!Deze samenvatting is gemaakt met de nieuwe stof na de verandering van het vak Europees recht op HSL!
Een duidelijke en uitgebreide samenvatting voor het vak Europees recht. Met deze samenvatting heb ik persoonlijk een mooie 7.6 gehaald. Dus samen met deze samenvatting en goede oefeningen wordt ...
Week 1
Les 1
Meld bij directe werking altijd 93 en 94 GW! En schrijf er altijd bij dat het absoluut,
(on)gekwalificeerd
Lees eerst de vragen om te kijken welke stukken je echt moet begrijpen
Roze = EU
Oranje = Raad van Europa
Blauw = VN
De betekenis van het internationaal recht voor de Nederlandse praktijk uitleggen;
In het Nederlands recht heeft het internationaal recht een bijzondere status;
● artikel 93 Gw:
Bepalingen van verdragen en van besluiten van volkenrechtelijke organisaties, die naar haar
inhoud een ieder kunnen verbinden, hebben verbindende kracht nadat zij zijn
bekendgemaakt
- regels die uit verdragen of besluiten van internationale organisaties kunnen door de
rechter worden gebruikt en daar kan een burger zich ook op beroepen
● artikel 94 Gw:
Binnen het Koninkrijk geldende wettelijke voorschriften vinden geen toepassing, indien deze
toepassing niet verenigbaar is met een ieder verbindende bepalingen van verdragen en van
besluiten van volkenrechtelijke organisaties
Hoe herken je dat iets een rechtstreekse werking heeft?
● ontvankelijk (geld voor iedereen)
● moet duidelijk in het verdrag staan en niet er moet niet nog helemaal uitgelegd moeten
worden op nationaal gebied
Internationale regels > nationale regels
Omdat NL dit systeem hanteert heeft NL een (beperkt) monistisch systeem
Monistisch systeem: bepaalde regels van internationaal recht direct doorwerken in het nationaal
systeem
● rechter kan rechtstreeks toepassen
● het gehele internationaal recht is onderdeel van de nationale rechtsorde (echt zie de
grondwet)
● Voorrang: bij botsing met een regel van nationaal recht gaat internationaal recht voor
● zie ook art. 120 Gw
Monisme (visie): het verdrag zijn de internationale en de nationale rechtsorden niet van elkaar
gescheiden
● Internationaal recht behoort rechtstreeks tot het nationale recht, er is geen afzonderlijke
rechtshandeling voor nodig
● als buitenlandse regelgeving binnen de nationale rechtsorde van kracht wordt, gebeurt dat
alleen wanneer de nationale wetgever die regelgeving omzet in een regel van wet
Dualisme (visie): het verdrag wordt een uitdrukkelijk onderscheid gemaakt tussen de internationale
en de nationale rechtsorde
● regels die niet door de internationale wetgever zijn gemaakt, kunnen - aldus luidt het
standpunt- nooit zonder slag of stoot doorwerken in de nationale rechtsorde
● de twee zijn van elkaar gescheiden rechtsorden (dua lijkt op dua → duo = 2)
De regels van directe werking en voorrang van internationaal recht geven internationale verdragen en
besluiten van internationale organisaties een zeer sterke status
Wél is van belang of de rechter oordeelt dat er sprake is van ‘een ieder verbindende regel’ die beoogt
rechten in het leven te roepen die voor de nationale rechter zijn in te roepen
1
, ● Als een regel wat vager is geformuleerd, kan de rechter oordelen dat deze geen
rechtstreekse werking heeft
- Vb. vaak het geval bij ‘sociale grondrechten → die van de staat een
inspanning vragen, maar niet geacht worden een afdwingbaar recht te
geven aan individuen
Een verdere beperking van een strikt monistisch systeem vormt de verwijzing van de Grondwet naar
alleen verdragen en besluiten van internationale organisaties
De belangrijkste bronnen van het internationaal recht benoemen en uitleggen;
Volkenrecht = Internationaal recht
