Hoorcolleges Organisatie en Strategie
Voor de midterm
Inhoudsopgave
Hoorcollege 1 – Introductie .................................................................................................................2
Hoorcollege 2 – Markt en organisatie ..................................................................................................2
Hoorcollege 3 – Informatie, speltheorie en ‘humans’ ............................................................................4
Hoorcollege 4 – Behavioural theory of the firm ....................................................................................7
, Hoorcollege 1 – Introductie
Een economisch probleem is het bepalen van de optimale allocatie van schaarse middelen. Efficiëntie is het
optimaal verdelen van de situatie.
Alles begint bij arbeidsverdeling: opdelen van een proces in kleinere deel-activiteiten. Dit leidt tot specialisatie en
dat leidt tot efficiëntie. Dit kan leiden tot:
• Meer product met dezelfde resources
• Minder resources nodig voor dezelfde hoeveelheid productie
Specialisatie leidt tot meer efficiëntie door: aanleg, affiniteit, ervaring. De nadelen zijn echter: overstapkosten,
motivatieproblemen, silo effect (enkel nog maar op je eigen afdeling focussen).
Als je je specialiseert, zul je met elkaar moeten gaan onderhandelen. Transacties zijn cruciaal in onze moderne
samenleving. Partijen vinden elkaar door middel van coördinatie. Dit kan op twee verschillende manieren:
• Via de markt → werkt via een prijssysteem: prijs van het product geeft alle informatie die je nodig hebt. De
ideale markt is de aandelenmarkt of de markt voor olie.
• Via organisaties → heel vaak gaat het niet op prijs alleen en zijn er veel andere facetten belangrijk. Dit is
een non-prijssysteem.
Informatie is een cruciale stap bij coördinatie. Organisaties zijn het
antwoord op bepaalde informatieproblemen. Producten verschillen vaak
van kwaliteit en niet enkel in prijs.
Instituten zijn de formele en informele regels die het gedrag en de
interactie tussen mensen vormgeven. De omgeving en de instituten zijn
erg belangrijk en bepalen het bestaansrecht van organisaties:
• Voorwaarden van creatie van nieuwe organisaties
• (Her)vorming van bestaande organisaties
• Selectie tussen bestaande organisaties.
Hoorcollege 2 – Markt en organisatie
Op de markt worden vraag en aanbod ontmoeten elkaar door prijs en
hoeveelheid te matchen. Het boek gaat er vanuit dat er perfecte
concurrentie is: consumenten bepalen de prijs die ze willen betalen
voor elk goed en producenten bepalen de hoeveelheid die ze aanbieden.
Ze kunnen geen keuze maken over kwaliteit, soort, etc., enkel de
hoeveelheid die ze aanbieden. Hiernaast zie je in de grafiek dat het aanbod en de vraag de prijs bepalen en dus
hoeveel er verkocht wordt. Als de prijs hoger wordt, zal het meer geproduceerd worden, maar dan gaat de prijs
weer omlaag. Bijvoorbeeld als de vraag toeneemt, dan verschuift de lijn omhoog. Dit gebeurt allemaal vanzelf.
Achter deze grafiek ligt nutscurve. Alle punten op de
nutscurve geven net zoveel nut/verdoening. In de micro-
economie hebben ze twee aannames over deze
nutcurves: meer is beter (mensen willen maximaliseren)
→
en voorkeuren zijn transitief (A boven B, B boven C, dus
A boven C). Maar, mensen zijn niet zo als de micro-
economie voorschrijft, zo gaan mensen vaak voor
satisfaction en niet voor maximalisation. De schuine lijn
geeft het budget aan. Waar deze lijn een curve raakt,
zou de keuze van de consument moeten zijn.
Als we dit aannemen voor waar, dan krijg je de winst paradox: onder perfecte concurrentie zouden bedrijven op
lange termijn geen winst kunnen maken. Dit komt doordat er veel vragers en aanbieders zijn, er geen toetreding
barrières zijn (je mag gratis toetreden) en de producten gestandaardiseerd zijn (alle producten zijn precies
hetzelfde). Als dit zo is, dan zou dit betekenen dat alle prijzen gedrukt worden zodat ze geen winst maken. Zodra
er een beetje winst wordt gemaakt op een product, dan treed een ander bedrijf in de markt en gaat de winst weer
omlaag. Maar, veel bedrijven maken wel winst.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ehm. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.