Complete bundel samenvattingen DNA & Bloedonderzoek. Dit document bevat alle samenvattingen van de stof en de hoorcolleges van het vak DNA & Bloedonderzoek. Eerstejaars forensisch onderzoek saxion
Blood pattern analysis can help us determine: direction, angle, point of origin of the blood, velocity, manner of death
Depends on the surface it lands on, angle and velocity, volume of the droplet
The analysis of bloodstain patterns (physical evidence) may provide valuable information about what occurred during
the course of a crime, and the order in which these events took place. There are 3 basic bloodstain patterns:
Active bloodstains (projected); those caused by blood that has been made to travel by a force other than that of
gravity.
They may occur as a result of impact to the body of a victim with some part of an assailant’s body (fist, weapon).
Projection of pressurised blood onto a surface. This occurs most notably when an artery is breached and the
heart continues to pump. The volume of blood issuing from a punctured artery under pressure may be large
(gushes) or relatively small (spurts).
The presence of spines (lineair stains) is also characteristic and is caused by the volume of blood involved and
the pressure under which the blood is projected.
Blood can flung off the object as it is moving or as a result of a sudden cessation in its motion. (cast off stains)
The angle of impact: the angle which the blood has hit the surface. So for example, if a bloodstain was 5 mm long and 3
mm wide, its angle of impact would be sin-1(3/5).
Passive bloodstains; as those that are formed solely under the influence of gravity. The interpretations of patterns
created by blood flows may provide information about whether a body has been moved since death.
Changes in the direction of flow that cannot be attributed to other factors
The length and time that has passed since the bloodshed occurred (drying times compared to experiments)
The initial information of an outer ring of dried blood within a very short time period. It is therefore possible to
observe whether drying bloodstains have been disturbed after their creation. (wipe en swipe)
Transfer bloodstains (contact); those that have been deposited on surfaces as a result of direct contact with
objects contaminated with wet blood.
It may help to establish the movement of individuals
Week 1 DNA & Bloedonderzoek 1
, De ondergrond speelt een belangrijke rol, en niet al het gevonden bloed op een crime scene hoeft van het slachtoffer
te zijn!
Satellieten zijn de stipjes om de druppel heen, spines zijn de streepjes die de satellieten verbinden met de druppel.
Bloed kan het lichaam op verschillende manieren verlaten:
Flow; bloed stroomt er uit in 1 stroom (passive)
Drip; bloed drupt er uit (passive)
Spray; bloed komt er uit met kracht, fijnere mist (projected)
Spurt; bloed komt er uit met kracht (projected)
Gush; grote hoeveelheid bloed komt er uit met kracht (projected)
Ooze; bloed stroomt er uit in 1 stroom, dikkere stroom (passive)
Bloed (samenstelling en stolling)
Rode bloedcellen (erythrocyten)(45%) zorgen voor zuurstoftransport
Witte bloedcellen (leukocyten)(<1%) zorgen voor het afweersysteem en de bloedplaatjes (trombocyten) voor de
bloedstolling.
Plasma (55%) bestaat 92% uit water, 7% uit plasma-eiwitten (albumine, fibrinogeen, enzymen en hormonen) en overige
stoffen zoals elektrolyten en aminozuren. Plasma heeft meerdere functies waarvan de belangrijkste zijn transport van
voedingsstoffen, hormonen, afvalproducten etc. Ook speelt plasma een belangrijke rol in de homeostase van het
lichaam, oftewel de noodzaak om alles zoveel mogelijk gelijk te houden in het lichaam (pH en temperatuur).
De verhouding tussen het plasma en de bloedcellen wordt Hematocriet (Ht) genoemd - % bloedcellen in bloed (42-
46)
Hemostase = het totale proces van bloedstolling met 3 stappen;
Vasoconstrictie. Nog voordat er een korstje gemaakt wordt, zal het kapotte bloedvat nauwer worden. Hierdoor
stroomt er minder bloed door het bloedvat en zal dus het bloedverlies al wat verminderen.
Vervolgens is het van belang dat het korstje zich gaat vormen met als doel de bloeding te stoppen. Een stolsel bestaat
uit 3 onderdelen namelijk de bloedplaatjes, fibrine en rode bloedcellen. De bloedplaatjes en fibrinedraden werken samen
om een soort visnet te maken waarin ze rode bloedcellen kunnen vangen, hierdoor ontstaat het korstje. De bloedplaatjes
en fibrine worden apart van elkaar geactiveerd.
Aggregatie waarbij bloedplaatjes geactiveerd worden en gaan samenklonteren. Bij schade aan de vaatwand komt
collageen vrij te liggen, de bloedplaatjes binden zich hieraan. Het gebonden bloedplaatje zal stoffen gaan
uitscheiden die nog meer bloedplaatjes zullen activeren: Tromboxaan, A2 (TXA2) en adenosine-DI-fosfaat (ADP).
Hierdoor worden ook andere bloedplaatjes actief en zullen alle bloedplaatjes receptoren krijgen aan de buitenkant
van hun celmembraan (De GP 2B/3A recepter, welke kan binden aan fibrine).
Coagulatie waarbij we een coagulatiecascade zien dat leidt tot het stofje fibrine. Fibrine wordt ook geactiveerd door
het collageen dat vrij ligt door de wond. Dit gebeurt door een hele kettingreactie van allerlei stollingsfactoren, en
wordt daarom ook wel stollingscascade genoemd. De factoren krijgen een romeins cijfer en in de geactiveerde
vorm krijgen ze een “A” van actief. Factor 10A is heel belangrijk omdat het protrombine omzet naar de actieve vorm
trombine. Deze heeft de taak om fibrinogeen om te zetten naar de stof fibrine.
