Diversiteit is niet in de eerste plaats een normatief ideaal, maar een reeds
bestaande conditie van stadsbewoners en hun stad (Ruth Soenen, 2006).
In Brussel, Amsterdam of Rotterdam vormen inwoners met wortels in migratie al
de meerderheid van de stadsbewoners. Volgend decennium is dat ook in
Antwerpen een realiteit. De 21ste eeuw is een eeuw van superdiversiteit. Hoe
meer de diversiteit groeit, hoe meer we terug lijken te vallen in verouderde,
nationalistische denkkaders.
Weinig onderwerpen polariseren een samenleving zo hard als migratie. In die
polarisatie bevestigen en versterken we voortdurend het denken in termen van
wij-en-zij. Tegelijk groeit een hybride werkelijkheid met vele gezichten tussen
wij-en-zij. De wederzijdse polarisatie maakt dat we amper ruimte vinden voor
dialoog.
Hoofdstuk 1 Van gastarbeid tot superdiversiteit
Onze bevolking nu is het resultaat van de migraties en het migratiebeleid de
voorbije halve eeuw, in de periode na de 2 e WO. Het is de geschiedenis van
Belgen en Nederlanders die hun straat, wijk of hun stad zagen veranderen.
De impact van migratie op onze samenleving was aan het begin van de 20 ste
eeuw beperkt. Voor de 1e WO kende België amper 3,5% inwoners met een
andere nationaliteit. Het merendeel onder hen was afkomstig uit de buurlanden.
Onmiddellijk na de 2e WO had België nood aan arbeidskrachten voor de
heropbouw. De Belgische regering maakte afspraken met Italië en Polen voor
georganiseerde migratie. Na de periode van heropbouw braken in West-Europa
economisch voorspoedige tijden aan. In Frankrijk spreekt men van ‘Les
trenteglorieuses’: de dertig glorieuze jaren tussen 1945 en de eerste oliecrisis
van 1973. Ongekende economische groei ging samen met een ongeziene
technologische ontwikkeling.
De gouden jaren 1960, met nog steeds een sterke economische groei, zorgden
voor een versnelling van de migratie. De nood aan arbeidskrachten bleef. De
(her)intrede van vrouwen op de arbeidsmarkt was een eerste antwoord. Tegelijk
maakte de doorbraak van de consumptiemaatschappij en de ongekende
toename van consumptiegoederen in vele gezinnen ook een tweede inkomen
noodzakelijk om mee te kunnen met het modale bestedingspatroon. Deze
samenloop van factoren zette de evolutie in gang van een mannelijk
kostwinnersmodel naar een samenleving van tweeverdienersgezinnnen. Toch
bleef er in de jaren 1960 krapte op de arbeidsmarkt, vooral voor het zware en
laagbetaalde werk. België zocht in die periode vooral in Marokko en Turkije
goedkope arbeidskrachten. In feite zorgde dat voor velen voor een dubbel
migratieproces: ze migreerden van een plattelandssamenleving naar een
stedelijke samenleving, en van hun land van herkomst naar het westen. Ook in
de volgmigratie vandaag speelt deze dubbele migratiestap nog steeds een rol.
Toen kwam de eerste oliecrisis in 1973. De explosieve politieke situatie in het
MiddenOosten leidde tot duurdere olie en enkele symbolische autoloze
zondagen. Die eerste oliecrisis markeerde ook het einde van de gouden
naoorlogse periode. Het vooruitgangsoptimisme maakte plaats voor een discours
van economische crisissen, dat we sindsdien haast onafgebroken hanteren. De
oliecrisis veranderde ook de situatie op de arbeidsmarkt. De vraag naar
,arbeidskrachten nam af en de werkloosheid begon langzaam te stijgen. In 1974
stelde de Belgische overheid een einde aan de georganiseerde
arbeidsimmigratie met een zogenaamde migratiestop. De
immigratiestop betekende allesbehalve dat mensen niet meer naar België
konden komen (het daalde maar stopte niet). De beperking van de
arbeidsmigratie zorgde voor een verschuiving naar andere migratiekanalen.
