Nederlandse geschiedenis hoorcollege 4
De Lage landen tot de 14e eeuw
Na Rome, is er i West-Europa een periode van terugval minder handel (minder
munten teruggevonden uit deze tijd, rijkdom meer in land dan in geld, edelen geven
land i.p.v. geld), geen belastingen, minder edelmetaal. Continuïteit en breuk met de
Romeinse tijd, duidelijke breuk qua bestuursvorm het Romeinse rijk valt, Religie
eigenlijk wel veel continuïteit want laatste 2 eeuwen vooral christelijk en dit bleef, ook
de kunst en het recht blijft veelal, het recht verandert wel wat maar baseert zich op
Romeins recht. Economie continuïteit in bepaalde delen andere minder handel, taal
in het zuiden wel continuïteit met Latijn, in het noorden aanzienlijk minder.
Franken komen op na de Romeinen, Clovis wordt katholiek, Dagobert (Frankische
koning) begint interesse te krijgen in het gebied van de Friezen, deze interesse
kwam door Dorestad en de tweede kersteningsgolf (eerste was in de Romeinse tijd,
Tweede de Romeinen) deze kersteningsgolf bevat Willibrord en Bonifatius.
Hofmeiers krijgen de macht door Karel Martel en Pepijn de Korte overgang van
Merovingers naar Karolingers/Pippiners. Karel de Grote wordt koning van de nieuwe
dynastie, hij veroverd enorme gebieden en volkeren zoals bv de Saksen en
Langobarden, alles daarna is de erfenis van het Karolingische rijk, hij bestuurt het rijk
feodaal door het leenstelsel met zijn leenmannen deze leenmannen vertrouwde hij
ook dit noem je de Fides. Karel de Grote werd keizer en dit was een verwijzing naar
het Romeinse rijk en hij wilde zich in één lijn zetten met de Romeinse keizers, de
Franken waren erg christelijk en het volk werd ook wel eens gezien als het nieuwe
Israël. Karel de Grote voelt zich ook verantwoordelijk voor het spirituele welzijn van
zijn onderdanen dit was nieuw, de koning zette zich in voor goede priesters,
onderwijs enz, hij wilde eenheid in zijn rijk. Periode van veel welvaart deze welvaart
ontstond door de veroveringen van Karel de Grote de economie draaide op de
veroveringen zodra deze stoppen gaat de welvaart ook sterk omlaag, toch ook nog
welvaart onder de zoon van Karel de Grote , Lodewijk de Vrome daarna Salische
verdeling over 3 zonen en onrust daarbovenop Vikingen. Het feodale stelsel werkt
steeds slechter nadat de oorlogen stoppen de koning heeft geen geld meer en geen
macht om de edelen van het land te trappen , de edelen bleven op hun stuk land en
gingen dit zelf regeren en weigeren dit op te geven , ze gaan hier kastelen bouwen
dit gebeurt met name in Italië in de 10e eeuw. Je krijgt al gauw een lappendeken van
staatjes in de 10e eeuw en het wordt qua organisatie een grote chaos, horigen
worden in steeds grotere mate aan het land gebonden (hofstelsel). In de 9 e eeuw
welvaart en eenheid, in de 10e eeuw steeds meer verbrokkeling en politieke
verdeeldheid. In de 10e eeuw wordt het Heilige Roomse rijk bestuurd door Ottonen,
zij maken gebruik van het systeem van Rijkskerken dit waren voornamelijk
bisdommen met heel veel land geschonken door de koning, het mooie hiervan is dat
de keizer zelf de bisschoppen mag aanwijzen en als de bisschop doodgaat kiest hij
een nieuwe want een bisschop had namelijk geen erfgenamen dit systeem werkte
dus beter dan het feodale systeem wat helemaal mislukt was omdat de edelen hun
gebied niet terug gaf. Na Lodewijk de Vrome splitst het land in 3 delen (Salisch). Wat
verbindt nou de Lage Landen ondanks de vele scheidingen, handel verbindt de lage
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gsbachelor. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.