Dit is een compacte samenvatting voor TV van belangrijkste theorie leerstof van de blokken met de leerdoelen verwerkt van alle colleges en bijeenkomsten. Ik heb voor alle TV telkens deze samenvattingen geleerd en telkens met de eerste kans ruim voldoende gehaald. De samenvattingen van het eerste ja...
Wetenschappelijk onderzoek levert kennis en inzicht waarmee je iets kunt verklaren en
voorspellen. Omvat basisbegrippen, grondslagen, valkuilen en voorschriften.
Hypothese: Een stelling die in de wetenschap nog niet is bewezen en dient
als het beginpunt van een theorie.
Design: Een soort onderzoek waarvoor je kiest/hoe een onderzoek is
opgebouwd (bv RCT,CCT). Het geeft richting aan wat je gaat
doen. Hieruit kies je de methode (o.a. aantal personen,
kenmerken, meetinstrumenten etc.)
Inductie: Het vormen van een theorie in je hoofd.
Deductie: Theorie omzetten in hypothese (onderzoeksvraagstelling).
Fundamenteel: vergroten van algemene kennis van de werkelijkheid. Bv hoe
werkt een cel
Praktijkgericht: leveren van een bijdrage in de vorm van kennis en inzicht aan
oplossingen.
Etiologie: oorsprong en hoe iets ontstaat en hoe zich het ontwikkeld.
EBP: het probleem beantwoorden in een beantwoordbare vraag.
Betrouwbaarheidsinterval: is een interval rondom een getal en is een maat voor precisie
van het gemiddelde dat wat we hebben geschat in een
steekproef.
Operationaliseren: het meetbaar maken van een variabel begrip
Fasen in praktijkonderzoek:
• Meten → men meet relevante variabelen bij personen, uit metingen worden parameters
afgeleid. Dus het vaststellen van de waarde van het variabel begrip in een bepaalde
analyse-eenheid.
- Meetinstrument → datgene waarmee je meet
- Operationaliseren → hoe ga je het meetbaar maken van variabel begrip
- Variabele → beschrijf specifiek welk begrip je wilt beschrijven
Soorten onderzoek
• Kwalitatief onderzoek → subjectieve ervaring van onderzochte personen, altijd
beschrijvend of explorerend.
• Kwantitatief onderzoek → echt in getallen uitgeschreven, beschrijvend of
causaal/experimenteel (verband tussen oorzaak en gevolg) of explorerend. Kun je
onderverdelen in experimenteel en observationeel.
• Systematische reviews en meta-analyses → niveau 1, zeer groot
• Randomised controled clinical trials (RCT) → niveau 2, groot
• Controlled clinical trils (CCT) → niveau 3, voldoende
• Niet experimentele studies (Cohorts en patiënt-controle onderzoek), beschrijvend en
explorerend → niveau 4, matig/laag (observationeel kwantitatief)
• Mening van deskundigen → niveau 5, zeer laag
,Typen onderzoeksvraagstellingen
• Explorerend (verklarend) onderzoek → je wilt alleen maar iets gaan beschrijven.
- Het ontdekken van verbanden of verschillen, dus kijken of oorzaak en gevolg met
elkaar te maken hebben
- Tussen beschrijvend/experimenteel in
• Toetsend onderzoek → de 1 krijgt de ene manipulatie en de ander een andere
manipulatie en ga je toetsen of er verschil in ziet
• Beschrijvend onderzoek → onderzoeker heeft de opdracht gekregen om bepaalde
aspecten te letten en die te beschrijven, je wilt iets verkennen en/of in kaart brengen.
- Zo goed mogelijk de werkelijkheid beschrijven
- Niet gericht op oorzaak-gevolg relaties
• Evaluerend onderzoek → je doet niks, maar kijkt alleen
• Experimenteel (exploratief) onderzoek → correlatieonderzoek, zoeken naar en verklaren
van oorzakelijke (causale) verbanden tussen variabelen bv. RCT. Is er een relatie
tussen… en… Wil niet zeggen dat er altijd een verband is.
• Vergelijkend onderzoek → verschillen tussen twee groepen
• Voorspellend onderzoek → gevolgen van een onderwerp bekijken
Veel medisch wetenschappelijke onderzoeksvragen zijn gericht op de relatie tussen
variabelen (kenmerken/begrippen).
