Dit is een samenvatting vanuit het boek kiezen voor het jonge kind. Heel hoofdstuk acht is samengevat en daarom is het boek niet meer nodig. De belangrijkste woorden zijn groen gemaakt.
8 Een rijke speelleeromgeving: inrichting en materialen
Rebeca en Mauricio Wild lieten zich inspireren door het montessoriprincipe van de ‘goed
voorbereide omgeving’. Ze hebben daar op een school voor gezorgd door heel veel kosteloze
materialen te gebruiken en dus door te kijken naar montessoriprincipe. Zowel in de binnenruimtes
als in de buitenruimte voel je, zoals Montessori dat noemde, de ‘roep der dingen’. De ruimtes
nodigden de leerlingen
Er zijn grofweg twee manieren om onderwijs te geven aan jonge kinderen:
- Kinderen moeten vooral luisteren en kijken naar wat de leerkracht vertelt, laat zien of
voordoet. Van de kinderen wordt verwacht dat ze actef meedoen aan de actviteiten die
voor hen bedacht zijn.
Bij deze manier van werken is de inrichtng van een speelleeromgeving vooral het materiaal
klaarzeten dat je op een bepaald moment nodig hebt.
- Kinderen hoeven niet mee te doen maar verzorgden hun eigen planning. De leerkracht kijkt
en luistert naar wat kinderen te vertellen hebben, en ze helpt hen plannen te ontwikkelen en
uit te voeren. Kinderen doen niet mee met de leerkracht, maar de leerkracht doet mee met
de kinderen.
Bij deze manier van werken is het van belang dat kinderen een rijke speelleeromgeving
treffen die het mogelijk maakt hun plannen te verwezenlijken. Een goed ingerichte omgeving
brengt kinderen ook op nieuwe ideeën.
Jonge kinderen hebben de neiging om actef handelend op hun omgeving te reageren. Daarom ligt de
nadruk bij de onderbouw ook niet op een goed doordacht programma, maar op de inrichtng van de
speelleeromgeving. De vaardigheid om een speelleeromgeving te scheppen die kinderen aanspreekt,
uitdaagt en die een beroep doet op al hun ontwikkelingsmogelijkheden, is misschien wel de
belangrijkste didactsche vaardigheid die een onderbouwleerkrach zich eigen moet maken.
Reggio Emilia noemt de omgeving dan ook de derde pedagoog.
8.1 Kenmerken van een goed ingerichte speelleeromgeving
De kwaliteit van de leefomgeving heef invloed op mensen. Het bewust vormgeven van een
speelleeromgeving is een belangrijke taak van de onderbouwleerkracht. Er zijn een aantal
kenmerken waaraan een goed ingerichte speelleeromgeving aan voldoet:
- Esthetek
- Veiligheid
- Rijkdom aan materialen en mogelijkheden
- Orde en structuur
- Zelfstandigheid
- Afspiegeling van de cultuur
8.1.1 Esthetiek
Esthetek schoonheid en harmonie. Zo zegt Reggio Emilia dat de ruimte niet alleen spreekt door
functonaliteit maar ook door Esthetek.
Een mooi ingerichte omgeving heef opvoedende waarde. Kinderen leren schoonheid waarderen en
ze leren dat het de moeite waard is zorg te dragen voor hun omgeving. In de klassenomgeving gaat
het hier ook om. Ze zien dat er zorg en aandacht besteed is aan de omgeving. Er is aandacht voor
sfeer en gezelligheid waarbij het werk van de leerlingen netjes is opgehangen.
8.1.2 Veiligheid
Bij kleuters gelden andere veiligheidsregels dan bij peuters. We kunnen hen gerust een zaag geven,
als we hun maar leren hoe ze daar veilig mee om moeten gaan. Wel leten we op scherpen
voorwerpen die uitsteken, het stopcontact en veilige speeltoestellen. Toch is het ook belangrijk dat
, kinderen avonturen kunnen beleven en daarbij een risico nemen. Zo zegt pedagoog Korczak dat we
kinderen uit angst dat hen iets zal overkomen de mogelijkheid om echt te leven vaak ontnemen.
