100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Samenleving, Opvoeding & Onderwijs (SOO) cijfer=8.9 $8.91   Add to cart

Summary

Samenvatting Samenleving, Opvoeding & Onderwijs (SOO) cijfer=8.9

 49 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Dit is de samenvatting die ik heb gemaakt voor het vak Samenleving, Opvoeding en Onderwijs (SOO) van jaar 2 van Pedagogische Wetenschappen. Dit jaar (studiejaar 2023/2024) werd voor het eerst weer een tentamen gegeven voor het vak. Het was veel leerstof en veel vonden het tentamen erg lastig en heb...

[Show more]

Preview 4 out of 132  pages

  • February 27, 2024
  • 132
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Samenleving, Opvoeding en Onderwijs (SOO) Samenvatting




Dit is de samenvatting die ik heb gemaakt voor het vak Samenleving, Opvoeding en Onderwijs (SOO)
van jaar 2 van Pedagogische Wetenschappen. Dit jaar (studiejaar 2023/2024) werd voor het eerst een
tentamen gegeven voor het vak. Het was veel leerstof en veel vonden het tentamen erg lastig en
hebben hem niet gehaald. In dit document heb ik alle leerstof (pitches, werkgroep aantekeningen en
hoorcollege aantekeningen) gebundeld. Doordat het veel leerstof is, is het een lang document
geworden, maar alle informatie staat wel overzichtelijk per week georganiseerd. Met deze
samenvatting heb ik een 8.9 gehaald voor het tentamen. Dit document bevat dus echt alle informatie
die je nodig hebt om voor het tentamen een dikke voldoende te halen :)!



Opbouw van deze samenvatting:
Week

- Leerdoelen
- Werkgroep 1
- Hoorcollege
- Werkgroep 2




Het tentamen:

- 10 open vragen over alle weken
- Schriftelijk
- Alle begrippen goed uitleggen!

,Week 1
Leerdoelen:

1. Studenten kunnen uitleggen wat een sociologisch perspectief op opvoeding en onderwijs
inhoudt en dit met voorbeelden illustreren.
2. Studenten zien de toegevoegde waarde van een sociologisch perspectief voor hun opleiding
en kunnen hier argumenten voor geven



Werkgroep 1

Sociologie

- Gewoontes onderzoeken, dingen die we aannemen (vanzelfsprekend vinden), kijken naar
kenmerken, associaties etc. Waarom is het normaal?
- Maatschappelijke context
- Samenleving  invloed op individu en van individu op samenleving Interactie
- Sociale relaties



Sociologisch perspectief

- Betrekken maatschappij, maatschappelijk
- Kind is niet op zichzelf staand iets maar interacteert binnen andere omgevingen. Kind
gedraagt zich anders. Maatschappij en samenleving beïnvloedt het kind.
- Wie bepaalt wat goed/slecht gedrag is? We gaan niet kijken naar risicofactoren maar meer
welke structuren/machten daar invloed op hebben.
- Veel partijen betrokken, verschillende belangen. We stellen kind centraal maar politiek heeft
invloed op beleid (politiek belang) dus het gaat er miss niet om dat kind zo goed mogelijk kan
ontwikkelen.



Ongelijkheid: het resultaat van een samenspel tussen kenmerken van het kind en zijn/haar opvoeding
en achtergrond enerzijds en de maatschappij anderzijds. Zorgt er voor dat iemand bevoordeelt of
benadeelt wordt in maatschappij

Waarom moet de een harder werken dan de ander om op een bepaald punt te komen?

,Hoorcollege

Het vak SOO

Centraal staat de relatie tussen:

- Onderwijs en opvoeding (praktijen en ideeën)
- Maatschappelijke ontwikkelingen, sociale structuren en machtsverhoudingen



Belangrijk omdat: opvoeding en onderwijs gebeurt in samenleving dus het hangt samen. Je kunt het
niet los zien want het is verweven.

- Hoe ouders hun kinderen opvoeden, en wat de aard van de relatie tussen ouders en kinderen
is, hangt af van hun sociale omgeving en van de maatschappij als geheel.
- Opvoedingspraktijken en ideeën over (de doelen van) opvoeding hangen samen met in (delen
van) de samenleving dominante opvattingen, met maatschappelijke structuren, economische,
politieke en culturele ontwikkelingen, enzovoorts.



Voorbeeld maatschappelijke ontwikkeling die van invloed is op opvoeding/onderwijs: Corona. De
scholen gingen dicht en ouders kregen andere taken, als bijvoorbeeld leerkracht. Maar het
sociologisch perspectief gaat niet alleen om speciale gebeurtenissen. Zij houden zich bezig met het
sociologisch perspectief.



