100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting ProActive Nursing: klinische problematiek inzichtelijk - Zorgthema 7: Urogenitale functies $4.22
Add to cart

Summary

Samenvatting ProActive Nursing: klinische problematiek inzichtelijk - Zorgthema 7: Urogenitale functies

2 reviews
 2075 views  9 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting Zorgthema 7 - Urogenitale functies uit het boek 'ProActive Nursing: klinische problematiek inzichtelijk' van Marc Bakker (2e druk uit 2017), inclusief afbeeldingen/figuren uit het boek. Volledige samenvatting van het hoofdstuk, inclusief observaties en ernstige klinische problematiek.

Preview 2 out of 14  pages

  • No
  • Zorgthema 7 - urogenitale functies
  • August 29, 2018
  • 14
  • 2018/2019
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: mirjampadmos • 2 year ago

review-writer-avatar

By: lvanderstraatt • 5 year ago

avatar-seller
Zorgthema 7 – Urogenitale functies




Definitie en functie:
Water is een voor het leven onmisbare stof. Het lichaam bestaat voor het grootste gedeelte uit water, wat voortdurend
moet worden ververst. Elke 30 dagen wordt de totale hoeveelheid ververst. De water-zouthuishouding van het lichaam is
erop gericht om zowel de totale hoeveelheid water als de totale hoeveelheid elektrolyten, maar ook de onderlinge
verhouding continu constant te houden.

Verbanden met andere lichaamsfuncties:
Het urogenitaal systeem heeft een aantal relaties met andere orgaansystemen:
- Ademhaling: via de ademhaling wordt een deel van het water uitgeademd in de vorm van waterdamp. Respiratie
en nieren vormen samen het zuur-base-evenwicht.
- Circulatie: al het water in het lichaam wordt door het cardiovasculair systeem door het lichaam bewogen.
Bloeddruk is nodig voor functioneren van de nieren, welke de kaliumconcentratie handhaven, wat van belang is
voor het hartritme.
- Zuurstofbalans van het myocard: het hart is voor zuurstofvoorziening afhankelijk van zijn eigen actie en het
bloedvatensysteem. Het bloed mag voor de stroomsnelheid niet te stroperig zijn. Water is de enige echte
bloedverdunner en bepalend voor de viscositeit.
- Bloed: bloed bestaat voor de helft uit water en elektrolyten. De hoeveelheid plasma wordt geregeld door de
(bij)nieren. Omgekeerd brengt bloed de zuurstof, die nodig is voor processen, in de tubuli.
- Zenuwstelsel: de osmolariteit wordt bewaakt in de hypothalamus, die verder de hypofyse aanzet tot uitscheiding
van ADH. Zo wordt zowel het totale watervolume als het elektrolytengehalte gereguleerd. Met name de
natriumconcentratie is van belang voor het functioneren van de hersenen.
- Huid en afweersysteem: de slijmvliezen moeten continu vochtig zijn om geen ‘porte d’entree’ te worden. Bij
indrogen bestaat er een grotere kans op infectie.

Klinisch aandachtspunt 1: Vochtinname
Te veel water innemen is zelden problematisch, enkel bij hartfalen of nierinsufficiëntie. Dehydratie wordt onderschat, maar
valt onder vitale dreigingen. De vochtbehoefte is de hoeveelheid water die zorgt voor verversing en die de verliezen
compenseert. Vochtinname = basiszelfzorgfunctie. Functie: het drinken van voldoende water en zouten, zodat de verliezen
gecompenseerd worden.

Zelfzorg
Voor een goede zelfzorgfunctie m.b.t. vochtinname moet de patiënt aan een aantal voorwaarden voldoen: helder
bewustzijn, mobiliteit, dorstgevoel, intacte slikreflex. Gedragsmatige factoren: te ziek voelen, niet willen, niet kunnen,
gebrek aan kennis, etc.

Bewustzijn
Bewusteloze patiënt is niet in staat om de eigen vochtbehoefte te reguleren, onduidelijk of er een dorstgevoel aanwezig is.
Voor hulpverlener moeilijk te bepalen hoe de vochtverliezen ingeschat moeten worden. De kans is daarom groot dat een
bewusteloze patiënt te weinig vocht toegediend krijgt en uitdroogt.

