100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
SSQ week 1 $4.78   Add to cart

Case

SSQ week 1

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

SSQ brein en cognitie week 1; deze is goedgekeurd!

Preview 2 out of 6  pages

  • February 20, 2024
  • 6
  • 2022/2023
  • Case
  • Erik maris
  • 7-8
avatar-seller
Functionele bouwstenen –

Hoofdstuk 3

1. Welke van de volgende stellingen zijn onjuist. Leg voor elke onjuiste stelling uit waarom deze

onjuist is.

a. Neuronen raken elkaar aan met hun terminale knoppen en dendritische uitstulpingen.

b. Golgi en Cajal hadden verschillende opvattingen over terminale knoppen en dendritische

uitstulpingen, en Golgi's visie bleek juist te zijn.

c. De eindvoet behoort tot het presynaptische neuron.

d. De dendritische uitstulping behoort tot het postsynaptische neuron.

e. De synaps behoort tot het postsynaptische neuron.

f. Neuronen sturen informatie via hun dendrieten.

g. Neuronen ontvangen informatie via hun axonen.



a. Onjuist, aangezien de terminale knoppen en dendritische uitstulpingen wel connecten met
een andere cel, maar ze raken de andere neuronen niet direct aan omdat er nog een
neurotransmitter tussen zit die de verbinding legt.
b. Onjuist, Cajal zijn theorie had het juist meer bij het rechte eind.
c. Juist
d. Juist
e. Onjuist, de synaps bestaat uit zowel het pre -en postsynaptische neuron en daarmee
behoort hij niet tot het postsynaptische neuron maar precies andersom.
f. Onjuist, de axonen sturen de informatie, de dendrieten ontvangen juist de informatie.
g. Onjuist, de dendrieten ontvangen de informatie en de axonen sturen deze informatie juist
naar andere neuronen.




2. Welke van de volgende stellingen over de structuur en functie van een neuron zijn volledig juist?

Leg voor elke stelling die niet helemaal correct is, uit waarom.

a. De dendrieten ontvangen informatie van andere neuronen, het cellichaam integreert deze

informatie (bij de axonheuvel), en het axon bevat de postsynaptische delen van de synapsen.

b. De dendrieten bevatten de postsynaptische delen van de synapsen, het cellichaam

produceert eiwitten (in het endoplasmatisch reticulum) en het axon stuurt informatie naar

andere neuronen.

c. De dendrieten bevatten de presynaptische delen van de synapsen, het cellichaam integreert

deze informatie (bij de axonheuvel), en het axon stuurt informatie naar andere neuronen.

, d. De dendrieten ontvangen informatie van andere neuronen, het cellichaam produceert

eiwitten (in het endoplasmatisch reticulum) en het axon bevat de presynaptische delen van

de synapsen.



a. Onjuist, de axon bevat juist presynaptische delen van de synapsen in plaats van de
postsynaptische delen van de synapsen.
b. Juist
c. Onjuist, de dendrieten bevatten juist de postsynaptische delen van de synapsen.
d. Juist


3. Welke van de volgende stellingen over de functie van neurontypen zijn onjuist? Leg uit waarom.

a. Elk neurontype is één-op-één geassocieerd met een bepaald gedrag.

b. Tijdens ons leven sterven de meeste van onze neuronen en worden vervangen door andere

neuronen die de functie van de dode neuronen overnemen.

c. Interneuronen sturen signalen van de hersenen en het ruggenmerg naar de spieren.

d. Het goed functioneren van de hersenen hangt af van het bestaan van exciterende

(activerende) en inhiberende (remmende) neuronen die met elkaar verbonden zijn.

a. Onjuist, één neuron kan verantwoordelijk zijn voor meerdere soorten gedrag, vooral als
deze neuron in een netwerk van meerdere neuronen verbonden is.
b. Onjuist, neuronen kunnen wel verzwakken of minder actief worden, de meeste neuronen
blijven voor altijd in ons leven, daarmee sterven de meeste dus niet.
c. Juist
d. Juist


4. Welke van de volgende stellingen over gliacellen zijn onjuist? Leg uit waarom.

a. Astrocyten dragen bij aan de bloed-hersenbarrière.

b. Oligodendrogliacellen dragen bij aan het herstel van schade aan axonen.

c. Schwann-cellen vormen myeline-omhullingen rond axonen in het perifere zenuwstelsel.

d. Microgliacellen dringen beschadigde hersengebieden binnen en produceren groeifactoren

die helpen bij herstel.

e. Voor de bescherming van onze hersenen worden precies dezelfde cellen van het

immuunsysteem gebruikt die ook worden gebruikt om de rest van ons lichaam te

beschermen.

f. Met of zonder gliacellen zou de snelheid van axonale signaaloverdracht hetzelfde zijn.

g. Met of zonder gliacellen zou er een gelijke hoeveelheid hersenvocht zijn.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller cs2008. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.78. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62890 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.78
  • (0)
  Add to cart