Stappenplan in het Europees en internationaal belastingrecht
Stap 1: KAN Nederland heffen op grond van nationale wet?
1. Subject (is de belastingplichtige mogelijk belastingplichtig in Nederland?)
a. Is de inwoner binnenlands belastingplichtig?
b. Is de niet-inwoner buitenlands belastingplichtig?
2. Object (waarover is het subject belastingplichtig?)
a. Is de binnenlands belastingplichtige belastingplichtig over zijn wereldinkomen?
b. Is de buitenlands belastingplichtige belastingplichtig over zijn Nederlands inkomen?
Stap 2: MAG Nederland heffen op grond van een belastingverdrag of enige ander regeling ter
voorkoming van dubbele belasting?
1. Subject (verdrags-)inwoner: heeft het subject toegang tot een belastingverdrag? Dit is vereist
om het belastingverdrag te kunnen toepassen. Het verdrag moet ook van toepassing zijn op
het type belastingen dat aan de orde is.
2. Object: welk land mag (on)beperkt heffen over het betreffende inkomensbestanddeel? Deze
vraag wordt in de bepalingen van het betreffende verdrag uitgewerkt. Ook moet worden
bepaald welk land eventueel voorkoming van dubbele belasting moet verlenen.
3. Methode ter voorkoming van dubbele belasting: hier wordt bepaald op welke manier de
eventuele voorkoming van dubbele belasting moet worden gegeven. Deze regels zijn vaak
aan het einde van het verdrag opgenomen. Voorkoming wordt normaal gesproken gegeven
in de vorm van verrekening of vrijstelling, al kunnen er ook bijzondere regels van toepassing
zijn.
Stap 3: MAG (of MOET) Nederland heffen op grond van Europees recht?
1. Subject: heeft de belastingplichtige toegang tot het Europees recht?
2. Object:
a. Fundamentele vrijheden
b. Handvest van de grondrechten van de Europese Unie
c. Richtlijnen
d. Europese Associatie- en partnerschapverdragen met non-EU lidstaten
3. Gevolgen van strijd met Europees recht:
a. Bepaling is onverbindend voor zover het in strijd is met het Europees recht
b. Analoge toepassing door de rechter van de beschikbare bepaling
c. Eventuele schadevergoeding
Beslisschema van het HvJ bij beoordeling of het EU-recht geschonden wordt
Stap 1: Is er toegang tot EU-verdragsvrijheden?
Wanneer je toegang hebt tot het EU-recht, wordt geregeld in de specifieke vrijheidsbepaling die dan
in het geding is. Deze vrijheidsbepalingen hebben een directe werking, je kunt er dus een beroep op
doen in een proces. Om toegang te hebben tot deze vrijheidsbepalingen moet je voldaan aan de
eisen die erin genoemd staan. Dit kan bijvoorbeeld zijn:
- Je moet onderdaan zijn van een EU-lidstaat
- Je moet een grensoverschrijdende activiteit uitoefenen binnen de EU
Het kan zijn dat je wel aan de toegangseisen van een verdragsvrijheid voldoet, maar er toch geen
beroep op kunt doen. Dit is het geval indien:
- Er sprake is van uitputtende harmonisatie. De nationale regel die je wilt bestrijden kun je
toetsen aan Europese regels, maar niet aan verdragsvrijheden.
- Een regeling onderdeel is van een staatssteunregeling. Het is aan de Europese Commissie om
dit te toetsen, je kunt geen beroep doen op de verdragsvrijheden.
, Stap 2: is er sprake van een discriminatie/belemmering?
Als je eenmaal toegang hebt tot het EU-recht, is de tweede stap om te toetsen of er sprake is van
discriminatie. Discriminatie is het fiscaal nadelig behandelen door één lidstaat van de
grensoverschrijdende situatie in vergelijkbare gevallen zonder dat daar een objectieve
rechtvaardigingsgrond voor bestaat. Enkele belangrijke aspecten:
- Ongelijk behandelen van gelijke gevallen, maar ook gelijk behandelen van ongelijke gevallen.
- Er is geen ondergrens van de nadelige behandeling.
- Dat discriminatie voorkomen had kunnen worden door belastingplichtige is geen
rechtvaardiging.
- In beginsel wordt er per land gekeken of deze discrimineert.
Hoofdregel: in beginsel kijken of de lidstaat discrimineert vanuit het perspectief van de lidstaat die
discrimineert (stand-alone bepaling).
Er is ook een verbod op belemmeringen. Een belemmering is een maatregel die de uitoefening van
een van de vrijheden bemoeilijkt of minder aantrekkelijk maakt zonder dat daarvoor een objectieve
rechtvaardigingsgrond bestaat. Het kenmerk is dat het niet discrimineert, maar toch een obstructie
op de interne markt veroorzaakt die aan een land toe te rekenen is. Het HvJ is hier echter erg
voorzichtig mee en vereist tegenwoordig bijna een discriminatie.
Stap 3: is hier een geldige rechtvaardigingsgrond voor?
Als je toegang hebt tot het EU-recht en er is sprake van een discriminatie of belemmering, kan het
discriminerende land door middel van een objectieve rechtvaardigingsgrond de regel toch in stand
houden. Objectieve rechtvaardigingsgronden zijn opgenomen in het VWEU en in de jurisprudentie
van het HvJ.
- VWEU art. 64 en 65 zijn zeer specifiek en komen bijna niet voor.
- Rule of reason: er kan sprake zijn van een objectieve rechtvaardigheidsgrond indien de
bestreden maatregel een legitieme doelstelling van algemeen belang dient die een inbreuk
op fundamentele VWEU-rechten rechtvaardigt (bijvoorbeeld misbruik). De rechtvaardigheid
moet intrinsiek samenhangen met het belastingstelsel.
Kies in alle situaties altijd de minst belastende situatie voor de belastingplichtige.
Als er sprake is van een objectieve rechtvaardigingsgrond, moet de discriminerende maatregel
daarna nog aan twee voorwaarden voldoen:
- De beperkende maatregel is geschikt om die doelstelling te bereiken.
- De beperkende maatregel is gezien de doelstelling evenredig en proportioneel. Dat wil
zeggen: de doelstelling kan niet op minder bezwarende wijze worden bereikt.
In principe zijn de VWEU-verdragsvrijheden alleen maar binnen Europa van toepassing en op
Europese situaties. De grote uitzondering hierop is de vrijheid van kapitaalverkeer. De reden hiervoor
is dat de EU wil dat Europese landen ook goed zaken kunnen doen met de rest van de wereld
- Art. 63 VWEU: vrij verkeer van kapitaal geldt ook voor situaties tussen een lidstaat van de EU
en een niet-lidstaat.
Stap 4: Is de standstill-clausule van art. 64 VWEU van toepassing?
Een belangrijke uitzondering op de toegang tot vrijheid van kapitaalverkeer is art. 64 VWEU:
discriminaties en belemmeringen die al bestonden op 31 december 1993 (direct voorafgaand aan het
openen van de kapitaalmarkt) mogen blijven bestaan. Dit wordt de standstill-bepaling genoemd.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Viscalist. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.43. You're not tied to anything after your purchase.