, Mobiliteit
Nodig om vocht te verkrijgen, in te schenken en naar de mond te brengen. Er zijn allerlei bewegingsbeperkingen te
bedenken die dit probleem kunnen veroorzaken.

Dorstgevoel
Dorst is een lichamelijke reactie op gebrek aan vocht, het treedt op wanneer >2% van je lichaamsgewicht aan weefsels is
onttrokken. Dorstgevoel wordt ervaren als droge, plakkerige mond. De dorstprikkel wordt gereguleerd in het dorstcentrum
in de hypothalamus. Een verhoogde dorstprikkel is verdacht voor diabetes.
- Bij verhoging van de osmolariteit van het extracellulaire compartiment, activeren de osmosensoren in de
hypothalamus => dorstprikkel.
- Te lage bloeddruk en/of extracellulair volume activeert de baroreceptoren in de aortaboog => dorstprikkel.
- Stimulatie van het RAAS (Renine Angiotensine Aldosteron Systeem) door renale hypoperfusie => angiotensine II
=> dorstprikkel.

Slikreflex
Zorgt ervoor dat voedsel en vocht in de oesofagus terecht komen i.p.v. de luchtwegen. Dit is een nauwkeurig getimede
samenwerking tussen mond, huig, keel, strottenklep, stembanden en oesofagus. Bij een probleem met de slikreflex is kans
op aspiratie erg groot.

Verliezen en behoefte
Water komt alleen door de mond het lichaam in. Eruit kan op verschillende manieren: urine, zweet, ademvocht en
ontlasting. Dit is nuttig omdat deze verliezen ook een aantal afvalstoffen vervoeren.

Wateromzet
De inname moet in balans zijn met de verliezen. De behoefte wordt bepaald door: leeftijd, geslacht, lichamelijke activiteit,
temperatuur, ziekte/therapie, ondervoeding, groei/gewenste gewichtstoename, verliezen aan energie/voedingsstoffen,
voedingsstofbeperkingen. Wateromzet bij een volwassene = 1:30 (1 liter vocht per 30kg lichaamsgewicht moet ingenomen
worden). Bij kleine kinderen is dit 1:10.

Goed drinken, maar ook het ‘goede’ drinken
Voor een goede vochtintake, moet de patiënt ook weten wat voor hem goed of slecht is om te drinken. Over het algemeen
is water het beste om aan de vochtbehoefte te voldoen.

Functiestoornissen m.b.t. de vochtinname
- Te ziek om te drinken
- Psychische problemen: bv. verdriet, angst, spanning, eenzaamheid, verwardheid, sufheid, depressie, drugs en
alcoholabuses.
- Verminderde dorstprikkel: naarmate mensen ouder worden, verminderd de dorstprikkel. Dorstprikkel werkt ook
minder goed bij hyponatriaemie. De dorstprikkel werkt vooral via het natriumgehalte (hoog natriumgehalte =
vochttekort).
- Misselijkheid/braken: er kan door koorts/diarree verhoogd verlies zijn, maar misselijkheid zorgt ervoor dat je
minder kunt drinken.
- Vochtbeperking: in sommige gevallen (o.a. hartfalen en nierinsufficiëntie) is het onverstandig om onbeperkt te
drinken en moet voorkomen worden dat men overvuld raakt. De vochtbehoefte kan sterk wisselen doordat er
door verschillende factoren extra verlies kan optreden. Door de voorgeschreven vochtbeperking kan er
dehydratie ontstaan.
- Therapieontrouw: bv. niet houden aan vochtbeperking bij hartfalen en nierinsufficiëntie.
- Iatrogeen (veroorzaakt door medische handelingen): d.m.v. infusie kan er in korte tijd grote hoeveelheid water
en elektrolyten toegediend worden. Door inname buiten het maag-darmkanaal om is er niet de natuurlijke
bescherming van het lichaam (misselijkheid/braken bij te grote vochtinname in te korte tijd) en kan er sprake zijn
van te veel vochtinname.

Bewakingsmogelijkheden/observaties voor de vochtinname
1. Vochtbalans: input/output bijhouden en berekenen
2. Vochtbehoefte berekenen
3. Zweetproductie beoordelen (zout of niet-zout)
4. Regelmatig wegen

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller cindyvantloo. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.22. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

49051 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$4.22  9x  sold
  • (2)
Add to cart
Added