Is uniek, want 2 elementen nationaal recht ontbreken:
● wetgever
● vastgestelde rechter
Is wel recht:
● is bindend
● er zijn rechters die internationaal recht toepassen (europees gerechtshof)
Iedereen wordt erdoor verbonden
Grondwet is geen internationaal rechtsbron
Verdrag: een internationale overeenkomst in geschrifte tussen Staten gesloten en beheerst door het
volkenrecht, hetzij neergelegd in een enkele akte, hetzij in twee of meer samenhangende akten, en
ongeacht haar bijzondere benaming
● er moet sprake zijn van een schriftelijk overeenkomst
- staat de bedoeling van de staten (de partijen) centraal
● doeling is altijd doorslaggevend → overeenkomst
In de praktijk is er vaak sprake van afspraken tussen staten die toch niet kunnen worden gezien als
verdrag, ook al staan ze op papier
Bronnen van internationaal recht - art. 38 statuut van het internationaal gerechtshof:
1. verdragen (ook wel handvest, conventie of statuut) - geschreven
● schriftelijk overeenkomst tussen staten waar wederzijds rechten en plichten worden
vastgesteld
● iedere land is vrij een verdrag aan te gaan, maar als er wel sprake is van
een verdrag zijn staten gehouden zich eraan te houden → Pacta sunt
servanda
(afspraak is afspraak) art. 26 Weens Verdragen verdrag
● bilateraal verdrag: verdrag tussen 2 landen/ partijen (vb. verdrag tussen NL en BE
van het schiereiland)
● multilateraal verdrag: verdrag tussen meer dan 2 landen/ partijen (vb. verdrag van
Rome)
● regionaal (bijv. Europees of Afrikaans) of internationaal (VN)
● is de kern van het Europees recht, dus de belangrijkste rechtsbron van het Europees
recht
Kenmerken verdragen - art. 2, eerste lid, sub a Weens Verdragenverdrag
● schriftelijk overeenkomst → doorslaggevend
● overeenkomst tussen staten (of organisatie van staten)
● overeenkomst tussen de staten is bindend
● bedoeling van partijen is belangrijk over de overeenkomst
● is doorslaggevend
2
, 2. besluiten van rechters- geschreven
● besluiten van vb. Europese Unie, de VN, de NAVO
● alle landen van deze organisaties moeten zich hier aan houden, maar in praktijk doen
bijstaan de landen dat ook wel eens
3. gewoonterecht - ongeschreven
● vb. immuniteit van staatshoofden
● 2 elementen belangrijk:
1. er moet sprake zijn van een regelmatige Statenpraktijk (komt tot stand,
omdat staten zich meestal op een bepaalde manier gedragen)
2. opinio juris: er dient sprake te zijn van de opvatting in praktijk vereist is op
basis van het recht
● de statenpraktijk wordt vergezeld door de rechtsovertuiging dat
gedraging in bepaalde aangelegenheid juridisch bindend zijn
4. algemene rechtsbeginselen - ongeschreven
● vb. schending van een recht leidt tot aansprakelijkheid, tot aansprakelijkheid van de
staat (staat die aansprakelijk is, moet voor de kosten opdraaien)
● dien te voldoen aan 2 kenmerken:
1. dienen te worden nageleefd in de verschillende nationale rechtsstelsels
2. moeten kunnen worden opgenomen in het internationaal recht
5. jurisprudentie
● jurisprudentie van het internationaal gerechtshof neemt een bijzondere
plaats in → het hoogste rechtsinstantie van allemaal
- beslissingen beïnvloeden de beslissingen van andere (lagere) rechtbanken
heel erg
● belangrijke rechtsprekende instantie:
1. europees hof van rechten van de mens
2. hoofd justitie van de Europese Unie
3. internationaal strafhof
● zienswijzen van de meest bevoegde auteurs
Secundair - bronnen internationaal recht
Beslissingen van rechterlijke tribunalen
● formeel geen bron van internationaal recht
● uitspraken slechts bindend voor de partijen die bij het geschil betrokken zijn waarover de
rechter een uitspraak doet (art. 59 Statuut IGH)
