Wat is filosofie?
Meerdere antwoorden op de betekenis van filosofie…
1) Conceptueel onderzoek
• Manifeste wereldbeeld = je normale wereldbeeld
• Wetenschappelijk (empirisch) wereldbeeld = wat we krijgen door de wetenschap
• Hoe verhouden de wereldbeelden zich tot elkaar?
2) Conceptuele verheldering
• Stap verder: wetenschap gebruiken om concepten bij te stellen
3) Grondslagenonderzoek / geldigheidswetenschap
• Zijn de concepten die we gebruiken voor de wetenschap wel geldig? Bijvoorbeeld causaliteit:
bestaat dat wel?
4) Perspectiefwisseling
• Van perspectief wisselen, oog en begrip voor standpunten van anderen.
• Nodig bij maatschappelijk debat
5) Zoektocht naar de waarheid
• In het oude Griekenland: de sofisten
• Ging niet om waarheid, maar om overtuigingskracht (bijv. advocaten nu)
Socrates verzette zich daar tegen
6) All of the above
• We willen weten wat we bedoelen met onze concepten en dat ze geldig zijn. Daarvoor
moeten we soms een ander perspectief innemen, om te verhelderen.
Filosofie is niet zomaar feitenvrij kletsen en is geen scepticisme of relativisme.
Waarom filosofie voor psychologen?
Filosofie gaat over kritisch denken belangrijk om je eigen vakgebied (psychologie) ook kritisch te
bekijken. Kritisch denken over:
• Ethische en wetenschappelijke vragen, maar horen niet bij deze cursus.
• Filosofie: Wat is de geest? Wat is de psyche? Wat is bewustzijn? Hoe past dat in een fysische
wereld?
• The hard problem: The problem of consciousness Mensen hebben dualistische intuïties
(dat lichaam en geest los van elkaar zijn), maar als je in je geest wat voelt, dan gebeurt er wat
in je brein en vaak ook andersom.
Wat is bewustzijn?
1) Bewuste ervaringen
• Nagel noemt dit ‘what-it-is-likeness’ = quale (mv: qualia)
• Hoe voelt het om een vleermuis te zijn?
• Ervaringen van geuren, smaken, etc.
,2) Cognitie
• Is een propositionele attitude (PA) = Houdingen t.o.v. een betekenis van een zin
• PA’s zijn intentioneel gaan ergens over (aboutness)
• PA’s zijn zijn discrete entiteiten staan los van elkaar
• Bijv. Jan gelooft dat het regent Houding: ‘gelooft’, propositie: ‘dat het regent’
3) Emoties
• Combinatie van een ervaring (kwalitatief karakter) en een cognitieve toestand
(intentionaliteit)
• Bijv. Het voelt op een bepaalde manier om kwaad te zijn op een slechte automobilist.
Hoe past bewustzijn in de fysische wereld? Hoe verhouden ervaringen, cognitieve toestanden en
emoties zich tot de (rest v/d) fysische wereld, met name tot het lichaam, met name tot het brein?
Als je weet hoe ervaringen en cognitieve toestanden in de wereld passen, weet je dat ook voor
emoties.
1. Substantie-dualisme: de geest bestaat onafhankelijk van het lichaam en vice versa
2. Idealisme: de fysische wereld is afhankelijk van de geestelijke wereld
3. Behaviorisme: de geest is eigenlijk gedrag
4. Reductionisme / identiteitstheorie: mentale toestanden zijn hersentoestanden
5. Eliminativisme: de geest bestaat niet
6. Functionalisme: mentale toestanden worden gerealiseerd door hersentoestanden
7. Connectionisme
8. Embodied & Embedded en zelfs Extended mind.
Substantie dualisme: Kan de geest los van het lichaam bestaan?
Substantie = Datgene wat op zichzelf kan bestaan
Substantie-dualisme = Er zijn twee substanties: denkende en uitgebreide René Descartes
Essentiële eigenschappen
• De essentiële eigenschap van de denkende substantie is denken
• De essentiële eigenschap van de uitgebreide substantie is uitgebreidheid (= plaats innemen
in de ruimte)
• Beweging ontstaat door botsing
Descartes’ eerste methode: Radicale twijfel
• Veel van de kennis bleek niet te kloppen Docenten en waarneming zijn niet te vertrouwen.
Dus waar kan je wel op bouwen? Wat is een onbetwijfelbaar fundament?
• Twijfel aan alles: Ben je wel wakker? Heb je wel een lichaam? Wat als er een malin genie is?
• Cogito ergo sum: Ik denk, dus ik ben.
Descartes’ tweede methode: Helder en duidelijk inzicht
• Descartes is, maar wat is hij?
• Een denkende substantie, met als essentiële eigenschap denken.
• Hoe weet hij dat? Dat ziet hij helder en duidelijk in
Helder en duidelijke inzichten
• God bestaat, God is goed en God is perfect
• Dus bedriegt God mij niet
, • Dus ik heb een lichaam Descartes is een res cogitans (denkende substantie) én res extensa
(uitgebreide substantie).
