100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting inleiding in de criminologische sociologie $6.06   Add to cart

Summary

samenvatting inleiding in de criminologische sociologie

 17 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van het vak inleiding in de criminologische sociologie, gegeven door prof. Parmentier, in de eerste semester van de eerste bachelor. Het is een samenvatting van de lessen, de slides en zijn handboek.

Preview 3 out of 26  pages

  • February 17, 2024
  • 26
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
HOOFDSTUK 1: SITUERING VAN SOCIOLOGISCHE THEORIEËN OVER CRIMINALITEIT

1. KLASSIEKE THEORIE: BECCARIA & BENTHAM:
Juridische definitie van CT ≠ sociologische definitie van CT


1) Historische context:
Grote transities in de 18de-19de eeuw in Europa: denkbeelden over CT worden uitgewisseld
 van feodaliteit naar moderniteit na FR & verlichtingsfilosofen (rationeler straffen)
 van brutale lichamelijke bestraffing, naar op regels gefundeerde institutionele sancties
 VS: fundamentele rechten van de mens (John Locke)  nieuwe denkbeelden door reizen


2) Cesare Beccaria:
- Dei delitti e delle pene (boek: over humaan strafrecht 1764)
 Doel van straffen: niet voor leed of wraak maar voor preventie (voorkomen)
 “Let the punishment fit the crime” (tegengestelde = ‘disproportioneel’)
 utilitarisme (bruikbaarheid) met homo rationalis: mens met rede geboren


- Kenmerken van straffen:
 Openbaar: anderen schrik
 Snel: anders vergeet je deel
 Noodzakelijk (om andere misdrijven te vermijden)
 De ‘juiste’ straf: aangepast aan omstandigheden
 Proportioneel: zwaarte van criminaliteit = zwaarte van straf
 nulla poena sine lege: geen straf zonder wet


- Tekst:
 Straf moet vanuit land komen (om weerwraak tegen te gaan)
 Hoe meer veiligheid geboden in land, hoe makkelijker proportie straf vinden
 nadruk leggen op schade voorkomen voor gemeenschappelijk belang
 hindernissen om mensen af te schrikken, voornamelijk bij gemeenschap
 binnen zwaarte van straf zo laag mogelijk straffen


3) Jeremy Bentham:
- Utilitarist
 Criminaliteit = inbreuk op collectiviteit/gemeenschap, n enkel individuen
 Achterliggende visie van “hedonisme”  mensen die pleiten voor geluk
 Beïnvloedt Penologische & juridische praktijk (inrichting nieuwe gevangenis)


- Evaluatie:

STERKTES ZWAKTES
Mens heeft lot in eigen handen Geen oog voor oorzaken & ≠ types
Rationele visie op mens en maatschappij Vraag of criminaliteit vrije keuze is?
Enkel over straffen praten

,2. OVERGANG NAAR SOCIOLOGISCHE THEORIEËN
- Theorieën ook aandacht voor relatie criminaliteit, sociale omgeving, oorzaken,…
- Nadruk op gelijkheid van criminelen & niet-criminelen: *Juridisch: ofwel overtreedt je of ni
*Sociologis: veel ruimte tss CTdenke
- Probleem van de individuele verantwoordelijkheid: wordt je gedwongen in crim milieu



3. GRONDLEGGERS VAN DE SOCIOLOGISCHE BENADERING (TIJDLIJN OPSTELLEN)
- Innovators/vernieuwers: sociologische benadering van criminaliteit (beginsels)
- Leggen fundament voor variaties van theorieën die later tot stand komen
- Grondleggers: uit Europa, vormgevers van recente theorieën: uit VS


1) Ecologische theorie van Adolphe Quetelet
- Zijn voorloper: André-Michel Guerry (Frans mid 19e E)  statistische methode in sociolog
 opgesplitst in misdrijven tegen personen (+Z) & tegen eigendommen (+N)
 Cartografie: gebruiken van landkaarten om cijfers op te projecteren
 Quetelet Boek: Sur l’homme (mens) et développement de se facultés (competentie)
Of : Essai de physique sociale (proefstuk van sociale fysica)


- Vader van sociale statistiek:
 Impact sociale factoren (geslacht, sezioen, leeftijd,…) belangrijker dan vrij wil
 Goesting n voldoend: ook kans & middel nodig  soc fac beinvloeden type crime