Zo zegt Korczak de vrees voor het leven van een kind gaat hand in hand met de angst voor
verminking, en die angst is weer verbonden met de voor de gezondheid onontbeerlijke reinheid.
In een goed ingerichte speelleeromgeving zoeken we naar een verantwoord evenwicht tussen
veiligheid en spanning of avontuur.
8.1.3 Rijkdom aan materialen en mogelijkheden
In een rijke speelleeromgeving is veel aantrekkelijk en uitdagend materiaal te vinden. Te veel
materialen kan een belemmering zijn en te weinig ook. Klassen waarin kinderen steeds voor dezelfde
actviteit kiezen en waar actviteiten zelden tot echte betrokkenheid leiden, bieden duidelijk te
weinig uitdaging.
De rijkdom van ons materialenaanbod moeten we niet alleen zoeken in de hoeveelheden maar ook
in:
- Variate Kinderen ziten gemiddeld 2,5 jaar in dezelfde kleuterklas. Daarom moeten de
materialen afgewisseld worden. Nieuwe materialen leveren nieuwe impulsen. Variate is ook
belangrijk omdat kinderen de mogelijkheid moeten krijgen te werken en te spelen over de
thema’s die op een bepaald moment in de belangstelling staan.
- Functonaliteit een speelleeromgeving is niet alleen mooi, maar ook functoneel. De
materialen die de klas in komen zijn vooral gericht op de actviteiten die ze kunnen
oproepen. Bij de selecte van materialen wordt er altjd gekeken wat kinderen ermee kunnen
en welke ontwikkelingen we daarmee bevorderen.
8.1.4 Orde en structuur
Niet alleen de klassenorganisate, maar ook de klasseninrichtng bepaalt of er orde en structuur is.
Door orde en structuur komen de leerlingen veel meer tot leren toe.
Ook wordt er gekeken op welke plek welke hoek goed is. Soms worden hoeken heel veel uit elkaar
geplaatst omdat ze elkaar in de weg ziten en soms heel dicht bij elkaar zodat ze elkaar kunnen
versterken.
8.1.5 Zelfstandigheid
In een rijk ingerichte omgeving trekken de aanwezige materialen de aandacht van de kinderen.
Wanneer ze dit zelf kunnen pakken zullen ze er eerder mee gaan spelen.
Ook een ladekast waar de leerlingen hun eigen spullen bewaren zorgt voor zelfstandigheid.
Werkkaarten bij allerlei ontwikkelingsmateriaal biedt kinderen de mogelijkheid om zelfstandig,
onafankelijk van de leerkracht met het materiaal te werken.
8.1.6 Afspiegeling van de cultuur
De klassenomgeving weerspiegelt de sociaal-culturele omgeving. Dat betekent dat kinderen er
dingen vinden die ze in hun omgeving ook tegenkomen. Wanneer de huishoek lijkt op een echt huis
zullen ze in hun spelactviteit hun sociaal-culturele omgeving een rol geven. Op deze manier leren ze
stapsgewijs steeds beter deel te nemen aan het sociaal-culturele leven.
Er moet ook rekening worden gehouden met de leefwereld. De leermiddelenindustrie kan moeilijk
rekening houden met de leefomgeving van het kind. Zo zal een cactus een kind in Nederland weinig
zeggen, maar een kind op curaçao zal dat wel herkennen.
Een goed ingerichte klas weerspiegelt de diversiteit aan culturele achtergronden van kinderen. Als
kinderen vaak baklava eten dan wordt dat op school een keer gebakken tjdens het thema ‘bakker’.
Het is belangrijk dat kinderen met verschillende culturen in aanmerking komen. Kinderen die merken
dat hun achtergrond een vanzelfsprekende aandacht krijgt, zullen opener over hun ervaringen
vertellen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pietjepiet. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.