Argumentatiestructuren
Een redenering bestaat uit een conclusie. Een conclusie bestaat vervolgens uit een
premissen (argumenten/standpunten). Er zijn vier verschillende argumentatiestructuren:
1. Enkelvoudige argumentatie: een conclusie die slechts uit één
argumentatie/premisse bestaat (premisse conclusie).
- Signaalwoorden
a. (Standpunt) want, omdat, aangezien, immers (argument)
b. (Argument) dus, derhalve, hieruit volgt dat (standpunt).
2. Meervoudige argumentatie: meer dan twee argumenten worden aangevoerd en elk
van die argumenten op zich al voldoende is om de conclusie te ondersteunen;
premisse conclusie
premisse
- Signaalwoorden:
a. Overigens;
b. Trouwens;
c. Ten overvloede;
d. Evenmin;
e. En;
f. Plus.
3. Nevenschikkende argumentatie: de conclusie volgt slechts uit alle aangevoerde
argumenten; premisse
premisse Conclusie
4. Onderschikkende argumentatie: een premisse die alleen maar dient om een andere
premisse te ondersteunen
Premisse Conclusie
Subpremisse
- Signaalwoorden:
a. Bovendien;
b. Daarnaast;
c. Daarbij komt;
d. Sterker nog;
e. Zelfs.
, Er zijn drie overtuigingsmiddelen:
1. Logos;
2. Ethos;
3. Pathos.
Logos
Verstand of redelijkheid. Argumentatie in de rechtszaal.
Ethos
Karakter of imago.
Pathos
Een beroep doen op emoties.
Argumentatie is van belang voor recht en politiek, omdat:
1. Feiten betwistbaar zijn;
2. Normen niet voor zichzelf spreken;
3. Belangen kunnen botsen;
4. Over gewenste aanpak discussie mogelijk is.
Volledige redenedering
P1: Beleid dat een doodlopende weg is, moet radicaal anders
P2: deze weg loopt door
STP: Het klimaatbeleid in Nederland moet radicaal anders
Syllogisme:
Als beleid een doodlopende weg is,
Dan moet dat beleid radicaal anders.
Retorica: de leer van de welsprekendheid.
Week 2:
Waarheid en geldigheid
P1 Alle normovertreder zijn strafbaar Alle N zijn S
P2 Alle dieven zijn normovertreder Alle D zijn N
C Dus: Alle dieven zijn strafbaar Alle D zijn S
Zijn de proposities waar?
- Nee, er zijn bijvoorbeeld uitzonderingen op P1 (zie art. 40 Sr: niet strafbaar is hij die
een feit begaat waartoe hij door overmacht is gedrongen). Waarheid is eigenschap
van zinnen of beweringen. Een deugdelijke redenering is als het zowel voldoet aan
waarheid als geldigheid.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AnoniemeStudent010. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.27. You're not tied to anything after your purchase.