Sociologisch perspectief



Voorbeeld ADHD

Maatschappelijke discussie over toename van aantal jongeren met psychische problemen.
Bijvoorbeeld: Meer diagnoses en medicijngebruik bij ADHD. Hier zijn zorgen over: De
langetermijneffecten en effectiviteit zijn niet duidelijk. We kunnen verschillende verklaringen geven:
DSM criteria aangepast?, meer prikkels in de maatschappij? (bijv. social media)  daardoor
spanningsboog van mensen minder?, meer bekendheid ADHD.



Verschillende perspectieven: (op ADHD vraagstuk)

1. Biomedisch perspectief
a. Gedrag bij ADHD is weerspiegeling van neurologische ontwikkelingsstoornis en
biologische overerving.
b. ADHD is aanwijsbaar hersendefect: Totale hersenvolume zou kleiner zijn en
verbinden tussen bepaalde delen zouden anders zijn, ADHD is erfelijk
c. ADHD heeft persistent karakter (levenslang) en medicatie als behandelingsmethode
heeft voorkeur.
2. Psychologisch perspectief
3. Orthopedagogisch perspectief
a. Nadruk op aard en achtergronden van problemen bij opvoeden

, b. Bijv. spanningen in gezin  Gedragsproblemen.
c. ADHD wordt als dynamisch gezien. 70% van gediagnosticeerden voldoet na 8 jaar
niet meer aan criteria
d. Gedragstherapie als behandelingsmethode heeft voorkeur.
4. Sociologisch perspectief
a. Heeft kritiek op individualisering van gedragsproblemen: “Individu heeft het
probleem dat niet in de samenleving ligt, maar hier wel gevolgen voor kan hebben”
b. Maar: gedragsproblemen zijn niet gelijkmatig verdeeld over bevolking (meer ADHD
bij meer armoede bijv.)  Dus het probleem ligt wel in de samenleving en toename
kan met maatschappelijke veranderingen te maken hebben.
c. Het sociologisch perspectief legt de nadruk op het belang van maatschappelijke en
sociale context voor manier waarop ADHD wordt begrepen, ervaren en ermee om
wordt gegaan.
d. Toename als gevolg van sociale en maatschappelijke veranderingen: veranderde
eisen aan kind (Stilzitten op school), veranderingen in onderwijs/zorgstelsel,
veranderingen in: wat is normaal gedrag?
i. Veranderde eisen aan kinderen: Onderwijs meer nadruk op theorie dan praktijk. De
overheid investeert in kenniseconomie met hoogopgeleiden. Dit zorgt voor meer
druk om te presteren (langer stil zitten en luisteren). De veeleisende omgeving kan
zorgen voor disfunctioneren en slecht op kunnen letten (ADHD). Sommige kinderen
kunnen minder lang stilzitten, wat zichtbaar wordt als dit meer van de omgeving
gevraagd wordt. Dan pas kan gedrag als belemmerend ervaren worden.
ii. Veranderingen in zorgstelsel. Systeem van prestatiebekostiging in zorg (zorg alleen
geleverd wanneer diagnose gesteld is)–> financiële prikkel om diagnose te stellen en
zorg te leveren (ook wanneer t niet aan DSM criterium voldoet). Bijv.
leerlinggebonden financiëring geeft prikkel om op diagnose aan te sturen.
iii. Sociale normen “Normaal en abnormaal”: gedragskenmerken zijn normaal verdeeld
over bevolking. Geen objectieve afkapgrens van normaal gedrag, maar dit wordt
bepaald door sociale normen gevormd door sociale groep. De verschuiving van deze
criteria zorgt voor een verschuiving in de omvang van de groep. Nu lijkt de
bandbreedte te zijn versmald  afwijken van het gemiddelde lijkt minder
getolereerd.



Medicalisering van het probleem: Eerst werd Ritalin ontwikkeld (niet-verslavend middel) als oplossing
 toen bereidheid om ADHD op te nemen in DSM. De behandeling ging vooraf aan diagnose. Er was
voorkeur om ADHD meer te zien als medisch probleem (bijv. hersendefect, ligt niet aan ouders) ipv
sociaal probleem (ligt aan ouders?) door lobbygroepen  sociale groepen hadden dus invloed op
vraagstuk.

Veranderende publieke attitudes: lagere drempel om hulp te zoeken, beter weten van de weg 
eerder/vaker hulp zoeken. Meer positieve attitude tov gebruik medicatie voor psychische
aandoeningen. Veranderde verhouding arts-patiënt (patiënt nu mondiger artsen ervaren meer
druk voor diagnose)  Hierdoor allemaal meer diagnoses?

Discours in media: meer nadruk op risico’s onbehandelde ADHD (= verhoogd risico depressie,
verslaving, schooluitval). Dit discours is vaker anti-psychiatrisch en pro-medicalisering.  Dan ga je
sneller naar arts.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jorindeaanhetrot. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.91. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75759 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.91  2x  sold
  • (0)
  Add to cart