100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting ALLE hoorcolleges Anatomie leerjaar 1 Propedeuse (blok 1, 2, 3 en 4) $7.49
Add to cart

Summary

Samenvatting ALLE hoorcolleges Anatomie leerjaar 1 Propedeuse (blok 1, 2, 3 en 4)

1 review
 142 views  2 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Complete samenvatting van het vak Anatomie in de Propedeusefase van de opleiding Fysiotherapie. Deze samenvatting bevat alles van de hoorcolleges van blok 1, 2, 3 en 4. Blok 1: bevat o.a. de onderwerpen weefsels, gewrichten, vlakken en assen, bewegingen, palperen en de spier. Blok 2: bevat o.a. de ...

[Show more]

Preview 5 out of 33  pages

  • Unknown
  • September 20, 2018
  • 33
  • 2017/2018
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: barleduc • 5 year ago

avatar-seller
SAMENVATTING ANATOMIE
LEERJAAR 1 PROPEDEUSE
Blok 1, 2, 3 en 4
HAN


Inhoud:

Blok 1: Weefsels, gewrichten, vlakken en assen, bewegingen,
palperen, indeling van spieren, spierwerking, passieve/acteve
insufciciënte

Blok 2: Vascularisate, het hart, longcirculate, innervate,
embryologie, het ruggenmerg

Blok 3 en 4: Plexus brachialis, innervate pars supraclavicularis en
innervate pars infraclavicularis met alle nervi, carpale tunnel,
stabilisate wervelkolom, rugspieren/dorsale wervelkolomspieren,
buikspieren

,Samenvatting Anatomieie leerjaar 1 Propedee e HAN


BLOK 1
Inleiding antomie, gewricht
Weef el: Groep cellen met dezelfde vorm en functe
Orgaan: Deel van een organisme met een specifeke structuur en functe opgebouwd uit
verschillende weefsels
Stel el: Systeem van organen die fysiologisch gezien bij elkaar horen: samen een bepaalde
werking/functe

Weefsels:
Dekweef el/epieitheel
Mechanische invloeden: Stoten (van buitenaf)
Chemische invloeden: Stofen (van buitenaf)

Steenweef el
Moet het lichaam steun geven op allerlei manieren.
Tussenstof bepaalt de kwaliteit van het steunweefsel (hard/zacht).
- Grondsubstante: ziten vezels in
- Vezels: bepaald wat voor soort steunweefsels je hebt, geef de kwaliteit.
 Collagene: niet elastsch. Kom je vaak in bundels tegen
 Elastsche: wel rekbaar, springt terug in de oorspronkelijke vorm
 Retculaire: bijzondere vorm van collagene vezels. Vormen netwerken. Heef een
functe in de aanmaak van je rode bloedlichaampjes.
Soorten steunweefsel:
- Bindweefsel
 Losmazig: vind je allerlei soorten vezels in. Is het vulmiddel van je lichaam: verbindt
structuren met elkaar. Sluit alles goed op elkaar aan
 Retculair: op een beperkt aantal plaatsen in je lijf, bijvoorbeeld in je milt, beenmerg,
klieren. Heef te maken met bloedaanmaak.
 Vezelig: bevat óf heel veel elastsche vezels (in de wanden van organen), óf veel
collagene vezels (pezen, de meeste gewrichtsbanden).
- Kraakbeen(weefsel) (iets vaster dan bindweefsel)
 Elastsch: vormt mee. Oorschelp, voorste deel van je neus.
 Vezelig: meniscus, voor in je bekken.
 Hyalien: gewrichtskraakbeen: in de meeste gewrichten. Glasachtg: kunt er doorheen
kijken.
- Been(weefsel)/bot
Ontzetend hard door zoutkristallen.

Spieierweef el
 Hart spierweefsel: onvermoeibaar. Werkt onwillekeurig, vanzelf.
 Glad spierweefsel: in de wanden van organen en wanden van bloedvaten, met name
slagaders. Werkt vanzelf en is onvermoeibaar.
 Dwarsgestreept/ skelet spierweefsel: bestaan de spieren van je bewegingsapparaat uit.
Kunnen we aanspannen: willekeurig.


Zenewweef el

,Samenvatting Anatomieie leerjaar 1 Propedee e HAN


 Centrale zenuwstelsel: hersenen en ruggenmerg
 Perifere zenuwstelsel: alle uitlopers ervan
 Prikkelgeleidend en verwerkend
 Informateverwerking

Het bewegingsapparaat
Mobiliteit: d.m.v. je bewegingsapparaat in staat om te bewegen.
Stabiliteit: voorwaarde voor mobiliteit: er moet een stabiele basis aanwezig zijn.

