- Wat is de anatomie en ontwikkeling van de tractus circulatoires van de foetus?
- Wat is de anatomie en ontwikkeling van de tractus respiratorius van de foetus?
- Welke weg leggen zuurstof en CO2 moleculen af?
- Wat is de fysiologie van de hartslag van de foetus? (Welke factoren hebben hier in...
Foetale tractus circulatoires en tractus respiratorius
- Wat is de anatomie en ontwikkeling van de tractus circulatoires van de
foetus?
- Wat is de anatomie en ontwikkeling van de tractus respiratorius van de
foetus?
- Welke weg leggen zuurstof en CO2 moleculen af?
- Wat is de fysiologie van de hartslag van de foetus? (Welke factoren
hebben hier invloed op? (weeën, hartminuutvolume)
- Wat zijn de kenmerken en de rol van het foetale Hb in de
zuurstofuitwisseling tussen moeder en kind?
Wat is de anatomie en ontwikkeling van de tractus circulatoires van de
foetus?
Embryologie cardiologie:
Op de 20e dag worden uit twee cardiogene mesenchymzones twee hartvelden
gevormd. Deze hartvelden fuseren tot de primitieve hartbuis. De hartbuis sluit
zich aan op de al bestaande vaat structuren en is betrokken bij de voortstuwing
van het bloed tijdens de embryonale fase. De hartbuis krijgt verschillende
uitstulpingen: de bulbus cordis, het primitieve ventrikel, het primitieve atrium en
de sinus venosus. Uit deze uitstulpingen ontstaan de uiteindelijke onderdelen
van het volwassen hart.
Intreratriale septum:
Het atriale septum wordt gevormd door twee verschillende structuren: het
septum primum en het septum secundum. Op de overgang tussen de atria en de
ventrikels liggen twee hartkussens, inferior en superior. Het septum primum
groeit vanuit de boven en achterkant van het hart In de richting van de
hartkussens. Aanvankelijk blijft In het midden gedeelte van het septum primum
en de hartkussens een opening over: Het ostium primum. Dit komt doordat de
onderrand van het septum primum concaaf is. Het septum primum blijft
doorgroeien tot het in zijn geheel de hartkussens heeft bereikt. Echter, voordat
dit gebeurt (en dus het ostium primum sluit) ontstaat aan de bovenkant van het
septum primum gaatjes die samen fuseren en het ostium secundum vormen. Er
is dus steeds een opening aanwezig tussen het linker en rechter atrium.
Terwijl het ostium secundum wordt gevormd, groeit rechts vanuit het septum
primum, vanuit de boven en voorkant van het hart, het musculaire septum
secundum.
Het septum secundum heeft een concave onderrand, groeit ook richting de
hartkussens, maar fuseert niet volledig met de hartkussens. Het gat dat
overblijft, is het foramen ovale. Dit foramen wordt aan de linkerzijde bedekt door
het onderste deel van het septum primum (het deel onder het ostium
secundum).
, Voor de geboorte zijn de longen nog niet functioneel en is de long-vaatweerstand
nog erg hoog. Hierdoor is de druk In het rechter atrium groter dan het linker
atrium en blijft het foramen ovale open. Na de geboorte daalt de long-
vaatweerstand en wordt de druk In het rechter atrium lager dan de druk In het
linker atrium. Dit heeft tot gevolg dat de onderste deel van het septum primum
tegen het foramen ovale wordt gedrukt.
Interventriculaire septum:
Het interventriculaire septum ontstaat uit het
septum inferior dat vanuit de onderkant van
het hart naar boven groeit en met de
hartkussens fuseert. Het interventriculaire
septum is voor het grootste gedeelte
musculair. Een klein gedeelte van het
interventriculaire septum is aan de achterzijde
dunner en membraneus. Dit membraneuze
septum scheidt de bovenkant van het RV en de
onderkant van het RA van de aorta.
AV-kleppen:
De hartkussens groeien langzaam naar elkaar
toe en fuseren uiteindelijk. Na de fusie zijn de
atria en ventrikels van elkaar gescheiden. Uit
deze hartkussens worden de AV-kleppen
gevormd.
Foetale bloedsomloop:
De foetale circulatie is enerzijds gericht op de doorbloeding van de foetale
organen, anderzijds op de doorbloeding van de placenta voor de uitwisseling van
zuurstof en kooldioxide en van voedingsstoffen, afvalstoffen en warmte met het
maternale bloed. Het zuurstofarme foetale bloed bereikt de placenta via de
navelarterie (a. umbilicalis). In de foetale zijde van de placenta komt het foetale
bloed in talrijke vertakte villi. Hier komt het via een scheidingswand in
uitwisselingscontact met het omgevende maternale bloed, dat zich vrij in de
intervilleuze ruimte bevindt. De situatie is vergelijkbaar met de wijze waarop in
de longcirculatie van de volwassen long het bloed in contact is met de lucht in de
alveoli. De villeuze membraan is echter dikker dan de alveolocapillaire
membraan, waardoor de uitwisseling trager verloopt. Vanuit de villi wordt het
met zuurstof en voedingsstoffen verrijkte bloed teruggevoerd naar de foetus via
de navelvene (v. umbilicalis). De maternale bloedstroom bedraagt aan het einde
van de zwangerschap 600 tot 1000 ml/min; dat is 15 tot 20% van het
hartminuutvolume. De foetale bloedstroom is dan ongeveer 600 ml/min; dat is
ongeveer de helft van het foetale hartminuutvolume.
De uitwisseling van stoffen in de placenta vindt op de voor continu endotheel
gebruikelijke wijze plaats: snelle diffusie van hydrofobe stoffen, tragere en van
deeltjesgrootte afhankelijke diffusie van hydrofiele stoffen. Door carriertransport
en transcytose kunnen ook grotere hydrofiele deeltjes in beperkte mate worden
uitgewisseld. Het gaat vooral om de opname van zuurstof, voedingsstoffen,
antilichamen en hormonen, en om de afgifte van CO2, water, metabolieten en
warmte. Daarmee vervult de placenta voor de foetus de rol van long,
spijsverteringskanaal en nier, wat de passage van de helft van het foetale HMV
begrijpelijk maakt. De foetale bloedstroomsnelheid is daardoor relatief hoog. In
combinatie met de dikte van de villeuze membraan levert dit een behoorlijk
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DDP. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.46. You're not tied to anything after your purchase.