Het interactieprobleem
• We zijn een res cogitans én res extensa
• De causale geslotenheid van de fysische wereld: er gaat geen energie in of uit, dus elke
fysische gebeurtenis heeft een fysische oorzaak.
• Maar hoe kan een niet-fysische substantie botsen met een fysische substantie.
• Dit komt voort uit behoudswetten, maar dan zitten we met een ‘Patrick Swayze probleem’.
Twee oplossingen
Elizabeth van Bohemen vroeg Descartes: “How can the soul of man, being the only a thinking
substance determine his bodily spirits to perform voluntary actions?”
• Descartes weet het niet
• We zijn duidelijk twee substanties, maar lichaam en geest interacteren wél.
• Zijn antwoord: Lichaam en geest interacteren in de pijnappelklier (niet overtuigend).
• Suggestie van Descartes: God regelt die interactie. Hij had ons zo kunnen maken dat als we in
een spijker trappen, dat we dan de smaak van chocolade zouden ervaren. Hoe dan???
Occasionalisme
• Alleen God is de ware oorzaak van dingen in de wereld
• Dus lijkt het slechts dat onze gedachten/wensen de oorzaak zijn van wat we doen.
• Maar mijn gedachte/wens is de gelegenheid (occasion) voor God om wat te laten gebeuren.
Parallelisme
• Als twee klokken synchroon lopen, komt dat omdat ze zo gemaakt zijn.
• Hetzelfde geldt voor lichaam en geest
Hoe doet God dit dan?
• Probleem bij occasionalisme en parallelisme
• Het levert geen inzicht op: het ene probleem wordt vervangen door het andere probleem.
Is dit fataal voor substantiedualisme?
• Elizabeth von der Pfalz: “I must admit that it would be easier for me to attribute matter and
extension to the soul, than to attribute to an immaterial being the capacity to move and be
moved by a body.”
• Ze heeft gelijk: Onze normale opvatting van een ziel is 3D (bijv. een geest).
Samenvatting
De geest is niet-fysisch, maar de interactie met het fysische lichaam is daardoor niet te begrijpen. Het
leidt dus tot conceptuele incoherentie.
Voorbeeldvraag: Wanneer Daenerys Targaryen denkt “de winter komt”, dan is “de winter komt”
a) Een emotie met een kwalitatieve ervaring.
b) Een quale die over iets gaat.
c) Een mentale toestand met intentionaliteit. Juist, want de rest gaat over een ervaring
d) Een cognitieve toestand met een fenomenale ervaring
HC2 | Idealisme & Behaviorisme
, Idealisme (18e eeuw)
• George Berkeley (GB) over het interactieprobleem: Er is maar één substantie de geest
• Monisme = De positie dat er maar één substantie is (de geestelijke, de fysische of iets
anders).
• Zo is er geen probleem
Zijn is waargenomen worden
• GB: Dingen bestaan alleen op het moment dat ze waargenomen worden Esse est percipi
• Boek waarin Philonous (de geestminaar) in debat gaat met Hylas (de stofman)
• Philonous ontkent het bestaan van de materiële substantie, maar niet het bestaan van de
materiële wereld.
• Dus materiële dingen zijn er wel, maar alleen in je geest. Dus staan niet op zichzelf, dus is
materie geen substantie.
Hoe redeneert Berkeley?
• Empirisme = Kennis via de ervaring door waarneming
• GB: We kunnen geen substantie zien. Maar wat zien we dan wel?
Eigenschappen
• Primaire eigenschappen zijn volgens Locke objectief, dus bestaan ook wanneer we ze niet
waarnemen.
• Secundaire eigenschappen ontstaan bij het waarnemen (geuren, kleuren, smaken, etc.)
Kleuren zijn ook subjectief, omdat de omgeving invloed heeft op hoe je het waarneemt.
Zijn er primaire eigenschappen? Volgens GB
• Grootte is ook een secundaire eigenschap, want dat is afhankelijk van een waarnemer.
Geldt volgens GB voor alle eigenschappen
Dus er bestaan geen primaire eigenschappen
• Of iets groot / klein of warm / koud is, is afhankelijk van de waarnemer, MAAR de grootte /
temperatuur van iets kan je meten. En waar is het bier als de koelkast sluit?
• GB: God neemt alles waar en daarom bestaat het ook als wij het zelf niet waarnemen.
Levert ons geen inzicht op
• Dus het idealisme neemt de wetenschap niet serieus.
Behaviorisme (begin 20e eeuw)
Behaviorisme
• Behavioristen willen van de psychologie een wetenschap maken.
• Daarvoor moet er minder subjectief zijn en meer objectief.
• Dus kunnen we geen onwaarneembare mentale entiteiten (de geest) accepteren
Daar praten we niet meer over
Black Box
• Input (stimuli) BLACK BOX output (gedrag)
• Wat er in de black box gebeurt, daar heeft de behaviorist het niet over.
Psychologisch behaviorisme
• Ofwel methodologisch behaviorisme
• “Human thought is human behavior.” (Skinner, 1974, p. 117)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller FrederiekeH. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.56. You're not tied to anything after your purchase.