Samenvatting Morfologie - Biologie van de plant / biology of plants (PPH10306)
8 views 0 purchase
Course
Biologie van de plant (PPH10306)
Institution
Wageningen University (WUR)
Book
Raven Biology of Plants
(Visuele) samenvatting van alle colleges morfologie van biologie van de plant. De samenvatting is in het Nederlands geschreven en is voorzien van vele plaatjes om de stof beter te begrijpen.
Question Bank in line with Raven Biology of Plants,Evert,Evert,8e
Bio of Seed Plants Lab Report: Botanical Garden
Bio of Seed Plants Lab Report: Plant DNA Barcode (Part 3)
All for this textbook (12)
Written for
Wageningen University (WUR)
Bos en Natuurbeheer
Biologie van de plant (PPH10306)
All documents for this subject (2)
Seller
Follow
niekvandeven
Content preview
Samenvatting Biologie van de Plant
Morfologie
Vroege ontwikkeling van de plant
Raven hoofdstuk 22
Levenscyclus van een plant
Sporenplanten: verspreiden haploïde, eencellige, sporen die vrijkomen uit sporenkapsels (mossen en
varens.
Zaadplanten: later geëvolueerde (in het late Devoon) planten die zich verspreiden middels zaden.
Gymnospermen: naaktzadigen
Angiospermen: bedektzadigen
Focus in dit vak op de zaadplanten.
De zaden van bedektzadigen zijn bedekt door een vrucht, hiervoor zijn bloemen nodig
→ bloemplanten.
De zaden van naaktzadigen zijn niet bedekt door een vrucht, maar wel een kegel (e.g. den).
Monocotyl: planten die beschikken over één cotyl ( = zaadlob).
Dicotyl: planten die beschikken over twee cotylen.
Meristeem: weefsel bestaand uit
ongedifferentieerde, of weinig
gedifferentieerde, delende cellen.
➔ Apicale meristeem zorgt voor
lengtegroei en ontstaan tijdens
de embryogenese
Wortel herkenbaar aan de wortelharen
waarmee die begint.
Een plant vormt drie typen organen:
- Wortel
- Stengel
- Blad
Tijdens de embryogenese wordt een plant al gevormd, waardoor hij alleen nog maar hoeft te groeien.
Dit in de richtingen van:
- Apicaal-basaal: in de lengterichting
- Radiaal: van buiten naar binnen
Hypocotyl: stengeldeel onder (hypo) de cotylen
Hypocotyl wortelas: de wortel en het hypocotyl samen; soms is het lastig om deze uit elkaar te halen
wanneer de wortelharen nog niet zichtbaar zijn.
Embryogenese
Na de eerste deling van de zygote ontstaat een vorm van
polariteit; een apicaal-basaal patroon. De zygote bestaat Apicale cel
hierdoor uit een apicale cel en een basale cel.
Zygote: bevruchte eicel
Polariteit: iets (e.g. een molecuul, cel of organisme) één
Basale cel
uiteinde heeft dat anders is dan het andere uiteinde.
De polariteit blijft behouden gedurende het resterende
leven van de plant.
Uit de basale cel ontstaat de suspensor Apicale cel
Suspensor: drager waarmee het embryo vast zit aan de
ouderlijke plant.
- Voorziet ‘eigenlijk’ embryo van nutriënten
- Voorziet ‘eigenlijk’ embryo van groeiregulatoren
Suspensor
Apicale cel: cel waaruit het ‘eigenlijke’ embryo ontstaat.
, Stadia van embryogenese
1. Zygote
2. 2-cel
3. Globulair (bolvormig)
stadium
4. Hartvormig stadium
Alleen hartvormig bij dicotyle
planten; hartvormig vanwege
twee cotylen.
5. Torpedovormig stadium
Voorafgaand het bolvormig
stadium heet het geheel een
pro-embryo, vanaf het
bolvormig stadium heet het
‘eigenlijk embryo’
Tijdens de ontwikkeling van het globulaire/bolvormige stadium wordt de
protoderm gevormd
Protoderm: toekomstige epidermis en is de buitenste laag van de plant
Bouw van volwassen zaad bedektzadigen
- Embryo met:
o Eén of twee cotylen
o Hypocotyl
o Apicaal scheutmeristeem
o Kiemwortel met apicaal wortelmeristeem
o Soms plumule ( = scheutdeel boven de
cotylen)
- Zaadhuid met hilum ( = navel: de
aanhechtingsplaats van de navelstreng)
- Endosperm: voedsel voor het recent ontkiemde
embryo (kan ontbreken in volwassen zaad)
o Niet alle zaden bevatten endosperm; zaden zonder endosperm slaan reservevoedsel
op in de cotylen (e.g. pinda)
- Navelstreng (finiculus) verbindt zaad met vruchtwand
Functie van zaden
- Verspreidingseenheid
- Vermeerderingseenheid
- Vernieuwingseenheid: seksuele voortplanting levert nieuw DNA op, dus vernieuwing
- Ruststadium
, Zaadkieming vindt alleen plaats bij gunstige externe omstandigheden
→ water, zuurstof en temperatuur (soms licht)
Dormancy: fysiologische staat die verhindert dat een zaad gaat kiemen, óók als de externe condities
goed zijn.
Dormancy is te doorbreken door:
- Uitspoeling van remstoffen
- Darmpassage
- Lage temperatuur
- Vuur
- Mechanische schade
Kieming
Epigeïsche kieming: strekking hypocotyl stengeldeel waardoor cotylen bovengronds komen
Hypogeïsche kieming: strekking epicotyl stengeldeel zodat cotylen ondergronds blijven.
Epi: boven
geïsch: van geo = grond
Hypo: onder/laag
Epigeïsche kieming: ui Hypogeïsche kieming: mais
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller niekvandeven. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.45. You're not tied to anything after your purchase.