- Statistiek
 Beschreef dark number & zag vaste relatie tss (on) en gekende criminaliteit (1/5)
 grootte van verhouding hangt af van justitie & aangiftebereidheid & klasse
 verlichte klasse: meer comfort, minder behoefte aan vormen van diefstal,…
 +€ voor gevang  meer op oorzaken focussen = minder gedetineerde = minder €

 verhouding =: ‘tegen pers-eigendom’ en ‘veroordeeld-beschuldig’
 crime tegen persoon neemt af, crime tegen eigendom neemt toe (klein verschil)
 absolute aantallen en verhoudingen door jaren heen stabiel
 In Frankrijk: 1/3 tgn persoon (justitie streng) & Nederland: ¼ tgn persoon (- streng)


 Als effecten grotendeels hetzelfde zijn, dan zullen oorzaken/omstandigheden die tot
CT geleidt hebben gelijk zijn aan oorzaken/omstandigheden die leiden tot beschuldiging



- Conclusie

Fysiek Leeftijd en fysieke kracht bepalen neiging: 25j = piek
Moreel Ontwikkelt na 25: logischer denken  laat fysieke kracht afnemen
Verband Fysiek – moreel: 4 fases crime
 1ste fase: fysieke integriteit (verkrachten) & aanranding zedelijkheid
 2de fase: diefstal (rustigere types, blijven langer, geen fysieke kracht)
 3de fase: gewelddadig (rebellie, moorden,…)
 4de fase: moord zonder doodslag (moreel neemt af, maar fysiek nog n)

, geslacht 1/5 vrouw, neiging verschilt n  toppunt fysiek wel (30j), eigendom > persoon
armoed Niet omdat je arm bent dat je crime pleegt, armste zijn moreelste
e
alcohol Hoe meer alcohol, hoe meer misdrijven
justitie Verschillende wetgeving per land, Nederland minder streng in vrijpleiting
landen Geïndustrialiseerde landen brengt volk in samenwerking  + ongelijkheid
seizoen Zomer: misdrijf tegen personen > eigendom & winter: eigendom > persoon
klimaat Barre klimaten geven aanleiding tot veel behoeften, ook behoefte crime

Beroep - Vrij beroep (arbeider): crime tegen persoon
- Werkende klasse: tegen eigendom -€  stelen
- Opleiding? *morele ontwikkeling: beseft fouten beter
*technische ontwikkeling: kan uur lezen, plannen
- hoe hoger opleidingsniveau, hoe minder crime (niet veel invloed)


- Evaluatie ecologische school:

STERKTES ZWAKTES
Aandacht voor sociale context Onbetrouwbare statistiek
Zoeken naar empirische (off statistiek) Overvleugeld (tegenspraak) door bio theorie


2) Economische theorie van Karl Marx
 opleiding rechten  vader advocaat  wou toch geen advocaat worden
 ging verder filosofie en dan sociologie studeren  journalist geworden
 Werd radicaler: denkbeelden onder druk, dus ging naar België (liberaal)
 Boek: ‘communistisch manifest’ & ‘Das Kapital’
 Verhuisd naar Londen tot rest van zijn leven: economischer bestuderen


- Economisch determinisme: economie bepaalt samenleving (motor)
 ‘arbeidsproces’ = productiemiddelen + productiekrachten
(fabriek, machines, logistiek) + (arbeiders)
 Kapitalisme van arbeidsproces maakt kloof tussen kapitaalbezitter en arbeider


- Dialectisch materialisme:
 Dialectiek uitgaande van materialisme  maakt evolutie mogelijk: naar socialisme
 bovenbouw (= juridisch-pol niveau en ideologische niveau) (= rijke mensen)
 benedenbouw (organisatie productieproces) = infrastructuur (economie bepaalt bb)
 Arbeiders overleven op ‘survival crime’: overleven = op alle manieren doel halen
 kapitaalbezitters hebben alle macht


- Wetenschappelijk socialisme
 Eerste stap naar communistische (iedereen medelen, gemenschaplijk) samenleving
 Socialisme gaat over herverdeling van middelen (niet concentreren in minderheid)
 Onvermijdelijkheid dat samenleving zal moeten veranderen zodat kloof verdwijnt
 kloof is niet haalbaar/blijfbaar om in te leven  arbeiders staan op

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mariekedries. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.06. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

78998 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.06  2x  sold
  • (0)
  Add to cart