,Hoorcollege 1a: 06-02-2018
Hoofddoel van het strafproces is het verzekeren van de juiste toepassing van het materiële
strafrecht. Het is ook de toepassing van het materiële strafrecht: daar moet iets mee worden
gedaan. Ook moet dat de juiste toepassing zijn.
Bijv. iemand die iets steelt uit de winkel door iets in zijn jas te steken. Hij heef door
dat hij in de gaten wordt gehouden en legt het verderop weer terug in de winkel. Is
dan sprake van diefstal? Is hier sprake van een delict?
Andere vraag die kan rijzen is de vraag of je de juiste dader voor je hebt. Dat zie je
vaak terug bij moord. Ook speelt hier de vraag: is er wel sprake van voorbedachte
rade en dus moord? Of is dit gewoon doodslag?
De andere kant van strafvordering is het voorkomen van strafen van onschuldigen. Dat blijkt
ook uit art. 338 Sv. De spanning tussen het strafen van de schuldige en het voorkomen dat
de onschuldige wordt bestraf blijkt uit het hele wetboek van strafvordering.
Inrichtng van bewijsrecht: art. 338 Sv geef het vereiste van wetg en overtuigend
bewijs.
De Nederlandse rechter heef een drempel van wetg en overtuigend bewijs. Maar is hij die
drempel over, dan heef hij niet de plicht over te gaan tot veroordeling. Dat is anders in
andere landen.
- Positef wetelijk bewijsstelsel: ben je de drempel over, dan moet je veroordelen.
Nevendoelen:
1. Eerbiediging rechten en vrijheden verdachte
a. Zwijgrecht, caute
b. Limitering voorarrest
2. Eerbiediging rechten en vrijheden anderen
a. Beperking getuigplicht
b. Slachtofer als benadeelde partj
3. Procedurele rechtvaardigheid
a. Recht op laatste woord
b. Spreekrecht slachtofer
4. Demonstratefuncte: de procedure vindt niet binnenskamers plaats, men moet ook
zien dat recht is gedaan.
In Nederland staat de materiële waarheid centraal. Wanneer de verdachte bekent, ben je al
heel ver met de materiële waarheid. Er mag dan minder onderzoek worden gedaan dan bij
een ontkenning door de verdachte. Je mag echter niet aannemen dat het waar is omdat de
verdachte dat zegt (art. 338 Sv), je moet alsnog overtuiging hebben dat het waar is.
Materiële recht staat centraal en dat blijkt o.a. uit:
- Acteve rol van de rechter
- Magistratelijke rol OM
- Regeling rechtsmiddelen (hoger beroep en cassate)
2
,Acteve rechter: rechters hebben veel bevoegdheden gekregen om de waarheid boven tafel
te krijgen.
- Art. 286 Sv: de voorziter (rechter van de meervoudige kamer) ondervraagt de
verdachte. Hij geef ook de OvJ en raadsman de gelegenheid vragen te stellen. De
rechter staat dus centraal.
- De rechter kan nader onderzoek gelasten als hij niet voldoende overtuigd is.
De acteve rol van de rechter valt vooral in het inuuisitoire proces. In Nederland zijn we wel
meer naar het contradictoire stelsel gegaan: de verdachte is een volledige procespartj met
rechten. Dit is ook gebeurd onder invloed van het EHRM/EVRM.
Ook het OM komt uit een inuuisitoir processtelsel. Ze zijn een oorspronkelijk verlengstuk van
de rechters, maar zijn nu vooral een leider in de opsporing, zij zijn de dominus lits.
Het OM beslist over de vervolging en stelt ook het dossier samen met zowel de
belastende als de ontlastende stukken.
Hoge Raad: art. 80a Wet RO is nieuw en stelt ook belangen voorop: is er echt iets nieuws aan
bod gekomen dat het belang raakt?
Herziening: mogelijkheid om een beslissing open te breken.
- Herziening ten voordele: iemand die onschuldig is veroordeeld. De materiële
waarheid blijkt niet naar boven te zijn gekomen, dus mag opengebroken worden.
o Dit is niet zo controversieel en bestaat al best lang.
