Inleiding B studievragen + antwoorden
Hoofdstuk 1
1.1
1. Noem twee beperkingen waarmee een historicus te maken krijgt bij het vaststellen
van waarheden over het verleden.
1. Niet van alles zijn nog overblijfselen te vinden. 2. Je verwerkt altijd je eigen
mening.
Bronnen zijn vaak standplaats gebonden en dus soms niet naar waarheid
geschreven, ook beschrijven wij het verleden in termen van onze tijd en is er dus een
veranderend waardenpatroon
2. Leg in eigen woorden het verschil uit tussen ‘het verleden’ en ‘de geschiedenis’
Het verleden is een niet meer bestaande werkelijkheid van wat er vroeger is gebeurd.
De geschiedenis is een reconstructie van beelden uit dit verleden maar alleen
beelden van de menselijke cultuur.
3. Op welke wijze spelen natuurverschijnselen wel een rol in de geschiedenis, op welke
wijze spelen zij geen rol?
Een historicus onderzoekt alleen de geschiedenis van de menselijke cultuur. Als er
een vulkaanuitbarsting is geweest zal dus ook alleen gekeken worden naar wat deze
uitbarsting deed met het de menselijke cultuur. Ze spelen dus wel en niet een rol.
4. Waarom moet geschiedenis steeds opnieuw worden geschreven?
Waarheden uit het verleden zijn zaken die op grond van gegevens en met behulp van
onze hedendaagse taal en perspectief als feit vast gesteld kunnen worden. Daarom
moet de geschiedenis ook steeds opnieuw geschreven worden omdat onze taal en
perspectieven ook veranderen.
5. Welke opties zijn er voor het kiezen van het begin van de geschiedenis? Leg uit
welke optie waarschijnlijk de voorkeur verdient.
Oerknal, eerste mens of eerste geschriften van de mens. Historici kiezen het liefst het
moment waarop mensen echt bronnen achter gingen laten.
1.2
1. Leg uit wat bedoeld wordt met historisch denken
Het onderscheiden van voorbije tijden van de eigen tijd.
2. Welke ontwikkeling in de Europese geschiedenis rond 1800 hebben het ontstaan van
het historisch denken bevorderd?
De industriële revolutie en de vele democratische revoluties.
3. Waardoor ontstaat de neiging tot periodiseren?
Het is het indelen van de geschiedenis in perioden. De neiging ontstaat doordat de
verschillen tussen de tijden zo groot zijn dat het indelen in perioden de mensen een
bepaalde duidelijkheid geeft.
4. Leg uit dat er samenhang bestaat tussen periodiseren en gevoel voor anachronisme
Doordat de geschiedenis nu in verschillende tijdvakken is verdeeld gaan de mensen
overeenkomsten zoeken tussen deze vakken en de aspecten die erg op elkaar lijken
worden dus vaak met elkaar verbonden waardoor er anachronismen ontstaan.
5. Wat wordt bedoeld met historische distantie?
Het gevoel van afstand tussen de huidige wereld en het verleden.
6. Wat wordt bedoeld met contingentie?
Contingentie is het feit dat iets bestaat zonder dat daarvoor een dwingende noodzaak
is.
, 1.3
1. Leg uit welke problemen een historicus kan tegenkomen als hij: verzamelt, ordent,
verklaren en hij beelden vormt.
Verzamelt: niet van alles zijn nog bronnen te vinden. Sommige groepen schreven ook
niets op.
Ordenen: je weet misschien wie het heeft gemaakt en met welk doel. Toch kan je dit
per ongeluk als de waarheid zien als dit misschien helemaal niet zo is.
Verklaren: je geeft misschien een eenzijdige kijk op dingen
Beeldvormen: je kan maar een deel van het beeld schetsen (zoals Balkenende)
2. Wat zou in de analyses van een historicus eerst moeten gebeuren: het geven van en
verklaring, of het geven van een interpretatief beeld?
Interpretatief beeld omdat er eerst een beeld moet worden geschetst voor het geven
van een verklaring
1.4
1. Leg uit dat het gebruik van het voorbeeld van de VOC-mentaliteit niet voor de hand
ligt als men historisch denkt en redeneert.
je onderscheid dan niet voorbije tijden van het heden.
2. Wat wordt er bedoeld met ‘pragmatische opvatting van het verleden? Welk effect
heeft historisch denken hierop?
Het idee dat je van fouten uit het verleden kan leren. Het effect is dat het verleden
nooit vergelijkbaar is met het heden. Omdat er nooit meer iets in precies dezelfde
situatie zal gebeuren.
3. Welk effect heeft historisch denken op politieke machtsaanspraken die op
geschiedenis worden gebaseerd?
Het kan de verkeerde perspectieven schetsen over bepaalde besluiten, omdat de
hedendaagse inzichten niet hetzelfde zijn als die men uit de geschiedenis haalt.
4. Waarom kan historisch denken mensen minder vatbaar maken voor ideologische en
totalitaire boodschappen?
Door historisch te denken kan er een basis worden opgebouwd met de juiste feiten
over je afkomst en de historie van een land of cultuur en dus weten dat de
ideologische en totalitaire boodschappen die men te horen krijgt onjuist zijn
5. Hoe kan historische kennis leiden tot verheldering van het hedendaagse bestaan?
Door deze kennis komt men te weten hoe het komt dat wij leven zoals wij dat nu
doen en kunnen en schetst een beeld van hoe dat zo is gekomen.
Hoofdstuk 2
2.1
1. Leg aan de hand van een voorbeeld uit wat bedoeld wordt met historische bron.
Overblijfselen uit het verleden die gebruikt worden om iets te weten te komen over de
ontwikkeling van de menselijke cultuur.
2. Door welke ontwikkeling kwam in de negentiende eeuw de nadruk te liggen op
bronnenonderzoek?
Historici gingen naar het verleden kijken met historische distantie en probeerde zich
in die tijd in te leven, bronnen waren daarvoor de ‘puurste’ manier
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller geschiedenisfanaat. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.83. You're not tied to anything after your purchase.