Het hele tentamenstof voor het tentamen op de hanze
June 25, 2018
17
2017/2018
Summary
Subjects
mao
management en organisatie
gedrag in organisaties
hanze
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Hanzehogeschool Groningen (Hanze)
HBO Rechten
Gedrag in Organisaties (MAO)
All documents for this subject (2)
Seller
Follow
Nane
Content preview
Management en organisate tentamenstof samenvatng
Week 1:
Gedrag in organisates estudeert de invloed die individuele factoren, groepsprocessen en
organisatestructuren he en op menselijk gedrag in organisates.
Het elangrijkste doel van gedrag in organisates is de efectviteit van organisates ver eteren.
De kennis die je opdoet ij gedrag in organisates is o elangrijk omdat gedrag niet willekeurig is.
Hier liggen wetmatgheden aan de grondslag. Als je de e kent kun je het gedrag van mensen
verklaren en voorspellen. Als je in een organisate werkt, he je altjd met mensen te maken.
Pro lemen met mensen ijn een van de moeilijkste pro lemen om op te lossen. Als je het gedrag van
mensen kent en de e kunt verklaren en voorspellen, kun je eter met de e pro lemen omgaan.
(Voorspellingen mogelijk indien aangegeven wordt in welke omstandigheden de e voorspelling geldt,
de e omstandigheden ijn de contigentievariabelen.)
Verwante takken in de wetenschap zijn:
- Psychologie
Psychologie pro eert gedrag te meten, te verklaren en te veranderen.
- Sociale psychologie
Sociale psychologie estudeert hoe mensen elkaar eïnvloeden.
- Sociologie
Sociologie estudeert mensen in hun sociale omgeving of cultuur.
- Antropologie
Antropologie estudeert samenlevingen om te leren over mensen en hun actviteiten.
Uitdagingen en kansen voor gedrag in organisates:
- Reageren in economisch ware tjden
- Omgaan met glo alisering
- Leidinggeven aan een divers personeels estand
- Innovate en verandering stmuleren
- Werknemers helpen het juiste evenwicht te vinden tussen werk en privéleven
- Ethisch gedrag scheppen
In het kort: managers moeten sociale en communicateve vaardigheden e iten, oog voor
Verschillen tussen mensen en culturen he en, inspirerend leiderschap tonen en het tonen van
vertrouwen in mensen door taken en verantwoordelijkheden te delegeren. Naarmate het oudere
management plaatsmaakt voor jongeren in de top al de e trend alleen maar toenemen.
Relatonele kwaliteit: contact met mensen, klantvriendelijkheid.
Er ijn drie fundamenten van individueel gedrag in organisates:
- Vermogen: intelligente, geschiktheid voor het werk
, - Attude
- Leren
Een attitude is een houding die je he t tegenover dingen, mensen, gedrag en epaalde
ge eurtenissen. Een attude estaat uit drie componenten:
- Cognitef (denken, evaluate): mijn chef gaf een collega promote die dat minder verdiende
dan ik. Mijn chef is niet eerlijk.
- Afectef (gevoel): ik he een hekel aan mijn chef.
- Gedrag (acte): ik en op oek naar ander werk, ik he tegen iedereen die het horen wilde,
verteld over mijn chef.
Cogniteve dissonante:
Elke mogelijke inconsistente die een individu kan waarnemen tussen gedrag en attudes. Er ijn een
aantal onderdrukkers van het ver and tussen attudes en gedrag:
- Het elang van de attude: in attudes komen fundamentele waarden tot uitng, attudes
die men elangrijk vindt tonen doorgaans een sterk ver and met gedrag. In het omgekeerde
geval is ver and wak of elf afwe ig.
- De mate van specifciteit: hoe concreter de attude en hoe concreter het gedrag, des te
sterker het ver and.
- De toegankelijkheid van de attude: attudes die gemakkelijk oproep aar ijn in het
geheugen (vaker herhaald) ijn etere voorspellers van gedrag dan minder toegankelijke
attudes.
- De aanwe igheid van sociale druk: attude en gedrag ullen eerder van elkaar verschillen
wanneer de sociale druk voor epaald gedrag uitengewoon sterk is (werknemer is tegen
staken, maar staakt toch mee met ijn andere collega´s omdat de sociale druk sterk is).
- Directe ervaring met de attude: ver and tussen attude en gedrag al veel sterker ijn
wanneer de attude iets etref waarmee het individu ervaring uit de eerste hand heef.
