, Sediment in een diepe plas ............................................................................................................... 55
Mariene .................................................................................................................................................. 56
Wat is een mariene ecosysteem? ..................................................................................................... 56
Ligging................................................................................................................................................ 56
Dynamiek ........................................................................................................................................... 56
Sturende factoren .............................................................................................................................. 57
Functies ............................................................................................................................................. 59
3
, Hydrologische kringloop
De relatief warme en vochtige lucht boven zee
stijgt op en stroomt via de atmosfeer (wind)
richting land. Bij het land wordt de warme
lucht gedwongen om op te stijgen omdat ook
het land stijgt in hoogte tov de zeeën. Deze
stijging kost energie en de temperatuur van de
lucht daalt (ongeveer 0,6 graden per 100 m
hoogte). Koude lucht kan minder waterdamp
bevatten dan warme lucht. Het overschot aan
waterdamp condenseert (wolkenvorming) en
valt vervolgens in de vorm van neerslag (P) op
het land. Het kan ook zijn dat een massa warme vochtige lucht botst met een massa koude lucht. Als
gevolg van afkoeling ontstaat oververzadiging: wolkvorming en vervolgens neerslag.
De gevallen neerslag kan verdampen (ET) maar wanneer de neerslag groter is dan de verdamping zal
het overschot ervan infiltreren (F) in de bodem en vervolgens percoleren (Fg) naar het grondwater en
het grondwaterreservoir aanvullen. Hierdoor stijg het grondwaterpeil waardoor er een
grondwaterstroming (G) in de richting van sloten, beken en rivieren ontstaat. Via deze rivierafvoer
(R) komt de neerslag uiteindelijk weer terecht in de zeeën.
De verdamping van water kost relatief veel energie, wat
verkregen wordt uit de warmte van de zon. Bij
condenseren van water komt deze zelfde energie weer
vrij. Een belangrijk deel van het boven zee verdampte
water condenseert boven land. Het land krijgt bij een
regenbui dus niet alleen water, maar ook grote
hoeveelheid energie afkomstig van de zeeën. Door dit
effect wordt een landoppervlak door 10 mm regen
evenveel opgewarmd als door een gehele dag
zonneschijn. Dit verklaart de matigende invloed van de
zee op het winterse Nederlandse klimaat (zeeklimaat),
waardoor er zich geen echt strenge winters voordoen in
vergelijking met gebieden met een landklimaat. In de
zomer geeft het regenwater juist weer een tempering
omdat er dan meer (gewas)verdamping optreedt dan
dat er aan neerslag valt.
Interceptie (I) = het deel van de neerslag dat wordt opgevangen door de begroeiing en vervolgens
weer verdampt.
Percolatie (Fg) = neerslag welke de bodem niet kan vasthouden (omdat de bodem bv al vochtig is)
percoleert naar het grondwater.
Afstroming (R) = bij hevige neerslag groter dan het infiltratiecapaciteit van de bodem zal afstroming
optreden.
Grondwaterstroming (G) = ontstaat door uitstroming van grondwater naar het oppervlaktewater.
Verschil tussen infiltratie en percolatie = water wordt eerst vanaf het maaiveld geïnfiltreerd in de
onverzadigde zone van de bodem. Bij percolatie gaat het water dóór de onverzadigde zone van de
bodem (door het aquitards) en vult het grondwater aan.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mereljansen1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.50. You're not tied to anything after your purchase.