Is economie ook jouw moeilijkste vak? De mijne in ieder geval wel! Daarom heb ik er altijd voor gezorgd dat mijn samenvattingen erg begrijpelijk en overzichtelijk zijn. Zo houd je irritante begrippen uit elkaar en leer je tegelijkertijd toch hoe lastige economische problemen in elkaar steken. Want ...
Een marktvorm geeft aan of er veel of weinig concurrentie op een markt is. De marktvorm
bepaalt hoe de prijs op de markt tot stand komt.
aantal aantal
marktvormen product concurrentie toetreding transpirantie
aanbieders vragers
volkomen volkomen
veel veel homogeen volkomen vrij
concurrentie doorzichtig
monopolistische
veel veel heterogeen onvolkomen vrij ondoorzichtig
concurrentie
homogeen / redelijk
oligopolie weinig veel volkomen beperkt
heterogeen ondoorzichtig
monopolie één veel homogeen geen geen ondoorzichtig
1
,Volledige mededinging
De marktvorm van volkomen concurrentie heeft de volgende kenmerken:
THEORIE PRAKTIJK
volledige mededinging alleen beroepsbevolking
homogeen goed heterogeen goed
transparant anti-transparant
(symmetrisch) (asymmetrisch)
geen vrije toe- en uittreding
vrije toe- en uittreding
(belemmeringen)
marktmechanisme / prijsmechanisme marktmechanisme / prijsmechanisme
(hoeveelheidsaanpasser) (hoeveelheidsaanpasser)
Om deze marktvorm te kunnen analyseren, moet je dingen veronderstellen, dus
vereenvoudigen zodat er algemene conclusies getrokken kunnen worden. We gaan uit
van de kenmerken in theorie. Deze markt is dus een theoretische marktvorm.
1. veel aanbieders. Individuele aanbieder heeft geen invloed op de prijs omdat deze tot
stand komt door het marktmechanisme. Iedere aanbieder neemt namelijk maar een
heel klein deel van de afzet voor zijn rekening (en heeft dus zeer gering marktaandeel)
2. veel vragers die zijn overgeleverd aan de markt.
3. homogene producten zijn in de ogen van kopers identiek; ze letten alleen op de prijs.
- ceteris paribus-voorwaarde: wanneer we deze voorwaarde niet aanhouden, spelen er
nog andere factoren mee waardoor kopers niet alleen meer op de prijs van het
product letten. Dan is het product niet meer homogeen, maar heterogeen (praktijk)
4. vrije toe- en uittreding. Iedere aanbieder kan aanbieden en afhaken op de markt.
- geen vrije toetreding: belemmeringen door diploma, opleidingsniveau
- geen vrije uittreding: belemmeringen door huurcontract
5. transparante of doorzichtige markt. Alle marktpartijen zijn volledig geïnformeerd over
de aard van het product en de prijs waartegen het wordt verhandeld.
- omdat de markt zo groot is is dit niet het geval
Op een markt van volledige mededinging geldt het marktmechanisme. De marktvraag is
de collectieve vraag (Qv). Het marktaanbod is het collectieve aanbod (Qa). Samen
vormen zij de marktprijs of evenwichtsprijs (Pe). Zolang vraag en aanbod niet aan elkaar
gelijk zijn, zal de prijs van een product veranderen totdat er evenwicht is. Dit is heet het
marktmechanisme. Prijsveranderingen zijn:
• Qv > Qa = prijsstijging Pe = evenwichtsprijs / marktprijs
• Qa > Qv = prijsdaling q* = evenwichtshoeveelheid
• Qa = Qv = marktprijs
2
, Omdat een individuele producent de prijs niet zelfstandig kan vaststellen, richt hij zich op
zijn aanbod. Zo’n producent is een hoeveelheidsaanpasser: producent die geen invloed
heeft op de marktprijs en alleen zijn aangeboden hoeveelheid kan variëren (en op kan
concurreren)
Maximale winst (handige site) https://www.fhamers.nl/marktvorm-volkomen-concurrentie/
Alléén op een markt van volledige mededinging geldt:
- MO = MK is maximale winst
Voor het berekenen van MO = ∆TO / ∆q (met ∆ als in: het verschil tussen …)
MK = ∆TK / ∆q
- P = GO = MO Omdat op deze markt het prijsmechanisme werkt, is de prijs bij elke afzet
gelijk. Bij een toename van de afzet (aanbod) met één product zal de marginale
opbrengst gelijk zijn aan de de prijs van de extra verkochte hoeveelheid, dus MO = P.
- P = 20 noem je een prijsafzetfunctie. Bij deze markt is de prijs een constante (altijd
gelijk). De daarbij behorende prijsafzetlijn is altijd horizontaal.
- MO > MK betekent dat de winst zal stijgen bij een vergroting van de afzet (productie).
Toetreding
De toetreding van aanbieders blijft toenemen zolang potentiële aanbieders kans zien om
winst te maken. Het gevolg is een groter wordend aanbodoverschot —> dit leidt tot druk
op de marktprijs (daling) Als er namelijk meer aangeboden wordt (dus meer productie-
kosten) daalt de winstmarge (winst van één extra product = MO). Omdat op deze markt
geldt: MO = P zorgt dit dus ook tot een daling van de marktprijs: Qa > Qv = daling P
Het proces van toe- en uittreding stopt wanneer de winstmarge/marktprijs nul is en er geen
winst meer te behalen valt. Dit is het bedrijfstakevenwicht: de bestaande aanbieders
maken geen winst, waardoor er geen reden meer is voor potentiële aanbieders om tot de
markt toe te treden.
Bij het bedrijfstakevenwicht is de P = GTK. Er is noch winst noch verlies (BEP). Dit lijkt
ongunstig voor de aanbieders, maar toch treden zij niet uit de markt. Dat komt omdat ze
een vergoeding ontvangen voor hun inspanning. Deze vergoeding (eigenlijk een soort
subsidie) is het ondernemersloon en is opgenomen in de kostprijs.
Evenwijdige verschuiving vraag- en aanbodlijn
• verandering aantal vragers/aanbieders
• stijging MK / kostprijs
(doordat werknemers bijv. een loonsverhoging hebben gekregen
die hoger is dan de stijging van de arbeidsproductiviteit)
• daling MK / kostprijs
(door bijv. technologische ontwikkelingen)
• overheidsingrijpen: heffingen en subsidies
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pabulum. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.