Europese belasting.................................................................................................................................... 4
Toepassingsgebied van de btw................................................................................................................. 5
,BTW
HOOFDSTUK 1: ALGEMEENHEDEN
SITUERING
Btw-wetgeving hoort tot het fiscaal recht, tot de indirecte belastingen. Indirecte belastingen: btw,
accijnzen, milieubelastingen, … = belasting op eenmalige gebeurtenis of feit. Directe belastingen:
personenbelasting, vennootschapsbelasting, rechtspersonenbelasting, … = belasting op een duurzame
toestand, periode.
De juiste heffing wordt vastgesteld door de algemene administratie van de fiscaliteit (AAFISC), in het
kader van de strijd tegen fraude: de algemene administratie van de Bijzondere Belastinginspectie (BBI).
Inning belasting: de algemene administratie van de inning en de invordering (AAII). Gedeelte btw-
ontvangsten bestemd voor de EU.
OVERDRACHTSBELASTING
Basis voor heffing = overdracht van goederen & diensten verbruiksbelasting, feitenbelasting.
EUROPESE BELASTING
1971: invoering van btw-wetgeving in België. Harmonisatie diverse wetgevingen inzake omzetbelasting in
de EU. Men koos voor systeem van de belasting over de toegevoegde waarde = verbruiksbelasting.
Geharmoniseerd ≠ identiek = voor de btw-tarieven werden geen regels overeengekomen waardoor de
lidstaten zelf nog enige beslissingsbevoegdheid hebben.
Europa harmonisatie wetgeving via:
Richtlijnen
o Communautaire rechtsorde = richtlijnen uitgevaardigd door de Raad op advies van de
Commissie, van directe toepassing zijn in de lidstaten.
o Lidstaten implementeren in nationaal recht
Verordeningen = onmiddellijk van kracht in de lidstaten
In geval van conflict zal het gemeenschapsrecht primeren op het intern recht.
Terminologie: bp, belastbare handeling, maatstaf van heffing, … moesten eenduidig geformuleerd
worden! Aftrekregeling werd geharmoniseerd en een gemeenschappelijke lijst van vrijstellingen werd
vastgesteld.
1993: nieuwe mijlpaal = afschaffing van de fiscale grenzen voor alle handelingen tussen de lidstaten.
Een uitvoeringsverordening moet, in tegenstelling tot een richtlijn, niet door de lidstaten omgezet
worden in de nationale wetgeving. De bepalingen van de uitvoeringsverordening zijn niet terug te
vinden in het Belgisch btw-wetboek, maar ze zijn hier wel van toepassing.
,TOEPASSINGSGEBIED VAN DE BTW
TERRITORIAAL ART. 1
Noord-Ierland wordt wel nog beschouwd als een deel van het btw-gebied van de Gemeenschap, maar
enkel voor wat betreft de goederenbewegingen. Hiervoor zal aan ondernemingen gevestigd in Noord-
Ierland een btw-nummer worden toegekend dat begint met de pefix ‘XI’. Wat diensten betreft wordt
Noord-Ierland vanaf 2021 als een derdelandsgebied beschouwd.
Lidstaat en grondgebied van een lidstaat = het binnenland
Gemeenschap en grondgebied van de gemeenschap = binnenland van de lidstaten
Derdelands gebied en derde land = elk ander grondgebied dan het binnenland van een lidstaat
Binnenland = grondgebied van iedere lidstaat van de EU waarop de verdragen betreffende de EU en
betreffende de werking van de EU van toepassing zijn.
Het toepassingsgebied van de btw strekt zich uit over 27 lidstaten van de EU.
BELASTBARE HANDELINGEN
Leveringen van goederen & dienstverrichtingen kunnen aan Belgische btw
worden onderworpen als ze worden verricht (Art.2 Wbtw): (niet vanbuiten kennen)
∙ Hier te land
∙ Als zodanig handelend btw-plichtige
∙ Onder bezwarende titel (niet gratis, er is een tegenprestatie)
Intracommunautaire verwerving art.3 bis Belgische btw-plichtige verwerft goederen of diensten uit
een andere lidstaat er is Belgische btw verschuldigd
PLAATS
Elke lidstaat is bevoegd belastingen te hebben binnen het eigen grondgebied. Handelingen kunnen enkel
aan de Belgische btw onderworpen worden als ze hier te lande plaatsvinden. De plaats van een levering,
dienst, intracommunautaire verwerving/ invoer wordt in EU op uniforme wijze vastgesteld. Doel:
vermijden dat 2 lidstaten eenzelfde transactie kunnen belasten + voorkomen dat andere transacties
nergens belastbaar zijn.
ESSENTIËLE BEGRIPPEN
(TIJDSTIP) BELASTBAAR FEIT/ HANDELING ART.1 §12
De btw is een ‘feitenbelasting’. Het is een belasting op een handeling die door de belasting word
geviseerd.
Feit waardoor de belasting verschuldigd wordt:
levering van goederen, prestatie van diensten, intracommunautaire verwerving, invoer
, TIJDSTIP VAN OPEISBAARHEID ART. 1 § 12
Algemene regel: de btw is opeisbaar wanneer het goed wordt geleverd, of de dienst wordt verricht
Uitzonderingen:
B2B context (factuur)
1. Bij uitreiking factuur – op factuurdatum
2. Bij ontvangst van de betaling voor de levering én voor factuur
3. Uiterlijk de 15de van de maand volgend op de maand van levering goed/dienst
B2C context (klant = particulier) Stelsel van dagontvangsten van toepassing indien er geen
facturatieverplichting is. Btw wordt opeisbaar bij betaling door klant
TIJDSTIP VAN VOLDOENING VAN DE BTW
De btw wordt om praktische redenen niet iedere keer voldaan wanneer zij opeisbaar wordt. De btw moet
voldaan worden (betaald worden) uiterlijk de 20ste van de maand die volgt op de betrokken periode
(maand of kwartaal).
HET WERKINGSMECHANISME VAN DE BTW
∙ Organisaties, onderneming ≠ geïsoleerde entiteiten
∙ Ondernemingen maken deel uit van een bedrijfskolom
∙ Bedrijfskolom = een verzameling van bedrijven die zich met de opeenvolgende fasen van het
productieproces bezighouden. Bij elke fase in het productieproces wordt er waarde toegevoegd aan
het product.
WIE BETAALT UITEINDELIJK DE BTW?
De consument! Hij is de belastingdrager, aangezien hij de btw nergens kan recupereren/ aftrekken. De
btw wordt daarom een verbruiksbelasting genoemd: de belasting die je moet betalen omdat je
eindgebruiker/ verbruiker van een goed/ dienst bent.
DEFINITIE
Het is een verbruiksbelasting die in alle fasen van de productie en distributie wordt geheven door de btw-
plichtigen, die ze door middel van gefractioneerde betalingen voldoen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller esteevangheluwe. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.49. You're not tied to anything after your purchase.