Gewrichten
Een verbinding tussen twee of meer botstukken
1. Artculato fbrosa: bindweefselverbinding.
2. Artculato cartlaginea: kraakbeenverbinding
3. Artculato synovialis: geen weefsel. isit een gewrichtsholte/ruimte tussen de boten. Komt
het meest voor.
 Gewrichtsholte
 Gewrichtskapsel: zodat de vloeistof binnenboord blijf.
 Gewrichtskraakbeen: kop en kom bedekt met kraakbeen
 Gewrichtsvloeistof (synovia): zwart in het plaatje
 Hulpstructuren: kunnen aanwezig zijn. Bijv. discus, meniscus, labrum artculare.
Kop=convex=bol
Kom=concaaf=hol

Cavum artcularis: gewrichtsholte. Microscopisch klein
Capsula artcularis: gewrichtskapsel. 2 lagen:
 Membrana ynovieialiei (rode laag in plaatje)
- Binnenste laag
- Losmazig bindweefsel: bevat hier heel veel bloedvaten
- Verantwoordelijk voor de producte en resorpte van synovia

 Membrana fbro a (wite laag in plaatje)
- Buitenste laag
- Vezelig bindweefsel (collagene vezels): kunt ze op spanning zeten, maar niet uitrekken.
- Wisselend van dikte door concentrate van collagene vezels (veel=dik, weinig=dun)
- Gewrichtsband: plaats waar veel collagene vezels ziten
= lieigamenten: plaatselijke versterking van het gewrichtskapsel. Geleiden bewegingen van het
gewricht. Eindstand brengt ligamenten op spanning.
Een ligament dat op spanning/strak staat kan voor stabiliteit zorgen.
 Capsulair: in de buitenste laag (membrana fbrosa) (enkelbanden)
 Extracapsulair: los van het gewricht in de buitenkant: buiten het kapsel gelegen:
buitenkant van de knie.
 Intra-artculair: binnenin het gewricht: los van het kapsel (kruisband)

Gewichtskraakbeen (cartlago artcularis)
Bevat geen zenuwen en geen zintuigen: kun je geen pijn mee voelen.
Meestal hyalien kraakbeen
Gewrichtsvloeistof (synovia)

,Samenvatting Anatomieie leerjaar 1 Propedee e HAN


Dialystaat (vloeistof dat weglekt) van bloedvloeistof
Belangrijkste functe is smering.

Hulpstructuren

Indeling synoviale gewrichten
Indelen naar vorm: Latjnse namen leren
Synoviale gewrichten kom je het meeste tegen in je lichaam.
 Kogelgewricht (art. spheroidea)
 isadelgewricht (art. sellaris)
 Cylindergewrichten
o Scharniergewricht (ginglymus)
o Rolgewricht (art. trochoidea)
 Ellipsoïd gewricht (art. ellipsoidea)
 Vlak gewricht (art. plana)

Stabiliteit
Stabiliteit wordt bepaald door je boten, gewrichten, spieren en weke delen.
Actef: spieren
Passief: de rest (gewrichtsbanden, boten)
Vormsluitng: stabiliteit geleverd door de vorm van de boten die gewricht vormen.
Krachtsluitng: stabiliteit geleverd door gewrichtsbanden: passieve F-sluitng of spieren: acteve F-
sluitng

Bewegingen
Bewegingsbaan in een gewricht
- Intra-artculair: kijk naar de bewegingsbaan
Bewegingen van geledingen
- Extra-artculair: kijk buiten het gewricht

Bewegingsbaan:
- Translatoire
- Rotatoire

Vlakken-assen-bewegingen
Bewegieingen
 Intra-artculair: wat doen kop en kom t.o.v. elkaar (in een gewricht)
 Extra-artculair: hoekverandering tussen de botstukken (van geledingen)
 Translatoir: van punt A naar B (verplaatsing gelijk)
 Rotatoir: bewegen rondom een as (hoekverandering gelijk)

We benoemen een beweging:
 Vanuit de anatomische houding: hoofd rechtop, armen hangen af langs het lichaam,
handpalm wijst naar voren (ventraal).
 In een vlak
 Rond een as

, Samenvatting Anatomieie leerjaar 1 Propedee e HAN



Anatomiei che vlakken
Frontaal vlak: verdeelt je in een voorkant en een achterkant
Sagitaal vlak: verdeelt je in links en rechts (sagitaal=boogschuter=pijl)
 Mediane vlak: je middelste sagitale vlak
Transversaal/horizontaal vlak: verdeelt je in boven en onderkant


Anatomiei che a en
Een as staat altjd loodrecht op het vlak waarin bewogen wordt.
Frontale as: loopt altjd van links naar rechts, en omgekeerd
Sagitale as: loopt van voor naar achter (van ventraal naar dorsaal)
Longitudinale as: loopt altjd van boven naar beneden




Namen van bewegieingen
 Anteversie en retroversie= vooroverbuigen en achteroverbuigen
 Flexie en extensie= buigen en strekken
 Antefexie en retrofexie= een ledemaat wordt voorwaarts gebogen en een ledemaat wordt
achterwaarts bewogen
 Abducte en adducte= zijwaarts bewegen van het lichaam af en zijwaarts bewegen naar het
lichaam toe
 Endorotate en exorotate= de voorzijde naar binnen draaien en de voorzijde naar buiten
draaien
Voet:
 Inversie: naar elkaar toe draaien
 Eversie: van elkaar af draaien
Enkel:
 Plantairfexie: strekken van je voet
 Dorsaalfexie: voet en tenen naar je toe trekken
Pols:
 Palmairfexie: handpalm in de richtng van je onderarm brengen
 Dorsaalfexie: handrug in de richtng van je onderarm brengen
Onderarm:
 Pronate: handpalm naar beneden draaien
 Supinate: handpalm naar boven draaien
Duim:
 Opposite: duim tegenover je vingers zeten
 Reposite: duim naast je vingers zeten

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller RNL. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.49. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50155 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$7.49  2x  sold
  • (1)
Add to cart
Added