- Herziening ten nadele: speelt een rol wanneer iemand is vrijgesproken en dit blijkt
niet correct te zijn.
o Dit is vrij nieuw en heel controversieel.
Voorbeeld: zaak met ernstge verkeersfeiten: doorrijden na een ongeval met alcohol op.
Uiteindelijk is de veroordeelde niet degene die heef gereden. Ze hebben gedaan alsof
iemand anders reed om iemand anders uit de wind te houden. Uiteindelijk heef dat tot
herziening geleid. Hoge Raad honoreert de herziening.
Vraag AG: moet je hier wel herziening gunnen? Iemand heef zelf meegedaan aan
een leugen en profteert hier nu van.
Of is de materiële waarheid alsnog belangrijker? Hoge Raad vond het misbruik van recht niet
zwaar genoeg wegend om de herziening te kunnen blokkeren.
Gevangenisvoedsel-arrest: je kan iemand die de boel oplicht wel vervolgen voor
oplichtng, bijv. wanneer ze zich voordoen als gevangene en daarmee een goed
krijgen afgegeven (voedsel), dus oplichtng.
Herziening ten nadele art. 482a Sv: nova en falsa (dus nieuwe feiten of valse bekentenissen).
Lid 3 geef een beperking voor de toelaatbaarheid van de nova.
Ne bis in idem: hier pleeg je een inbreuk op, want je gaat iemand dus nogmaals
vervolgen voor hetzelfde feit.
Artkel geef behoorlijke drempels, er is dus niet snel sprake van herziening ten nadele.
Het EVRM (van Europa) is een heel belangrijke bron voor natonaal recht. Hetzelfde geldt
voor het ESH (van de EU). Europa wordt dus steeds belangrijker voor het natonale
strafrecht.
3
, Het EVRM is een eigen leven gaan leiden: staten hebben hun autonomie deels opgegeven
om te voldoen aan de vereisten van het EVRM.
Ozturk vs. Duitsland: hierin zie je hoe de kenmerken van het EVRM in een arrest tot uitng
komen.
Zelf nalezen.
Positeve verplichtngen: het EVRM bevat uitdrukkelijk negateve verplichtngen, maar ook
positeve verplichtngen spelen tegenwoordig een belangrijke rol. Het idee van het EVRM is
een nalaten van de overheid t.a.v. een burger. Dit brengt in sommige gevallen een positeve
verplichtng met zich mee om dit te kunnen realiseren.
Werkcollege 1: 07-02-2018
Het strafproces in fasen:
- Vooronderzoek/opsporing
- Vervolging/berechtng
- Tenuitvoerlegging
De tenuitvoerlegging komt niet naar voren in strafrecht III.
Vooronderzoek:
- Vooronderzoek algemeen: taken en verantwoordelijkheden, normering, aangife en
klachten.
- Dwangmiddelen: aanhouden en staande houden, inbeslagname, doorzoeking,
bijzondere opsporingsbevoegdheden.
- Voorarrest: ophouden voor onderzoek, inverzekeringstelling, bewaring,
gevangenhouding.
Vervolging:
1. Vervolgingsbeslissing
2. Dagvaarding
3. Voorbereiding onderzoek ter terechtzitng
4. Onderzoek ter terechtzitng
5. Beraadslaging
6. Einduitspraak (vonnis)
7. Hoger beroep en cassate
Dwangmiddelen zijn alle bevoegdheden van opsporingsambtenaren waarbij inbreuk op een
grondrecht van een burger wordt gemaakt. Hoef niet per se een verdachte te zijn, je kan
ook een huiszoeking doen bij een vriend van een verdachte. Hij is dan zelf geen verdachte,
maar er wordt een inbreuk gemaakt op zijn huisrecht.
Uitgangspunt: hoe groter de inbreuk, hoe strenger de voorwaarden die worden
gesteld om die inbreuk te kunnen maken.
Vrijheidsbenemende en vrijheidsbeperkende dwangmiddelen:
- Staande houden
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mam95. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.86. You're not tied to anything after your purchase.