,INHOUD
1) inleiding tot de anatomie en fysiologie ........................................................................................................................ 3
2) medische beeldvorming ............................................................................................................................................... 6
3) het moleculaire organisatieniveau ............................................................................................................................... 7
4) de celstructuur en -functie ......................................................................................................................................... 11
5) stofwisseling en energetica ........................................................................................................................................ 16
6) HET WEEFSELNIVEAU .................................................................................................................................................. 17
7) het voortplantingsstelsel ............................................................................................................................................ 22
8) het urinaire stelsel ...................................................................................................................................................... 29
9) het cardiovasculaire stelsel: het hart .......................................................................................................................... 32
10) het cardiovasculaire stelsel : het bloed ................................................................................................................. 39
11) het endocriene stelsel ........................................................................................................................................... 43
12) het cardiovasculaire stelsel: bloedvaten en bloedsomloop .................................................................................. 47
13) lymfestelsel en immuniteit .................................................................................................................................... 57
14) de huid ................................................................................................................................................................... 61
,1) INLEIDING TOT DE ANATOMIE EN FYSIOLOGIE
ANATOMIE EN FYSIOLOGIE
• Anatomie = bouw
• Fysiologie = functie
• Bouw en functie horen bij elkaar -> vb zonder baarmoeder => gn kinderen baren
• De fysiologie vd mens kan de anatomie beïnvloeden -> vb veel krachttraining => bouw veranderen
• De anatomie vd mens kan de fysiologie beïnvloeden -> vb …
HOMEOSTASE EN TERUGKOPPELING
• Homeostase
- = bestaan van een stabiel intern milieu
- Alles binnen de grenzen houden
• Homeostatische regulering bevat:
- Receptor -> gevoelig vr bepaalde veranderingen (=prikkel)
- Besturingscentrum -> informatie vd receptor opvangen & verwerken
- Effector -> reageert op de signalen vh besturingscentrum
• Negatieve terugkoppeling
- = effect dat tegengesteld is aan de prikkel
- Vb 1: regulering temperatuur
→ Thermostaat = besturingscentrum
→ In ruimte is het te koud => prikkel -> nr besturingscentrum (=thermostaat) => chauffages
aanslaan => ruimte terug goede temperatuur
→ Hersenen = besturingscentrum
→ Lopen -> lichaam te warm => prikkel -> nr besturingscentrum (=hersenen) => zweten => lichaam
gaat afkoelen
- Vb 2: suiker in bloed
→ hersenen = besturingscentrum
→ Te veel suiker in bloed => prikkel -> nr besturingscentrum (=hersenen) => meer insuline
aanmaken => suikerwaarde weer op punt
→ Te weinig suiker in bloed => prikkel -> nr besturingscentrum (=hersenen) => meer glucagon
aanmaken => suikerwaarde weer op punt
• Positieve terugkoppeling
- = het effect zal de prikkel versterken
- Vb 1: bloedstolling
→ Schade aan wand bloedvat => er komen stoffen vrij => bloedstolling op gang zetten => bij elke
stap vd stolling -> nog meer stoffen vrij => stollingsproces versnellen
- Vb 2: uitdrijving en bevalling
→ Hvlh aantal stoffen in bloed laat bevalling op gang komen => nog meer stoffen produceren =>
bevalling nog meer op gang komen
, • Homeostase en ziekte
- Menselijk lichaam is in staat om homeostase te handhaven
- Soms -> kan een onsteking / verwonding / genetische afwijking -> te ernstig => nt volledig dr de
homeostatische mechanismen kunnen worden gecompenseerd
- => normale grenzen overschrijden
ANATOMISCHE ORIËNTATIEPUNTEN, VLAKKEN EN RICHTINGEN
ANTERIEUR POSTERIEUR
1 Schedel Cranium 1 Arm /
2 Oog Oculus 2 Been /
3 Oor Auri 3 Voetzool Planta
4 Neus nasus 4 Hiel Calcaneus
5 Hals/nek Cervix 5 Knieholte Popliteus
6 Borstkas Thorax 6 Bil Gluteus
7 Borst Mamma 7 Lendenen lumbus
8 Buik Abdomen 8 Elleboog olecranon
9 Navel Umbilicus 9 Rug Dorsum
10 Bekken Pelvis 10 Schouder acromion
11 romp /
12 Bovenbeen/dij Femur
13 Voet Pes
14 Grote teen Hallux • Anatomische positie:
15 Tenen Phalanges - handen naast lichaam
16 Enkel Tarsus - palmen nr voren
17 Knieschijf patella - voeten op schouderbreedte nr voren
18 Handpalm Palma
19 Vingers Digiti/phalanges
20 Duim Pollux
21 Pols Carpus
22 Voorarm Antebrachium
23 Arm Brachium
24 Oksel Axilla
25 Mond Os
