Bestuurskunde: Economie, Bestuur en Management
Bedrijfseconomie
All documents for this subject (5)
Seller
Follow
anneliendepater
Reviews received
Content preview
Hoorcollege 1
Organisaties zonder rechtspersoonlijkheid
Organisaties zonder rechtspersoonlijkheid zijn natuurlijke personen. Zoals:
- Eenmanszaak
- Vennootschap onder firma (VOF), hierbij zijn meerdere eigenaren allemaal hoofdelijk
aansprakelijk. Er wordt een vennootschapscontract opgemaakt met afspraken over hoe het
resultaat verdeeld wordt. Dit kan als percentage van het ingebrachte vermogen, als
arbeidsinzet of het restant van de winst. Een VOF hoeft niet bij een notaris opgericht te
worden, dus een authentieke akte is niet verplicht. Wel moet het bij de Kamer van
Koophandel ingeschreven worden.
- Commanditaire vennootschap (CV), hierbij is er een stille en beherende vennoot. De stille
vennoot is degene die het geld inbrengt. Hij mag zich niet bezig houden met de gang van
zaken. Als het misgaat met de cv kan de stille vennoot niet aansprakelijk worden gesteld,
maar alleen aansprakelijk voor het vermogen wat hij heeft ingebracht.
- Maatschap, dit zijn vrije beroepsoefenaren via een gezamenlijke naam. Dit zijn dus kleine
eenmanszaakjes die samenwerken. Zoals bij tandartsen.
Deze organisaties betalen allemaal inkomstenbelasting. Ook hebben zij geen publicatieplicht van
financiële resultaten, maar ze hebben wel de wettelijke plicht om administratie te voeren.
Organisaties met rechtspersoonlijkheid
Organisaties met rechtspersoonlijkheid moeten vennootschapsbelasting betalen. En zij hebben
publicatieplicht. De organisaties met rechtspersoonlijkheid zijn:
- Bv, hierbij staan de aandelen altijd op naam.
- Nv, hierbij heb je naamloze aandelen. Dit heet aandelen aan toonder. Deze aandelen worden
verhandeld op beurzen.
- Vereniging, deze organisaties streven niet naar winst. Dus zij hoeven geen
vennootschapsbelasting te betalen.
- Stichting, stichtingen die niet naar winst streven hoeven geen vennootschapsbelasting te
betalen. Maar stichtingen die wel naar winst streven moeten dat wel. Stichtingen hebben
wel een bestuur, maar geen leden.
- Coöperatie, zij verdelen de winst onder de leden. Bijvoorbeeld de woningbouwvereniging of
de Rabobank.
Bij een bv en nv zijn er verschillende organen. Zoals de Raad van Bestuur, AVA (algemene
Vergadering van Aandeelhouders) en Raad van Commissarissen. De Raad van Bestuur doet een
winstvoorstel op de AVA. De winst die wordt uitgekeerd is dividend. Tantièmes is een winstuitkering
aan het personeel, zoals een 13e maand. Alles wat niet uitgekeerd wordt van de winst dat is een
winstreserve.
Resultatenrekening
Een resultatenrekening is een overzicht van kosten en opbrengsten gedurende een periode. Het
verschil tussen de kosten en opbrengsten leidt tot een resultaat. Er zijn twee soorten modellen. De
eerste is de staffelvorm, dit is een model met de omzet en daaronder de kosten. Deze trek je van
elkaar af en dit leidt tot een resultaat. De tweede is de scontrovorm, dit heeft een debetzijde met de
kosten en een creditzijde met de opbrengsten.
1
, Het resultaat is een onderdeel van het eigen vermogen. Als er winst is dan stijgt het eigen vermogen,
en als er verlies is dan daalt het eigen vermogen. Het eigen vermogen kan ook veranderen door
privéopnamen waardoor het eigen vermogen daalt of door privéstortingen waardoor het eigen
vermogen stijgt.
Als je geen resultatenrekening hebt zie je niet meer waardoor het resultaat is ontstaan. Daarom is
het voordeel van de resultatenrekening het specificeren van het ontstane resultaat. Dit geeft meer
transparantie, en hiermee is er inzicht wat nodig is voor het nemen van (management)beslissingen.
Er is een onderscheid tussen een interne en externe resultatenrekening. De interne is specifiek voor
het management. De externe is voor belanghebbenden zoals verantwoording afleggen aan
aandeelhouders en andere stakeholders.
Voor elk financieel feit moet het bedrijf een boekingsdocument hebben. Alle ondernemers moeten
dus een bonnetje hebben van dingen die ze doen. Het boekingsdocument leidt tot verwerking in:
- Inkoopboek. Als er ingekocht wordt dan kan dit contant of op rekening. Het inkoopboek
heeft te maken met de inkoopfactuur op rekening. Dit zijn crediteuren, mensen aan wie je
nog geld moet betalen.
- Verkoopboek. Als er verkocht wordt dan kan dit contant of op rekening. Het verkoopboek
heeft te maken met verkoopfactuur op rekening. Dit zijn debiteuren, mensen die aan jouw
nog geld moeten betalen.
- Bankboek (ontvangsten en uitgaven)
- Kasboek (ontvangsten en uitgaven)
- Diverse Postenboek, alles wat niet in de andere boeken staat. Zoals afschrijvingen, dotatie
voorzieningen, toerekenen van kosten en opbrengsten aan een periode.
Een geconsolideerde jaarrekening bestaan uit een geconsolideerde balans en een geconsolideerde
resultatenrekening en een toelichting hierop. Consolideren is het samenvoegen van de financiële
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anneliendepater. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.41. You're not tied to anything after your purchase.