5 stappen van de methodiek van EBP:
• Stap 1: Klinisch probleem vertalen in beantwoordbare vraag → PICO
- P = patiënt (probleem, populatie, aandoening)
- I= Interventie (therapie, indextest, diagnostisch instrument, risicofactor, prognostische
factor)
- C= Comparison/ co-intervention (controle, placebo, goudstandaard)
- O= Outcome (klinische relevantie uitkomst maat)
- Dit doe je met boliaanse opperatoren (AND, OR etc)
• Stap 2: Efficiënt zoeken naar het beste bewijsmateriaal (evidence). Zoekactie
(databanken, zoektermen) vastleggen in zoekverslag, selectie artikelen →
- Kies de juiste wetenschappelijk databanken
- Relevante zoektermen opstellen
- Zoektermen combineren
- Zoekactie beperken door in- en exclusiecriteria en limits
- Aantal hits
- Keuze artikelen
• Stap 3: Data-extractie -> het artikel dat je gevonden hebt is bijv. 2000 woorden en wil je
voor de lezer kort neerzetten.
- Aantal hits,
- Inclusie criteria, exclusie criteria, limits, article types, languages etc.
• Stap 4: Beoordelen methodologische kwaliteit artikelen →
- Beoordelingsformulieren voor elk design beschikbaar:
o Cbo.nl
o Cochrane.org
- Artikelen beoordelen en analyseren
o Voor JC één artikel
• Stap 5: Best evidence-synthese
Les 2 + 3 methodologie 1 en 2
Methodologische classificatie
1. Beschrijvend – explorerend – experimenteel
2. Kwantitatief vs. kwalitatief (kwalitatief gaat voor kwantitatief)
, 3. Cross-sectioneel vs. Longitudinaal →
- Cross-sectioneel; heeft een dwarsdoorsnede/transversaal. Één meetmoment
- Longitudinaal; meerdere meetmomenten, kan experimenteel of niet-experimenteel
zijn. Niet-experimenteel kan weer verdeeld worden in:
o Prospectief: bv cohortonderzoek of experiment (je gaat vooruit met meerdere
meetmomenten in de toekomst)
o Retrospectief: patiënt-controle onderzoek (terug in de tijd, bv data uit archieven
halen)
Cohorte-sequentieel onderzoek →
Een onderzoeksmethode waarbij een dwarsdoorsnede van de bevolking gekozen en
vervolgens elk cohort wordt gevolgd gedurende een korte periode van tijd. Nauwkeuriger
gegevens dan een cross-sectionele studie oplevert. Zie volgende tabel:
Indeling onderzoek op design (een soort onderzoek waarvoor je kiest)
• Experimenteel; manipulatie door onderzoeker
• Observationeel; geen manipulatie door onderzoeker
• Descriptief; beschrijven van resultaten zonder nadruk op statistische analyse
• Analytisch; studie met een van te voren gespecificeerde hypothese en statistische
analyse
• Kwalitatief; subjectieve ervaring van personen
• Kwantitatief; in getallen uitgeschreven
• RCT; gerandomiseerd (dubbelblind) gecontroleerd onderzoek (experiment). Valt onder
kwantitatief en analytisch onderzoek. Kijken of de ene groep het beter heeft gedaan dan
de andere.
• CCT; gecontroleerd onderzoek door vergelijking met een groep die de interventie niet
heeft gehad, niet gerandomiseerd. Dit kan leiden tot BIAS.
• Case control study; retrospectief (kijken in het verleden, de ziekte wordt als uitgangspunt
genomen)
• Cohort; niet de ziekte maar de mogelijke oorzaak wordt als uitgangspunt genomen
Een systematische fout (fout in het ontwerp en de uitvoering van een onderzoek), dit leidt tot:
BIAS → vertekening van resultaten.
• Selectiebias; fout bij de samenstelling van de groep
• Informatiebias; wanneer de patiënt bv is gediagnosticeerd door de onderzoeker
• Confounding; bepaalde kenmerken invloed hebben op de uitkomst maat en niet gelijk zijn
tussen de behandelgroepen. Randomisatie houdt confounding tegen!
Let op significantie! (het verschil wel of niet op toeval berusten). P= < 0,05
Case control study (onderzoek design):
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller JOS1994. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.