Stigma:
De vele vooroordelen die onder de bevolking leven zorgt ervoor dat men kiest om de kwetsbaarheid van andere te
verbergen.
Deze 4 vooroordelen leven het sterkste:
Mensen met een psychische aandoening zijn gevaarlijk
Ze zijn onvoorspelbaar en daardoor niet in staat om sociale rollen naar behoren te vervullen
Ze zijn zelf verantwoordelijk voor hun toestand
Psychsiche aandoeningen zijn chronisch en hebben een slechte prognose
Stigma:
- = een ongewenste beschamende eigenschap die de status van een persoon in de ogen van anderen in de
gemeenschap verlaagt
Er is sprake van stigma als 4 aan elkaar gerelateerde factoren in spel zijn:
- Een eigenschap die als afwijkend worden beschouwd. Eigenschappen die in sociaal opzicht relevant zijn
- Er dienen breed gedragen opvattingen te bestaan die deze afwijkende eigenschappen als negatief of
onwenselijk bestempelen
o Bv: agressie, onbekendheid, …
- Er wordt onderscheid gemaakt tussen de categorieën ‘zij’ (de gelabelde groep) en ‘wij’ (de rest) om hiermee
het verschil te benadrukken
- De gelabelde groep ervaart de negatieve gevolgen in termen van discriminatie en statusverlies.
1. Vormen van stigma
Publiek/maatschappelijk stigma:
= In de maatschappij heersen heel wat opvattingen over mensen met psychische aandoening.
- Deze kunnen leiden tot uitsluiten en belangrijke barrière voor volledige participatie in maatschappij
- Bv: kansen op een job die wegvallen, lichamelijke klachten worden minder serieus genomen, …
Structureel stigma:
= stigmatiserende effecten die besloten liggen in wet- en regelgeving, procedures, normen
Bv: discriminatie bij verzekeringen ten gevolge van het hebben van een psychische stoornis of de procedure
die eist dat een sollicitant een curriculum vitae (cv) opstelt met relevante activiteiten van de afgelopen drie
jaar (onvolledig cv of openheid over ziekte in die periode).
Professioneel stigma:
= ggz-professionals meer vooroordelen en meer gefocust op tekorten in zv dan op mogelijkheden.
Hulpverleners vaak meer gericht op beperkingen dan op rehabilitatiemogelijkheden.
Zelfstigma = geïnternaliseerde stigma:
= zien van ‘publiek label’ als deel van identiteit
- Vooroordelen en negatieve beelden voor waar aannemen
- Effect op zelfvertrouwen, geloof in eigen kunnen, onderhouden van sociale contacten, …
Zelfstigma ontstaat wanneer een persoon:
- Zich bewust is van de stereotypen die de gestigmatiseerde groep beschrijven
- Het eens is met deze stereotypen
- De stereotypen op zichzelf gaan toepassen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller febeboeren. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.91. You're not tied to anything after your purchase.