1) inleiding tot de anatomie en fysiologie ........................................................................................................................ 3
2) medische beeldvorming ............................................................................................................................................... 6
3) het moleculaire organisatieniveau ............................................................................................................................... 7
4) de celstructuur en -functie ......................................................................................................................................... 11
5) stofwisseling en energetica ........................................................................................................................................ 16
6) HET WEEFSELNIVEAU .................................................................................................................................................. 17
7) het voortplantingsstelsel ............................................................................................................................................ 22
8) het urinaire stelsel ...................................................................................................................................................... 29
9) het cardiovasculaire stelsel: het hart .......................................................................................................................... 32
10) het cardiovasculaire stelsel : het bloed ................................................................................................................. 39
11) het endocriene stelsel ........................................................................................................................................... 43
12) het cardiovasculaire stelsel: bloedvaten en bloedsomloop .................................................................................. 47
13) lymfestelsel en immuniteit .................................................................................................................................... 57
14) de huid ................................................................................................................................................................... 61
,1) INLEIDING TOT DE ANATOMIE EN FYSIOLOGIE
ANATOMIE EN FYSIOLOGIE
• Anatomie = bouw
• Fysiologie = functie
• Bouw en functie horen bij elkaar -> vb zonder baarmoeder => gn kinderen baren
• De fysiologie vd mens kan de anatomie beïnvloeden -> vb veel krachttraining => bouw veranderen
• De anatomie vd mens kan de fysiologie beïnvloeden -> vb …
HOMEOSTASE EN TERUGKOPPELING
• Homeostase
- = bestaan van een stabiel intern milieu
- Alles binnen de grenzen houden
• Homeostatische regulering bevat:
- Receptor -> gevoelig vr bepaalde veranderingen (=prikkel)
- Besturingscentrum -> informatie vd receptor opvangen & verwerken
- Effector -> reageert op de signalen vh besturingscentrum
• Negatieve terugkoppeling
- = effect dat tegengesteld is aan de prikkel
- Vb 1: regulering temperatuur
→ Thermostaat = besturingscentrum
→ In ruimte is het te koud => prikkel -> nr besturingscentrum (=thermostaat) => chauffages
aanslaan => ruimte terug goede temperatuur
→ Hersenen = besturingscentrum
→ Lopen -> lichaam te warm => prikkel -> nr besturingscentrum (=hersenen) => zweten => lichaam
gaat afkoelen
- Vb 2: suiker in bloed
→ hersenen = besturingscentrum
→ Te veel suiker in bloed => prikkel -> nr besturingscentrum (=hersenen) => meer insuline
aanmaken => suikerwaarde weer op punt
→ Te weinig suiker in bloed => prikkel -> nr besturingscentrum (=hersenen) => meer glucagon
aanmaken => suikerwaarde weer op punt
• Positieve terugkoppeling
- = het effect zal de prikkel versterken
- Vb 1: bloedstolling
→ Schade aan wand bloedvat => er komen stoffen vrij => bloedstolling op gang zetten => bij elke
stap vd stolling -> nog meer stoffen vrij => stollingsproces versnellen
- Vb 2: uitdrijving en bevalling
→ Hvlh aantal stoffen in bloed laat bevalling op gang komen => nog meer stoffen produceren =>
bevalling nog meer op gang komen
, • Homeostase en ziekte
- Menselijk lichaam is in staat om homeostase te handhaven
- Soms -> kan een onsteking / verwonding / genetische afwijking -> te ernstig => nt volledig dr de
homeostatische mechanismen kunnen worden gecompenseerd
- => normale grenzen overschrijden
ANATOMISCHE ORIËNTATIEPUNTEN, VLAKKEN EN RICHTINGEN
ANTERIEUR POSTERIEUR
1 Schedel Cranium 1 Arm /
2 Oog Oculus 2 Been /
3 Oor Auri 3 Voetzool Planta
4 Neus nasus 4 Hiel Calcaneus
5 Hals/nek Cervix 5 Knieholte Popliteus
6 Borstkas Thorax 6 Bil Gluteus
7 Borst Mamma 7 Lendenen lumbus
8 Buik Abdomen 8 Elleboog olecranon
9 Navel Umbilicus 9 Rug Dorsum
10 Bekken Pelvis 10 Schouder acromion
11 romp /
12 Bovenbeen/dij Femur
13 Voet Pes
14 Grote teen Hallux • Anatomische positie:
15 Tenen Phalanges - handen naast lichaam
16 Enkel Tarsus - palmen nr voren
17 Knieschijf patella - voeten op schouderbreedte nr voren
18 Handpalm Palma
19 Vingers Digiti/phalanges
20 Duim Pollux
21 Pols Carpus
22 Voorarm Antebrachium
23 Arm Brachium
24 Oksel Axilla
25 Mond Os