Dit is een volledige samenvatting van module 4: Heden, Verleden en Toekomst. ik heb zelf een 7.7 gehaald voor deze toets en hoop jullie met deze samenvatting op weg te helpen.
De algemene prijs van tijd is uitgedrukt in de rente.
De individuele prijs van tijd verschilt per persoon en is afhankelijk van de tijdsvoorkeur.
Hoe komt rente tot stand?
De rente komt tot stand op de vermogensmarkt, de markt waar aanbieders en vragers van
kapitaal samenkomen.
Het wordt ook beïnvloed door de reporente: De rente waar banken tegen kunnen lenen van de
ECB.
Banken hebben een rekening bij de ECB en krijgen daar depositorente over.
Wanneer je ruilt over de tijd is er sprake van intertemporele ruil (substitutie).
Sparen levert jou rente op, in ruil voor de tijd dat het geld op de bank staat betaald de bank jou
rente.
Lenen kost rente, de rente is de prijs voor het vervroegen van een consumptie.
Gaan mensen sparen of lenen?
De keuze wordt beïnvloed door het verschil tussen de algemene- en de individuele prijs van
tijd. Als de individuele prijs van tijd hoger is dan de algemene prijs van tijd, dan gaan mensen
wel lenen en niet sparen (en andersom).
Het hangt ook af van de risico-aversie: Kiezen voor het zekere i.p.v het onzekere. Mensen die
risico-avers zijn zullen sneller lenen dan andere omdat het in de toekomst onzeker is.
De gemiddelde prijs van goederen is het algemeen prijspeil, de stijging van het algemeen prijspeil
heet inflatie. Als het algemeen prijspeil daalt dan is er sprake van deflatie.
Hoe ontstaat inflatie?
Economie P1 5v 1
, Inflatie kan ontstaan wanneer de maatschappelijke geldhoeveelheid stijgt. Bij een lagere rente
is het voor banken niet interessant om het geld bij de ECB op een rekening te houden, ze gaan
het hierdoor aan consumenten/producenten uitlenen. Hierdoor ontstaat er een grotere vraag
naar geld en producten, zo ontstaat er inflatie.
Door middel van het monetair beleid proberen centrale banken de economie te beïnvloeden, een
voorbeeld hiervan is het veranderen van de rente oftewel, het kredietkanaal. De doelstelling van de
centrale banken is een jaarlijks inflatiecijfer van 2% te behalen. (Inflatie is altijd ten opzichte van
vorig jaar)
Een indexcijfer is een getal waarmee je eenvoudig een procentuele verandering tegenover het
basisjaar kan zien. De prijs in het basisjaar wordt gezien als 100 en je kan indexcijfers berekenen
met de volgende formule.
Als eerst bepaal je het goederenmandje: De producten waar een gemiddeld gezin geld aan
uitgeeft.
Daarna bepaal je de wegingsfactoren: Hoeveel geld geef je uit per product in het
goederenmandje.
De volgende stap is om de prijzen om te zetten naar indexcijfers.
Daarna kan je het CPI berekenen, zie de berekening hieronder (w: weging / p: prijs).
Tot slot kan je de inflatie berekenen, de inflatie is de procentuele verandering in de CPI.
CP I = w 1 ∗ p2 + w 2 ∗ p2 ....
Een spaarder die geld op de bank zet verdiend hier rente over, dit heet rendement: Het percentage
van het spaargeld/investering dat je als rente ontvangt.
reeël rendement = (investering + rendement) : CP I
Mensen denken vaak alleen aan nominale waarden en houden geen rekening met de reële
waarden, dit heet de geldillusie.
Hoofdstuk 2:
Gedurende een mensenleven ben je zowel producent als consument, tot je 15e mag je niet werken
en ben je dus alleen consument. In sommige landen is dat niet zo, er is dan sprake van
Economie P1 5v 2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller RensVWO. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.45. You're not tied to anything after your purchase.