Dit is een samenvatting van alle tentamenstof van testtheorie. De samenvatting bevat alle hoorcolleges en stof uit het boek. Het is een duidelijke samenvatting waarin zowel alle rekenstappen als de theorie uitgebreid is uitgelegd. Zelf heb ik een 10.0 gehaald voor het tentamen door enkel deze samen...
Test Bank for Psychometrics An Introduction, 4th Edition, Richard Michael Furr.
Psychometrics: An Introduction 4th Edition R. Michael Furr ISBN 9781071824085, 1071824082. All Chapters 1-14 (Complete Download). TEST BANK.
All for this textbook (7)
Written for
Tilburg University (UVT)
Psychologie
Testtheorie en Testdiagnostiek (500216B5)
All documents for this subject (23)
Seller
Follow
ingridvmeurs2
Reviews received
Content preview
Testtheorie hoorcolleges
Hoorcollege 1 – descriptieve statistieken
Gegevens: variabelen X, Y en W altijd in de kolommen
1) Het berekenen van het gemiddelde en de deviatiescore:
Gemiddelde:
Deviatiescore:
Kleine letters x, y en w zijn deviatiescores.
De som en de gemiddelden van deviatiescores zijn altijd 0. Dit is te verwachten omdat het
afwijkingen zijn van het gemiddelde. Het gemiddelde van deze afwijkingen zijn dan dus altijd 0.
2) Het berekenen van variantie en standaarddeviatie: wat is de spreiding op de scores?
Variantie s2: SS (sum of squares) / n
Standaarddeviatie: √ variantie
,We delen hierbij niet door n – 1, we zijn bezig met descriptieve statistiek. Niet inferentiële statistiek.
Dus we houden het bij delen door n. Dit is het verschil tussen steekproefvariantie en
populatievariantie.
De standaarddeviatie is makkelijker te interpreteren dan de variantie. De variantie is kwadratisch, de
standaarddeviatie is dit niet. Dit is de gemiddelde afwijking van het gemiddelde, een afwijking van -2
en 2 krijgen beide een score van 2. Dit is makkelijker mee te werken.
Standaarddeviatie = 1.41 mensen scoren gemiddeld 1.41 afwijkend van het gemiddelde.
3) Het berekenen van standaardscores / z-scores: hoe verhoudt een persoon zich tot de verhouding
van de scores?
Z-scores zorgen ervoor dat we een directe interpretatie hebben: hoever zit iemand van het
gemiddelde af d.m.v. een universele interpretatie? We standaardiseren de afwijkingsscores.
Z- score:
X− X
afwijkingsscore / standaarddeviatie =
SD
Hoeveel standaarddeviaties zit je boven/onder het gemiddelde?
4) Het berekenen van covariantie en correlatie: samenhang: maat van covariëren: scoren mensen
die hoog scoren op X, ook hoog op Y?
Covariantie is bivariaat: het betreft twee variabelen.
Covariantie:
Ʃ(x∗y)
covariantie=
n
Je vermenigvuldigt de deviatiescore op X met de deviatiescore op Y (hier na pas optellen) / n
De covariantie is ongestandaardiseerd, hier kunnen we dus niet veel mee. Wanneer we de
covariantie standaardiseren, krijgen we de correlatie.
Correlatie:
, covariantie
Correlatie=
σx∗σy
Je kunt de covarianties niet met elkaar vergelijken. Sxw lijkt hierbij veel groter dan de andere
covarianties maar dit blijkt niet zo wanneer we standaardiseren naar correlatie.
Dus de formules zijn:
Ʃx
Gemiddelde=µ=
n
deviatiescore =x=X−µ
2 SS
Variantie=s =
n
Standaarddeviatie=s= √ variantie
X −µ( deviatiescore)
Z−score=
s
Ʃ ( x∗y ) → deviatiescores
Covariantie=
n
Covariantie
Correlatie=
σx∗σy
, Hoorcollege 2 – eigenschappen van tests en items
Wat is een psychologische test? Cronbach is een van de belangrijkste grondleggers van de
testtheorie:
Cronbach (1960): psychologische test = a systematic procedure for comparing the behavior of two or
more people. Zo’n procedure kan vele vormen aannemen:
o MC vaardigheidstest
o Open-ended persoonlijkheidsvragenlijst
o Systematische gedragsobservatie
o Rorschach inktvlekkentest
Een psychologische test kan dus vele vormen aannemen en is niet slechts een enquête.
Drie cruciale eigenschappen van een psychologische test (drie kritieken voor de definitie van een
psychologische test):
1) Gericht op gedragsmeting: observeerbaar
2) Systematisch: objectief: zo kunnen we eerlijk blijven zonder subjectieve inbreng
3) Vergelijken van verschillende personen (of van dezelfde personen over tijd: voor- en
nameting): het draait dus altijd om het vergelijken van mensen.
Verschillende soorten testen:
1) Tests voor prestatieniveau (maximum-performance test) vs. gedragswijze (typical
performance test):
-Prestatieniveautest voor meten vaardigheden: de deelnemers doen hun best om maximaal
te presenteren zoals een tentamen of een intelligentietest.
-Gedragswijzetest: iedere tests die niet een prestatieniveautest is: denk aan een test op
persoonlijkheid. Hier kun je niet perse beter op presteren dan anderen. De uitkomsten zijn
‘typisch’ voor jou.
Afhankelijk van welk construct je wilt meten kom je uit bij een van deze testen
Grote verschillen voor de aanpak bij de testontwikkeling
Nauwelijks verschillen voor statistische analyse van testscores
2) Twee typen tests voor prestatieniveau: power test vs. speed test
-Power test: vaardigheden worden getoetst zonder de negatieve invloed van tijdsdruk. In de
praktijk bestaat een pure power test niet omdat er altijd wel een tijdlimiet is.
-Speed test: vaardigheden worden getoetst onder zware
tijdsdruk: het gaat om simpele vragen. Denk bijv. aan selecties
voor machinisten (staat er een boom of een springer naast het
spoor) of piloten.
De Bourdon dot concentration test: omcirkel zo snel mogelijk
alle figuurtjes met vier stippen
3) Normgericht vs. criteriumgericht:
-Normgerichte test: vergelijken personen met de rest van de
populatie: dit kost een stuk meer werk. Goede normgegevens over de populatie zijn van
groot belang.
-Criteriumgerichte tests: vergelijken personen met een absolute standaard (hier moet je wel
erg zeker van zijn): het testoordeel staat los van prestatieniveau in de populatie.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ingridvmeurs2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.82. You're not tied to anything after your purchase.