Aangezien de poort voor ofciële
arbeidsmigratie gesloten was, probeerden mensen zich via gezinshereniging en
politiek asiel in België te vestigen. Dit zorgde voor een logische volgmigratie.
Daarnaast huwden alleenstaande gastarbeiders meestal nog met partners uit
hun land van herkomst, waardoor deze het recht kregen om zich in België te
vestigen. De belangrijkste legale migratiekanalen binnen de Europese Unie:
asielaanvragen en migratie. De geleidelijke uitbreiding van de EU maakte ook
meer migratie binnen de EU mogelijk op basis van het vrij verkeer van
werknemers.
De jaren 1990 (scharnierperiode 1998-2001): ze zorgen voor een nieuwe
stijging van de immigratie en een groeiende diversiteit (superdiversiteit) in de
landen van oorsprong door drie ontwikkelingen.
1. De globalisering nam toe
2. Oorlogen en conficten jagen vluchtelingenstromen aan
3. De val van de muur in 1989 en de uitbreiding van de Europese Unie
Er is in de jaren 2000 een stijging van (r)emigratie dat wijst op een verandering
in de migratiepatronen: meer migranten die maar tijdelijk verblijven, in het kader
van het vrij verkeer van werknemers binnen de EU of als transmigrant. Het saldo
is een migratieoverschot, omdat de immigraties sterker zijn gestegen dan de
emigraties. België en Nederland zijn vandaag de facto immigratielanden.
Hoofdstuk 2 De superdiversiteit van de 21 ste eeuw
In de 20ste eeuw sprak men lange tijd over multiculturele samenlevingen.
Multicultureel was daarbij meer dan een neutrale, beschrijvende term.
, Multiculturalismeverwijst ook naar vormen van beleid die probeerden het
samenleven tussen de oorspronkelijke bewoners en de migranten te
organiseren.
In steeds meer Europese steden maken inwoners met een migratie-achtergrond
stilaan de meerderheid van de stadsbewoners uit. Wereldsteden als New York en
Sao Paolo zijn al langer majority-minoritycities: steden waar de meerderheid
van de bewoners uit een brede waaier van minderheden bestaat. Deze
verandering betekent volgens socioloog Maurice Crul dat we ons denken over
wie geïntegreerd is en wie niet in de nieuwe meerderheids-minderheden stad
ingrijpend moeten bijstellen. Diversiteit wordt de nieuwe norm. Dat vergt wellicht
één van de grootste psychologische omschakelingen van onze tijd.
In een artikel in 2007 gebruikte Steven Vertovec voor het eerst het begrip
‘superdiversiteit’: de veranderde migratiepatronen en hun impact op de Britse
samenleving. De groeiende diversiteit binnen de diversiteit. De hedendaagse
superdiversiteit vloeit voort uit een verandering van het basispatroon van
migratie. De nieuwe migraties van de voorbije twee tot drie decennia komen
steeds meer uit de hele wereld. Omgekeerd kennen ook landen van herkomst
een veel meer diverse uitstroom, gericht op een groter aantal gastlanden. Het
resultaat van deze veel meer diverse migratie is een groeiende versnippering in
de achtergronden van migranten, onder meer op etnisch, taalkundig, juridisch,
cultureel, religieus of economisch vlak. Een goede kennis van (het snel
veranderende) vreemdelingenrecht wordt alsmaar belangrijker voor sociaal
werkers.
Cruciale kenmerken van superdiversiteit:
1) Toename van het aantal nationaliteiten in de steden
2) Toename van religieuze diversiteit
3) Toename van de diversiteit van migratiemotieven
4) Toename van de diversiteit van verblijfsstatuten
5) Groeiende verschillen in sociaaleconomische posities
6) Groei van de diversiteit zowel tussen als binnen groepen en
gemeenschappen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller danielvanelk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.