De trombocyten kunnen met hun GP 2B/3A receptor binden aan fibrine en zo ontstaat een visnet waarin rode
bloedcellen gevangen kunnen worden - bloeding stopt.
Een korstje wordt ook wel een Trombus genoemd
Om te zorgen dat het korstje zich niet oneindig lang blijft doorontwikkelen zijn er meerdere remsystemen; antitrombine
remt trombine maar remt ook andere stollingsfactoren en zorgt voor het stoppen van de kettingreactie.
Week 1 DNA & Bloedonderzoek 2
, Als aggregatie en coagulatie worden geactiveerd in een andere situatie dan een korstje vormen bij een wond kan dit erg
gevaarlijk zijn; zoals bloed dat lang op dezelfde plek stil staat (hartritmestoornissen, trombosebeen) of een wondje aan
de binnenkant van de vaatwand (atherosclerose, ontstaat trombus aan de binnenkant van het bloedvat > kan leiden tot
een herseninfarct). Om deze situaties te voorkomen is anti-coagulantia = anti stolling = bloedverdunners (klopt niet
want bloed wordt niet dunner maar zal minder snel stollen)
Buiten het lichaam vindt er geen remming van de stolling van bloed plaats.
Bijvoorbeeld en bloedpoel droogt aan de buitenkant en stolt aan de binnenkant. Het hangt er van af hoe snel dit gaat aan
de temperatuur, luchtvochtigheid, luchtstromen, volume bloedspoor en type oppervlak.
Oppervlaktespanning
Due to kinetic energy the particles that make up a liquid are in constant random motion, and so they will have a random
arrangement. Intermolecular forces under the surface, where attractions of individual molecules pull on each other in all
directions. At the surface, pull on the molecules is lateral and downward. There is negligible attractions above the
molecules, and so the net force on surface molecules is downward. The result of this downward force is that surface
particles are pulled down until counterbalanced by the compression resistance of the liquid. Surface molecules are
compressed more tightly together at the surface forming a sort of skin on the surface, with less distance between them
compared to the molecules below them. By a droplet the intermolecular forces are toward the center and so a free falling
drop liquid takes on a spherical shape.
Blood resists flattening out when it falls on a flat surface. Cohesion and surface tension help it to maintain a curved
shape. Viscosity is the measure of a liquids resistance to change shape or flow
Week 1 DNA & Bloedonderzoek 3
, 🧬
Week 2 DNA & Bloedonderzoek
Bewijswaarde en CC&CE
Waarom wordt er gebruik gemaakt van een Chain of Custody en/of een Chain of Evidence;
Overzicht verantwoordelijke
Soort sporen
Waar zijn de sporen
Reproduceerbaar of traceerbaar (is het wat het is aan de hand van de beschrijving?)
Verschil tussen een vonnis en een arrest is dat het beide uitspraken zijn maar een vonnis is een uitspraak die is gedaan
door de rechtbank en een arrest is een uitspraak gedaan door het gerechtshof.
Een goede registratie zorgt voor het bewijs van de integriteit van het sporenmateriaal (achteraf moet altijd kunnen
worden aangetoond op welke wijze een onderzoeksresultaat tot stand is gekomen en wie betrokken is geweest bij het
verzamelen en onderzoek naar bewijsmiddelen).
Er moeten 3 doelen bereikt worden om de integriteit te waarborgen:
Het bewijs dat het bewijsmateriaal dat het daadwerkelijk pretendeert te zijn
Een weergave van de overdrachten van ene verantwoordelijke persoon naar de volgende verantwoordelijke persoon
zonder onderbreking
De weergave van de verklaring van de verantwoordelijke(n) dat het sporenmateriaal in dezelfde staat is gebleven
vanaf het moment van ontvangst tot de overdracht van het sporenmateriaal
Om deze 3 doelen te bereiken moeten alle handelingen en alle overdrachten van verantwoordelijkheid worden
beschreven in de CC en CE. Samen tonen ze aan op welke wijze het materiaal of middel heeft geleid tot de uiteindelijke
onderzoeksresultaten.
Denk hierbij aan geoorloofde (onderzoek) en ongeoorloofde (contaminatie) veranderingen
Chain of Custody : beschrijft alle personen die op enig moment gedurende het onderzoekstraject in aanraking
zijn geweest met het SVO (materiaal of bewijsmiddel)
Chain of Evidence : alle handelingen die met het materiaal zijn uitgevoerd.
Op welke wijze het materiaal of middel heeft geleid tot de uiteindelijke onderzoeksresultaten
De opbouw van een CC of CE:
Opname sporenmateriaal, zoeken en veiligstellen van sporen
Verpakking en opslag materiaal op PD
Transport en overdracht van materiaal
Onderzoeken die worden uitgevoerd aan het materiaal, wat voor onderzoek heeft er plaatsgevonden
Verpakking en opslag na het onderzoeken
Opslag in het archief (NFI of opsporingseenheid). Dit is tot aan vernietiging of moment van teruggave
Alle overdrachten van verantwoordelijkheden, bevat een korte weergave van de onderzoeken die zijn uitgevoerd
Voorwaarden CC of CE:
Week 2 DNA & Bloedonderzoek 1
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller murronhoeve. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $38.14. You're not tied to anything after your purchase.