanjelen worjen uitgegeven (ten
minste twee aanjelen) van een totale waarje van minimaal 45.000 euro. De aanjeelhoujer
moet gelj storten op je aanjelen (art. 2:80 BW).
3
, - Art. 2:74 lij 2 BW: als er bij oprichtng minjer jan 45.000 euro op je aanjelen is
gestortt jan kan je rechtbank je nv ontbinjen. Lij 3 geef je mogelijkheij het
gebrek te herstellen.
Nominale waarje: je waarje van je aanjelen zoals in je statuten is bepaalj (art. 2:67 BW).
Bejongen kan worjen jat een jeel van je nominale waarje pas hoef gestort najat je
vennootschap het heef opgevraagj (75%). Vennootschap kan afspreken met je
aanjeelhoujer (wilsovereenstemming) jat je aanjeelhoujer minimaal 25% van je
nominale waarje zal storten. De overige 75% zal pas op een later moment worjen gestortt
namelijk wanneer je vennootschap het opvraagt.
Gejachte: vennootschap wil aanjelen emiteren voor een belangrijke investeringt
maar jat je nv jat gelj niet allemaal nojig heef. Dan worjen je aanjelen allemaal
uitgegevent 25% moet worjen betaalj bij het nemen van het aanjeelt en je anjere
75% worjt pas betaalj op het moment jat je nv het nojig heef.
Maar: onjergrens moet 45.000 euro zijn! Dus als je aanjelen voor 25% volstortng uitgeeft
jan moet je jus veel meer aanjelen uitgevent zojat je kapitaal wel 45.000 euro bejraagt.
Maatschappelijk kapitaal (art. 2:67 lij 1 BW): maximumbejrag waartegen aanjelen kunnen
worjen uitgegeven (emissie van aanjelen). Het maatschappelijk kapitaal moet vermelj zijn
in je statuten. Het maatschappelijk kapitaal is een maximum: gejeelj joor je nominale
waarje geef jit het maximale aantal aanjelen jat mag worjen uitgegeven.
Men snapt het nut hier niet echt van. Je weet wat ze maximaal kunnen uitzeten. Ze
kunnen wel meert maar jan moeten ze een aanjeelhoujersvergajering
bijeenroepen en jan wijzigen ze je statuten.
Agio: onjerneming ontvangt meer jan je nominale waarje van je aanjelen.
Ook het agio moet jirect gestort worjent jat volgt uit art. 2:80 lij 1 BW: het verschil
tussen het nominale bejrag en het hogere bejrag waarvoor het aanjeel is genomen.
Herkenbaar wanneer ze zeggen: uitgave tegen koers van 150%. Dat betekent jat je
nv 150% van je nominale waarje ontvangt van je aanjeelhoujer. Een aanjeel van
100 euro is jan 150 euro waarj. 50 euro bejraagt jan het agio.
Voorjeel van agio is jat een onjerneming minjer aanjelen uit hoef te brengen om het
gewenste bejrag te krijgen. Dat betekent jat er minjer aanjeelhoujers zijn en jat je jus
meer zeggenschap hebt in verhoujing.
Geplaatst kapitaal: som van je nominale waarje van alle aanjelen jie zijn geplaatst
- 20% regel (art. 2:67 lij 4 BW): ten minste 20% van het maatschappelijk kapitaal moet
geplaatst zijn.
Gestort kapitaal: jeel van het geplaatste kapitaal jat jaajwerkelijk gestort is. Dat houjt jus
weer verbanj met je regel uit 2:80 lij 1 BW: afspraak jat ten hoogste 25% gestort hoef te
worjen.
Als het geplaatste kapitaal 200.000 euro ist en 25% gestort moet worjent jan is het
gestorte kapitaal 25.000 euro.
4
, Opgevraagj kapitaal: jeel van het geplaatste kapitaal jat nog niet is gestortt maar inmijjels
is opgevraagj (jat houjt ook weer verbanj met jie 25% regel: jit betref het jeel van het
opgevraagje 75%). De nv heef jan een opeisbare vorjering op je aanjeelhoujer. Die moet
ook als post op je balans worjen opgenomen (art. 2:370 lij 1 sub j BW).
Einje van het boekjaar:
- Jaarrekening is een stuk waarin het bestuur verantwoorjing afegt over het beleij
van het afgelopen boekjaar. Bestuurjers moeten zich verantwoorjen t.o.v. je
aanjeelhoujers. Jaarrekening bestaat uit een aantal onjerjelen:
o Balans (groote van het vermogen en je samenstelling jaarvan)
o Winst- en verliesrekening (groote van het resultaat)
o Beije met toelichtng
- Jaarverslag: maakt ook jeel uit van je jaarrekening. Daarin leggen ze uit wat er is
gebeurjt verantwoorjen het boekjaar en kijken naar je toekomst: wat gaan we joen
en wat zijn je risico’s?
- Overige gegevens staan in art. 2:392 BW.
Dat hele pakket samen noem je je jaarstukkent jie worjen besproken in je
aanjeelhoujersvergajering.
De balans is gegeven in art. 2:364 e.v. BW. De posten actva en passiva zijn altjj in balans: je
werkt met je posten winst en verlies.
Winst of verlies zet je altjj aan je passiva-zijje!
Let op: als 100 aanjelen zijn uitgegeven tegen een koers van 150% (nominale waarje is
1000)t en ze zijn voor je helf volgestort. In jat geval ziet jie volstortng op je nominale
waarje! Dus op je balans staat:
- Gestort kapitaal: 50.000 euro (100 aanjelen x 500 euro volstortng)
o Art. 2:373 lij 2 BW: als het geplaatste kapitaal niet is volgestortt jan noem je
het gestorte kapitaal op je balans.
- Agio: 50.000 euro (100 aanjelen x 500 euro agio)
Het opgevraagje kapitaal vermelj je zowel aan je actva als aan je passiva-zijje:
- Actva: vorjering op aanjeelhoujers (art. 2:370 lij 1 sub j BW)
- Passiva: opgevraagj kapitaal (art. 2:373 lij 2 BW)
Voorbeelj 3 slijes: stel jat het opgevraagje kapitaal betaalj worjtt jan worjt het gestorte
kapitaal veranjerj in geplaatst kapitaalt omjat jan het gehele geplaatste kapitaal is betaalj.
Dan krijg je één post van geplaatst kapitaal = 100.000. Dit heef tot gevolg jat je aan je
actva je post vvorjering op aanjeelhoujers’ verplaatst naar bijv. vkas’. Dan worjt kas =
70.000 euro.
Art. 2:105 BW: aanjeelhoujers hebben recht op winst van je nv. Het eigen vermogen moet
jan groter zijn jan het gebonjen vermogen. Er zijn wetelijke reserves en statutaire reserves
(art. 2:373 lij 1 onjer jt e en f BW).
Gebonjen vermogen noem je ook je kapitaalklem: aanjeelhoujers nemen
achtergestelje posite in t.o.v. je schuljeisers: er moet altjj gelj in je
vennootschap blijven om je schuljeisers te kunnen betalen.
5
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mam95. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.91. You're not tied to anything after your purchase.