● statuut internationaal gerechtshof hier worden geen kleine misdrijven berecht, alleen grote
zoals genocide of oorlogsmisrijven
Welk soort verdrag het is, is van belang voor opzegging en wijzigingen
Soevereiniteit: recht van staten om vorm en inhoud te geven aan hun rechtsorde
Heeft 3 onderdelen:
1. gezagsstructuur geheel van instellingen die publiek gezag uitoefenen
2. grondgebied land, binnenwateren en de lucht boven een gebied
3. bevolking is in beginsel verbonden met het grondgebied en is een van de fundamenten van
de territoriale gedefinieerde staat
Internationale organisaties die bij verdrag worden opgericht, kunnen 2 vormen aannemen:
3
, ● intergouvernementele organisatie: alle verdragsluitende staten behouden hun
soevereiniteit
- geen enkel besluit kan worden genomen zonder dat alle aangesloten staten daarmee
akkoord gaan
- er worden geen organen via zo een verdrag in het leven geroepen (zoals wetgevend
of rechtsprekend) die zelfstandige beslisbevoegdheden hebben
- er wordt geen soevereiniteit overgedragen
- staat het woord eenparigheid wss in: iedere staat heeft een stem en kunnen
dus tegenstemmen → je kan niet worden gebonden aan iets wat je niet wilt
● supranationale organisatie: aangesloten staten hebben juist wel een stukje van hun
soevereiniteit prijsgegeven en kan zijn in de toekomst met (ongewenst) regelgeving vanuit de
organisatie te maken krijgen
- er worden wel organen die via zo een verdrag ingesteld die eigen bevoegdheden
hebben
- Gekwalificeerde meerderheid: een grote staat heeft een zwaarder wegende stem
dan een kleinere staat
Het zal duidelijk zijn dat de meeste organisaties die bij verdrag worden opgericht een
intergouvernementeel karakter hebben → minst bedreigend voor de eigen
zelfstandigheid
● vb. de Benelux en de Raad van Europa (intergouvernementeel)
● vb. Europese Unie (bijzonder) (supranationaal)
Het verdrag
3 verschillende categorieën van verdragen
1. verdragen waarbij twee of meer staten wederzijds rechten en plichten op zich nemen
● vb. zij kunnen afspraken maken over vermindering van de uitstoot van
milieubelastende stoffen, met een verplichte periodieke rapportage over de
maatregelen die zij in dat verband hebben getroffen
2. verdragen die rechten en plichten in het leven roepen voor burgers van de verdragsluitende
staten
● vb. als staten in een verdrag vastleggen dat er niet op grond van sekse, leeftijd of ras
mag worden gediscrimineerd, hebben dergelijke afspraken uiteraard rechtstreeks
betrekking op de burgers van die staten
● vb. art. 45 VWEU
3. verdragen waarbij internationale organisaties worden opgericht
● vb. het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en het verdrag betreffende de
werking van de Europese Unie (VWEU)
Instructienorm: richt zich tot de overheid en schrijft deze voor, dat de inhoud van de
verdragsbepalingen binnen een bepaalde tijd (een aantal jaar) in een nationale wet moet zijn
opgenomen
Norm met directe werking: een verdragsbepaling die zich rechtstreeks tot de burger richt, waarop
deze zich dan ook (bij de rechter) kan beroepen, in tegenstelling tot de instructienorm
De internationaalrechtelijke rechtssubjecten benoemen en uitleggen;
Rechtssubjecten: dragers van rechten en plichten
● heeft juridische bekwaamheid om binnen internationale rechtsorde deel te nemen aan het
rechtsverkeer
● internationale rechtshandelingen
● internationale rechten
● mogelijkheid om toekomende rechten op internationaal niveau af te dwingen
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller renskevdheuvel. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.87. You're not tied to anything after your purchase.