Gevolgen werkontevredenheid:
Acte-reacte: ontslag (actef, destructef)
Stem-reacte: je stem ge ruiken, eggen (actef constructef)
Loyaliteits-reacte: wachten op ver etering (passief constructef)
Verwaarlo ings-reacte: te laat komen, pro lemen negeren, weinig in et tonen, fouten maken
(passief destructef)
Twee leer theorieën:
Operante conditonering: mensen leren een epaald gedrag om te krijgen wat e willen of te
vermijden wat e niet willen.
Social learning: het leren door het o serveren van het gedrag van anderen.
Attudes ten aan ien van werk:
- Werktevredenheid
- Betrokkenheid ij het werk
- Betrokkenheid ij de organisate
, Afecteve inding (werknemers voelen ich thuis ij de organisate), e羣trinsieke (calculerende)
inding ( e he en geen ander alternatef), normateve inding (medewerkers he en het gevoel
dat e ehoren te lijven, moreel verplicht, ijvoor eeld omdat de organisate niet onder e kan).
Week 2:
Percepte: het proces waarin het individu ijn intuigelijke indrukken ordent en interpreteert om in
te geven aan ijn omgeving. Dit gaat om de waarneming van het individu, niet de werkelijkheid elf.
Atri ueren: het toeschrijven van oor aken van gedrag aan een interne of e羣terne factor.
Atri utetheorie houdt in dat wanneer we iemands gedrag o serveren, we pro eren te epalen of
er interne of e羣terne oor aken ijn. Dit hangt af van:
- Kenmerkendheid: is dit gedrag kenmerkend? Vertoont iemand dit gedrag ook in andere
situates? (Altjd te laat ij werk, school en vrienden)
- Consensus: komt dit gedrag ij een persoon voor of is iedereen te laat? (hele klas of alleen
hij)
- Consistente: is dit specifeke gedrag eenmalig of komt dit gedrag vaak voor? (is hij heel vaak
te laat?)
Fundamentele atri utefout: ij het eoordelen van anderen onderschaten we de invloed van
e羣terne factoren en overschaten we de invloed van interne factoren. Bij het eoordelen van je elf
schrijven we succes toe aan interne factoren (dit succes he ik aan mij elf te danken) en schrijven we
mislukkingen toe aan e羣terne factoren (het is niet mijn schuld).
Innerlijke eslisregels: tjd esparen, maar eker niet waterdicht. Je moet je ewust worden van
innerlijke eslisregels om vergissingen te voorkomen. Veelge ruikte, makkelijke eslisregels:
- Selecteve waarneming: we ien wat we willen ien, ingegeven door interesses, achtergrond,
ervaring en attudes.
- Halo-efect: op asis van een kenmerk een algemene indruk vormen.
- Contrastefecten: het oordeel over gedrag wordt eïnvloed door gedrag van anderen.
- Stereotypen: generaliseren, hokjes denken.
Besluitvorming kent de volgende karakteristeken:
- Ratonele esluitvorming: de este eslisser is de ratonele eslisser. Zo´n eslisser is in staat
innen de afge akende gren en epaalde waarden te ma羣imaliseren.
- Beperkte ratonaliteit: een evredigend esluit is goed genoeg, innen de gren en van een
simpel gemaakt model gedragen individuen ich dan ratoneel. We kie en voor de meest
evredigende keu e en niet voor de meest optmale keu e.
- Creatviteit orgt voor meer ideeën.
- Veel voorkomende vertekeningen en fouten: we kie en van nature een korte weg tjdens de
esluitvorming. Vertekeningen: elfoverschatng, verankering (de neiging om de als eerste
verkregen informate als uitgangspunt te nemen en vervolgens nieuwe informate niet op te
nemen), evestging van standpunten oeken, informate eschik aarheid (je aseert je
oordeel op direct eschik are informate want vliegen is niet gevaarlijker dan autorijden),
escalerende in et (de neiging om steeds hoger in te eten ij het nemen van eslissingen, je
houdt je vast aan je eslissing ook al ijn er ewij en dat het fout is, ontkenning van toeval
(on e neiging om te geloven dat we de uitkomst van willekeurige ge eurtenissen hadden
kunnen voorspellen, wijsheid achteraf (als uitkomst ekend, te onrechte geloven dat we de
uitslag goed hadden voorspeld.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Nane. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.